Het kan zijn dat je hormonen worden beïnvloed door factoren waarvan je niet weet dat ze schadelijk zijn. Zo kunnen het gebruik van bepaalde parfums, cosmetica en schoonmaakmiddelen en laat op de avond TV kijken of het eten van specifieke voedingsmiddelen je hormoonbalans verstoren.
Onze hormonen zijn gevoelig voor heel wat zaken: voeding die afwijkt van het natuurlijke, haast en spoed-syndroom, kunstlicht, stralingen, piekeren, onvoldoende nachtrust, chemische stoffen, overmatige consumptie van koolhydraten, koffie- en alcoholgebruik, pilgebruik, crash diëten, teveel veranderingen op korte tijd ...
Begin met het in huis halen van meer verse groenten en fruit. Vooral groene groenten helpen mee je hormonen in balans te krijgen. Het bladgroen hebben we namelijk nodig voor onze lever, die een teveel aan hormonen moet afbreken.
Eetbuien, verandering eetlust. Meer dorst dan normaal, veel urineren. Vocht vasthouden. Spijsverteringsproblemen, opgeblazen gevoel.
Ze stimuleren reflexen, ze verhogen de hartslag en de bloeddruk, en ze zorgen ervoor dat er extra energie vrijkomt in de spieren zodat je op de situatie kan reageren door te 'vluchten' of te 'vechten'. De belangrijkste drie stresshormonen zijn cortisol, adrenaline en noradrenaline.
Je basisgewicht (Body Set Weight, BSW) wordt bepaald door de balans tussen de hormonen insuline en leptine. Leptine wordt door je vetcellen gemaakt. Hoe voller je vetcellen zijn, hoe meer leptine je maakt. Leptine stuurt dan een seintje naar je hersenen dat je genoeg gegeten hebt en kan stoppen met eten.
De menopauze test is een speekseltest en brengt zes hormonen in kaart die een rol spelen bij de menopauze. Dit zijn oestradiol, oestriol en progesteron, testosteron, DHEA en cortisol. Het helpt bovendien bij het bepalen van de huidige hormonale situatie. De progesteron test is een speekseltest.
De hormonen die bij het afvallen een belangrijke rol spelen zijn insuline, ghreline, leptine, cortisol, oestrogeen en serotonine. Als deze hormonen in balans zijn, zal je merken dat afslanken makkelijker en sneller gaat.
Hormonen worden gemaakt in de klieren van verschillende lichaamsdelen, o.a.: Het hoofd: hypothalamus en hypofyse. De hals: schildklier en bijschildklieren. De buik: bijnieren, alvleesklier (pancreas)
Denk aan gewrichtspijn, slapeloosheid, stemmingswisselingen, vermoeidheid of urineverlies. Ook deze 'vage klachten' kunnen wel degelijk door veranderende hormonen veroorzaakt worden en voor veel last zorgen zijdens de overgang, je zwangerschap of je menstruatie.
Magnesiumtekort is meestal moeilijk te herkennen. Vooral spier- en zenuwstoornissen staan op de voorgrond: spierzwakte of -krampen, beven, stuipen. Ook psychische veranderingen kunnen voorkomen zoals toegenomen prikkelbaarheid, depressie en psychose.
Het hormoonbalansdieet adviseert het eten van onbewerkte voedingsmiddelen en veel groente. Naast dit voordeel zijn er veel gezondheidsnadelen. Zo wordt aangeraden om veel vlees te eten. Meer dan 500 gram per week aan rood vlees eten verhoogt echter waarschijnlijk het risico op darmkanker.
Voeding (zowel eten als drinken) bevat van nature stoffen die op hormonen lijken: fyto-oestrogenen. Fyto-oestrogenen in ons drank en voedsel zitten bijvoorbeeld in hop (bier) en sojabonen. Ze hebben een zwakkere werking dan ons lichaamseigen oestrogeen, maar hebben wel invloed.
Cortisol, het antistresshormoon, wordt geassocieerd met het vet op de buik. Als dit hormoon in hoge mate aanwezig in het lichaam, worden alle vetreserves verbrand voor die rond de buik wordt aangesproken. Dit hormoon kan ook beïnvloed worden door bepaalde voeding of veranderingen in levensstijl.
En dat is precies wat hormonen doen in je lichaam, ze reguleren, controleren en stimuleren verschillende weefsels en organen in je lichaam. Van voortplanting, groei, stofwisseling, bloedsuiker tot immuunsysteem je hormonen hebben een vinger in de pap.
Normaal gesproken moeten vrouwen minstens dubbel zoveel 2-OH oestron maken als 16-OH oestron. Als die verhouding niet meer klopt, of als er zelfs meer 16-OH oestron dan 2-OH oestron wordt gemaakt draagt dit bij aan oestrogeendominantie. Het gaat dus niet alleen om de aanmaak van oestrogenen maar ook om de afbraak.
Neurotransmitters. Bepaalde stoffen in de hersenen maken een mens kwetsbaar voor depressie. Dat zijn de zogenaamde neurotransmitters, die zorgen voor emoties, eetlust en concentratievermogen. Enkele van deze neurotransmitters, namelijk serotonine en noradrenaline, werken in op de stemming.