Mitochondriën bevinden zich in bijna elke cel waaruit ons lichaam is opgebouwd. Een belangrijke functie van mitochondriën is het maken van energie; het zijn de 'energiefabrieken' van de cel. Voordat energie gemaakt kan worden, vinden heel veel chemische processen plaats waarvoor enzymen of enzymcomplexen nodig zijn.
Het zijn de energiefabrieken van de cel. Eén van hun functies is het maken van energie. Ons lichaam heeft deze energie nodig om goed te functioneren. De hersenen hebben energie nodig om te kunnen denken, spieren gebruiken energie om te bewegen.
Mitochondriën zorgen voor de productie van ATP (adenosinetrifosfaat) via de fosforylering (de toevoeging van een fosfaatgroep) van ADP (adenisinedifosfaat). ATP werkt als energiebron om de stofwisseling van de cel mogelijk te maken.
Mitochondriën hebben voedingsmoleculen nodig om deze om te zetten in energie (ATP). De belangrijkste voedingsstoffen hiervoor zijn koolhydraten en vetten. Koolhydraten worden omgezet in glucose. Dit wordt via je bloed overal in je lichaam aan je mitochondriën geleverd.
Bij ademhaling neemt het hemoglobine van de rode bloedcellen zuurstof op in de longen en geeft het hemoglobine en het bloedplasma koolstofdioxide af aan de longen. De opgenomen zuurstof wordt getransporteerd naar de mitochondriën van de cellen.
Dit mitochondriale DNA heeft een cirkelvormige structuur, is vermoedelijk betrokken bij de energievoorziening van de lichaamscellen en wordt vrijwel uitsluitend via de moeder doorgegeven aan de nakomeling.
Je ademt zuurstof in en je ademt koolstofdioxide uit. De zuurstof komt door je neus of mond via je luchtpijp in je longen. Vanuit je longen gaat de zuurstof je bloed in en komt van daaruit overal in je lijf. Koolstofdioxide zorgt ervoor dat de zuurstof in je bloed opgenomen kan worden.
ATP is dus drager van de brandstof voor elke cel in ons lichaam. Voeding speelt een belangrijke rol bij de gezonde werking van mitochondriën. Zo is het belangrijk voldoende antioxidanten als vitamine C en E binnen te krijgen, aangezien die helpen bij het beschermen van gezonde cellen tegen oxidatieve schade.
Belangrijke toxinen die mogelijk schade aan de mitochondriën kunnen veroorzaken, zijn onder andere: Sigarettenrook. Luchtvervuiling, waaronder fijnstof. Polyaromatische koolwaterstoffen (PAK's)
Zorg voor een evenwichtig eetpatroon
Eet juist méér antioxidantrijke producten zoals groenten en fruit. Ook vette vis (zoals sardientjes, makreel, haring en zalm) draagt bij aan goed werkende mitochondriën. In deze vissoorten zit namelijk het omega 3 vetzuur DHA.
Twee prominente factoren zijn lichaamsbeweging en calorische restrictie, die beide de productie van ROS doen toenemen. De toegenomen energiebehoefte bij lichamelijke activiteit stimuleert het metabolisme in de mitochondria, verhoogt de zuurstofconsumptie en vergroot de productie van ATP in met name de skeletspieren.
De rode bloedcellen zijn de enige cellen die geen mitochondria bevatten en ook geen celkern hebben.
Mitochondriële aandoeningen omvatten de ziektes, waarbij de energievoorziening van het lichaam onvoldoende is door slecht functionerende mitochondria, de energiecentrales van de lichaamscellen. Dat gebrek raakt vooral organen met een hoge energiebehoefte, zoals hersenen en spieren.
De belangrijkste energieleverancier is glucose (suiker), maar ook vetten en eiwitten kunnen afgebroken worden om energie te leveren. Lichaamscellen halen hun energie vooral uit de verbranding van glucose in de mitochondrieën. Mitochondrieën zijn celonderdelen die de energieproductie van de cel verzorgen.
Mitochondriaal DNA, mtDNA of chondroom is klein ringvormig dubbelstrengs DNA dat zich in de mitochondriën bevindt, en niet in de celkern.
Mitochondriën erf je van je moeder. De mitochondriën van je vader zitten in de staart van de zaadcel en die blijft bij de bevruchting buiten de eicel. Daarom kan alleen een moeder een afwijking in het DNA van de mitochondriën doorgeven aan haar kind.
Een teveel aan vrije radicalen of een tekort aan antioxidanten zorgt voor oxidatieve stress: een beschadiging aan gezonde weefsels en cellen in ons lichaam. Met als gevolg ongecontroleerde celdelingen, snellere lichaamsveroudering en een grotere kans op gezondheidsklachten.
Adenosinetrifosfaat, beter bekend als ATP, is de drager van chemische energie in alle levende cellen. ATP is een organische verbinding bestaande uit de nucleobase adenine, de monosacharide ribose en drie fosfaatgroepen.
Mitochondriële myopathie is een groep van spierziekten waarbij de energievoorziening van de spieren is verstoord. Uiteindelijk worden alle spieren aangetast en een of meer organen. Welke organen aangedaan zijn verschilt per persoon en per ziekte, maar het gaat bijvoorbeeld om het hart, de hersenen en de nieren.
Vaak ontstaat disfunctioneel ademen naast of ten gevolge van een ander probleem bijvoorbeeld astma, COPD, een doorgemaakte longontsteking of longembolie. Het kan ook na een operatie of een trauma optreden.
Door voldoende te bewegen, regelmatig in de buitenlucht te zijn, te ontspannen en ijzerrijk voedsel te eten hou je het zuurstofgehalte in je bloed op peil. Als je rookt, helpt het om te stoppen of in ieder geval te minderen. Soms komt een te laag zuurstofgehalte door een ziekte (zoals de longziekte COPD).
Het hoesten ontstaat door een krachtig samentrekken van zowel de tussenribspieren als het middenrif en de buikspieren.
De celkern (nucleus) ligt in het cytoplasma van de cel en is het informatie- en besturingscentrum van de cel. De celkern is het organel in de cel, waarin de erfelijke informatie (DNA) is opgeslagen.
Dit is een bijzondere vorm van overerven, omdat het hier om erfelijke informatie buiten de celkern gaat, namelijk het erfelijkheidsmateriaal in de mitochondriën. Deze erfelijke informatie noemen we mitochondrieel DNA en alleen vrouwen kunnen dit doorgeven.
DNA zit in eukaryote cellen verpakt in een celkern. Een DNA-molecuul bestaat uit twee lange strengen die als een wenteltrap (de helix) om elkaar heen zijn gewikkeld. In één enkele cel zit een enorme hoeveelheid DNA.