Ja, het is mogelijk om een geamputeerd lichaamsdeel of lichaamsweefsel mee naar huis te nemen.Men mag het ook laten begraven of cremeren, maar dat hoeft niet. Dergelijk menselijk 'afval' valt niet onder de Wet op de lijkbezorging.
Wat gebeurt er met verwijderd lichaamsmateriaal? In de medische praktijk wordt na een amputatie of extirpatie pathologisch onderzoek verricht op het verwijderde lichaamsmateriaal, dat vervolgens meestal als specifiek ziekenhuisafval wordt weggegooid of wordt gebruikt voor medisch onderzoek.
Een bijzonder en soms hinderlijk verschijnsel na een amputatie is fantoompijn. Het voelt dan alsof uw geamputeerde lichaamsdeel er nog is: een vreemd en/of pijnlijk gevoel. Dit komt doordat de doorgesneden zenuwen prikkels blijven doorgeven naar de hersenen.
De amputatie van een onderbeen
De operatie vindt plaats onder volledige narcose en duurt ongeveer 1 uur. Na de amputatie vouwt de chirurg de huid rond de wond dicht. Om de wond komt gips of hij wordt gezwachteld. Zo ontstaat een stevige stomp die goed in een prothese past.
Als u weet welke factoren bij u de pijn beïnvloeden, kunt u hier rekening mee houden. Vlak na de amputatie komt fantoompijn heel veel voor. Meestal vermindert de fantoompijn in de loop van een jaar. Bij ongeveer één op de tien geamputeerden blijft de fantoompijn echter langer bestaan en soms zelfs altijd.
Deze opname duurt enkele weken tot maanden, afhankelijk van het amputatieniveau en uw algemene toestand. Zo bedraagt de gemiddelde opnameduur voor een onderbeenamputatie vier weken en ongeveer drie maanden voor een amputatie van andere ledematen.
Wanneer de meeste zwelling uit de stomp is verdwenen (na enkele weken), bekijkt de revalidatiearts de mogelijkheid van een ZIP. Dit is een tijdelijke prothese waarmee de knie weer kan buigen. Deze ZIP kan soms tot een half jaar na de operatie worden gebruikt.
Fantoompijn is een normaal en veelvoorkomend verschijnsel na een amputatie. Na amputatie komt fantoompijn bij globaal 70% van de patiënten voor. Fantoompijn doet zich het meest voor in aanvallen die in ernst en frequentie kunnen verschillen, maar kan ook chronisch optreden en dus altijd aanwezig zijn.
Zeker in het begin, net na uw amputatie, kan ontkenning een grote rol spelen. In de periode dat het tot u door begint te dringen dat uw amputatie definitief is, kan het zijn dat u zich extra moe voelt. U heeft dan veel behoefte aan slaap en u kunt het besef van tijd kwijt zijn.
Per jaar ondergaan ongeveer 3200 mensen in Nederland een beenamputatie. De meesten van hen zijn dan 65 jaar of ouder. De amputatie is vaak een gevolg van bloedcirculatiestoringen en/of een gevolg van diabetes. Van de ouderen begint bijna de helft aan een prothese.
Elk jaar zijn er in Nederland ongeveer 3.200 mensen die een amputatie van een arm of been moeten ondergaan. Een amputatie is in de meeste gevallen voor de geamputeerde, maar zeker ook voor zijn of haar directe omgeving een trauma ervaring.
oefeningen met de stomp om de gewrichten in beweging te houden en verkortingen van de spieren te voorkomen; oefeningen met de stomp om de spierkracht te behouden en, zo mogelijk, te verbeteren; in en uit het bed komen; lopen zonder prothese met een loophulpmiddel.
Fantoompijn is pijn die iemand voelt in een geamputeerd lichaamsdeel. Fantoom betekent letterlijk 'spook' of 'hersenschim'. Je ervaart pijn, terwijl het pijnlijke lichaamsdeel er niet meer is. Het komt vaak voor.
Lichamelijke verzorging: 48 uur na de operatie mag u weer douchen. De eerste week niet te lang en te heet douchen. Na het douchen de wond goed droogdeppen met een schone handdoek. De eerste twee weken na de operatie, of als de wonden nog niet helemaal dicht zijn, mag u niet zwemmen of in bad.
"Al het medisch afval uit de operatiekamers, dus bloed, verband, maar ook lichaamsdelen, worden in het ziekenhuis verpakt in vaatjes voor chemisch afval. Deze vaten komen bij ons binnen en worden verder verwerkt.
Een beenamputatie kan verschillende redenen hebben. In ongeveer 90% van de gevallen is een amputatie het gevolg van vaatproblemen. Verder kan een amputatie nodig zijn door een ongeluk (trauma), een infectie of een bottumor. Een amputatie is een ernstige, onherstelbare ingreep.
Bij een amputatie wordt een deel van het lichaam afgezet, bijvoorbeeld een teen, voet, been, vinger of arm. Dit gebeurt alleen als er sprake van zodanige weefselschade dat niet amputeren levensbedreigend is. Met een amputatie zult u afstand moeten doen van een deel van uw lichaam.
Bij stomppijn is er pijn in het stompgedeelte. De pijn zit dus in de stomp zelf en niet in het fantoomledemaat. Bij fantoomgevoel wordt het geamputeerde lichaamsdeel gevoeld alsof het er nog is of er zijn warmtegevoelens, tintelingen of het gevoel dat het ledenmaat verkort of verlengd is.
Bij zenuwpijn helpen pijnstillers vaak minder goed. Andere medicijnen helpen wat beter tegen de pijn. Bewegen is goed, ook bij pijn. Wordt de pijn erger, stop dan.
Bij spiegeltherapie wordt het fantoomledemaat achter een spiegel geplaatst en het intacte ledemaat voor de spiegel. Door het intacte ledemaat te bewegen en naar het spiegelbeeld te kijken wordt de illusie gewekt dat het fantoom beweegt, hierdoor kan de fantoompijn verminderen.
Een complete knieprothese weegt ongeveer 500 gram.
De orthopedisch chirurg is meestal voor de amputatie al betrokken bij uw behandeling. Als een amputatie onvermijdbaar is, voert de orthopedisch chirurg deze bij u uit. De orthopedisch chirurg is eindverantwoordelijk voor de gehele zorg tijdens de operatie.
Vaak is amputatie noodzakelijk wanneer de bloeddoorstroming niet langer voldoende is om weefselcellen te voorzien van zuurstof (diabetische voet). Een andere oorzaak van amputaties zijn ongevallen waarin een herstel van de voet niet mogelijk is.