De eerste harttoon is te horen bij het sluiten van de hartkleppen tussen boezem en kamer, de mitraalklep en de tricuspidaalklep. De tweede harttoon is te horen bij het sluiten van de kleppen boven in het hart, de pulmonaalklep en de aortaklep. Het ene stel kleppen opent als het andere stel sluit, en vice versa.
De hartcyclus bestaat uit twee perioden: De eerste is een samentrekking (systole) en de tweede is een verslapping (diastole). Tijdens de systole wordt bloed uit de hartkamers geperst en tijdens de diastole vullen de hartkamers zich weer met bloed.
Bij hartruis ontstaan golfjes of wervelingen, die zijn te horen met een stethoscoop. Meestal is een hartruisje onschuldig. Er is dan niets aan de hand met het hart. Het geruis ontstaat door het krachtige en snelle stromen van het bloed in het hart en de grote bloedvaten rond het hart.
De 2 additionele tonen
Bij volwassenen ligt er een andere oorzaak aan de basis van deze derde harttoon. Meestal is S3 het gevolg van een ventrikel waar nog te veel volume in zit na de systole. Als er dan nog eens het volume bij komt van de diastole, dan zal er bloed terugstromen van het ventrikel naar de atria.
Een stethoscoop bestaat uit een klok en een membraan die via een of twee slangen verbonden zijn met de oordoppen. Hierdoor hoort de arts de geluiden van het hart. Luisteren met een stethoscoop vraagt veel oefening. Een arts luistert op meerdere, vaste punten op de borstkas.
Er zijn twee soorten harttonen. De eerste harttoon is te horen bij het sluiten van de hartkleppen tussen boezem en kamer, de mitraalklep en de tricuspidaalklep. De tweede harttoon is te horen bij het sluiten van de kleppen boven in het hart, de pulmonaalklep en de aortaklep.
De arts zal een algemeen lichamelijk onderzoek (klinisch onderzoek) uitvoeren. Hij zal de longen en het hart aan een auscultatie onderwerpen met de stethoscoop en hij zal ook zoeken naar gezwollen klieren of een vergrote lever. Dergelijke lichamelijke tekens kunnen wijzen op uitzaaiingen.
De aortaklep en de pulmonalisklep, dat zijn de kleppen tussen de ventrikels of kamers en de aorta en de longslagader, staan wijd open. De systole begint als de atrioventriculaire kleppen sluiten, wat te horen is als de eerste harttoon.
Luidheid en splijting van de harttonen Afwijkingen aan de kleppen kunnen een verandering van de luidheid van de eerste (S1) of de tweede harttoon (S2) geven, maar de klinische betekenis hiervan is beperkt.
10.7.2 Extra tonen: diastolische tonen. Een derde harttoon geeft belangrijke informatie over het functioneren van het hart. De derde harttoon ontstaat op het moment van de snelle vulling van het ventrikel als de atrioventriculaire kleppen optimaal open zijn (zie figuur 10.6).
Bij onschuldig hartgeruis is er geen afwijking aan je hartkleppen. De arts hoort dan geruis omdat er meer bloed door je hart stroomt dan normaal. Dat kan gebeuren als je koorts hebt of als je een inspanning levert. Het geruis kan voortdurend hoorbaar zijn, of maar af en toe.
Voor een echo van het hart maken we gebruik van geluidstrillingen. De echo-laborant kijkt vanaf de buitenkant naar de functie van het hart en de hartkleppen. Ook kan hij zien of er ontstekingen in het hart zijn. Het onderzoek is niet pijnlijk.
Bij een onschuldige hartruis ervaart u vaak geen specifieke klachten. Indien uw hartruis wordt veroorzaakt door een onderliggende afwijking kunt u last hebben van vermoeidheid. Het probleem wordt in de meeste gevallen per toeval ontdekt door de huisarts of bedrijfsarts.
Souffle of soufflé kan verwijzen naar: Geruis (hart), of souffle, een geluid, hoorbaar met een stethoscoop, dat kan duiden op een afwijking in de bloedstroom. Soufflé, een Frans gerecht uit de oven. Soufflé (nummer) (1963), de debuutsingle van de Belgische zanger Jimmy Frey.
De zogenaamde bovendruk (systolische bloeddruk) geeft de druk aan wanneer het hart zich samenknijpt. De onderdruk (diastolische bloeddruk) is de druk wanneer het hart zich ontspant. De bloeddruk kan worden gemeten met een bloeddrukmeter. De bloeddruk wordt uitgedrukt in millimeters kwik, afgekort tot mmHg.
Een geruis of souffle aan het hart (souffle au coeur) is een geluid, dat een arts door onderzoek met zijn stethoscoop aan het hart kan waarnemen. Een 'geruis' berust dikwijls op turbulente stroming van het bloed en is dan afwijkend.
De medische naam voor een hartinfarct dat meteen behandeld moet worden is een STEMI, de beginletters van een ST-Elevatie Myocard Infarct.
Tussen de vier holtes liggen hartkleppen. De hartkleppen zorgen ervoor dat het bloed niet terug kan stromen. De hartklep tussen de linkerkamer en linkerboezem noemen we de mitralisklep (zie afbeelding 1).
RCx. Ramus Circumflex, ook wel Cx. Afsplitsing direct na de hoofdstam van de linker coronair arterie. Voorziet in perfusie van posterieure en posterolaterale zijde van de linker ventrikel.
Tijdens de cyclus trekt het hart zich samen, waardoor het bloed uit de kamers in de slagaders stroomt. Dit wordt gevolgd door ontspanning. Dankzij de ontspanning kunnen de kamers zich weer met bloed vullen. De periode van samentrekking heet systole en die van ontspanning diastole.
Het slag volume v per minuut geeft de cardiac output. CO (cardiac output) = SV (slagvolume) X HF (hartfrequentie) Verande output. CO wordt uitgedrukt in ml/min of L/min.
De diastole is de fase waarin het hart zich ontspant en zich vult met bloed. Bij diastolisch hartfalen is de pompkracht meestal nog goed, maar vult het hart zich niet voldoende meer met bloed.
Bij sarcoïdose in de longen raakt het longweefsel langzaam vol met littekens, waardoor de longen na verloop van tijd blijvend beschadigd raken. Op longfoto's ziet deze ernstige vorm eruit als een patroon van streepjes en vlekjes, meestal in het midden van de longen.
U kunt een ontsteking aan de longvliezen herkennen aan de volgende symptomen: Pijn bij ademhalen en niezen. Vooral als u diep ademhaalt of hard niest, voelt u een scherpe pijn links en/of rechts op de borst of rug; Kortademig bij inspanning.
De dokter kan dan soms horen dat er op een bepaalde plek in je longen niet genoeg lucht stroomt. Ook kan hij of zij het horen wanneer er slijm in je longen zit. Op de plek waar het slijm zich heeft opgehoopt, kan een ontsteking zitten.