Wat gebeurt er in de hersenen? Een hersengebied dat vaak in verband wordt gebracht met OCS is de basale ganglia. Dit is een verzameling structuren onder de hersenschors. Het gebied maakt gewenst gedrag mogelijk en stopt ongewenst gedrag.
Een dwangstoornis kan ontstaan na een ernstige, ingrijpende gebeurtenis waarin iemand heel bang was (psychotrauma). Een dwangstoornis kan ook ontstaan door een lichamelijke ziekte, het gebruik van bepaalde medicijnen of het gebruik van drugs.
OCD is een psychiatrische stoornis die wordt gekenmerkt door obsessieve gedachten en compulsieve handelingen zoals schoonmaken, controleren, tellen of hamsteren.
Inmiddels gaat men er in zijn algemeenheid van uit dat de interactie van genetische en omgevingsfactoren de vatbaarheid voor het ontwikkelen van OCS veroorzaakt.
Wat is OCD? Een dwangstoornis wordt ook wel OCD (obsessieve compulsieve stoornis) genoemd. Er is sprake van een dwangstoornis als je langer dan een uur per dag dwangmatige gedachten (obsessies) hebt en/of dwangmatige handelingen (compulsies) uitvoert. De dwanggedachten geven jou een gevoel van angst en onrust.
Met natuurlijke supplementen kun je OCD helaas ook niet genezen. Wel kunnen ze helpen bij het onderdrukken van angst en stressgevoelens die vaak met OCD samengaan.
Erfelijkheid. Mogelijk speelt erfelijkheid een rol bij het ontstaan van OCD. Wanneer er binnen je familie iemand een dwangstoornis heeft, is de kans groter dat jij ook een dwangstoornis ontwikkelt.
Obsessief compulsieve persoonlijkheidsstoornis wordt ook wel omschreven als dwangmatige persoonlijkheidsstoornis. De naam wordt vaak verward met obsessief compulsieve stoornis (OCS) of dwangstoornis (het verschil in naam is 'persoonlijkheid').
Ook kan je door middel van erover te praten hulp vinden en kan je steun uit je omgeving krijgen. Probeer meer te weten te komen over dwang, bijvoorbeeld door te lezen erover of door lotgenotencontact. Schrijf de gedachten op, ook al is het telkens dezelfde gedachte (zonder dwanghandelingen uit te voeren).
Belangrijk om te weten: herhalende gedachten en gedragingen wijzen bij mensen met autisme zeker niet altijd op een OCD; ze horen namelijk ook bij autisme. Er is dan ook een duidelijk verschil tussen OCD en herhalende gedachten en gedragingen van mensen met autisme.
Het voelt alsof de gedachten je worden opgedrongen. Vaak maken deze gedachten jou angstig en ervaar je een gevoel van onrust. Je probeert de dwanggedachten te neutraliseren of te onderdrukken. Vaak doe je dit door het uitvoeren van één of meerdere dwanghandelingen.
OCD is een angststoornis en gaat gepaard met dwanggedachten (obsessies) en dwanghandelingen (compulsies). Dwanggedachten zijn gedachten die steeds terugkomen en dwanghandelingen zijn steeds terugkerende handelingen. De gedachten en gedragingen zijn vaak zinloos, maar uitermate moeilijk tegen te gaan.
Een dwangstoornis gaat meestal niet vanzelf over. Wanneer dwang je leven in de weg staat of zelfs heeft overgenomen, dan kan therapie je helpen. Therapie kan een dwangstoornis niet genezen, maar het helpt je wel om op een gezonde en ontspannen manier met stress om te gaan.
De vijf SSRI's citalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline zijn voor de behandeling van de obessieve compulsieve stoornis (OCS) effectiever bevonden dan placebo. Met een behandeling met SSRI's verbetert 50% van de patiënten klinisch relevant. Het effect is te evalueren na 12 weken behandeling.
Bij een dwangstoornis, ook wel obsessieve compulsieve stoornis (OCS) of dwangneurose, wordt er onderscheid gemaakt tussen een dwanggedachte en een dwanghandeling, ook wel 'obsessies' en 'compulsies' genoemd.
Erfelijkheid speelt een belangrijke rol bij de dwangstoornis. Dit betekent dat dwangstoornissen in de familie van mensen met een dwangstoornis veel vaker voorkomen dan in de familie van mensen zonder een dwangstoornis. Maar niet erfelijke factoren spelen ook een belangrijke rol.
Als je last hebt van dwanggedachten en/of dwanghandelingen, heb je een dwangstoornis. We noemen het ook wel een obsessief-compulsieve stoornis. Een dwangstoornis komt voort uit angst: eigenlijk wil je vooral je angsten uit de weg gaan. Met dwanghandelingen probeer je dan te voorkomen dat gebeurt waar je bang voor bent.
Hoe kun je het herkennen? Je hebt last van obsessieve gedachten of dwanghandelingen. Ze komen herhaaldelijk voor en je vindt ze storend. Mensen met OCS erkennen dat hun obsessies ontspruiten aan hun eigen geest en niet van 'buitenaf' zijn opgelegd.
Iemand met een dwangstoornis heeft last van dwanggedachten en/of dwanghandelingen. Dit gaat gepaard met angst, walging of een ander naar gevoel en heeft een grote invloed op zijn of haar leven. De gedachten en handelingen kosten veel tijd en maken het moeilijk om goed te kunnen functioneren.
Ontstaan. Veel mensen met een dwangmatige persoonlijkheidsstoornis zijn opgegroeid met afstandelijke, kritische of strenge ouders. Tijdens je opvoeding was er waarschijnlijk weinig ruimte voor spel, ontspanning en pubergedrag. Deze stoornis komt voor bij ongeveer één procent van de bevolking.
Serotonineheropnameremmers, ook wel SSRI`s genoemd, regelen in de hersenen de hoeveelheid serotonine, een van nature voorkomende stof. Ze verminderen de dwanggedachten, zodat de angst afneemt en de neurose vermindert. Voorbeelden zijn fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline.
Dwang is een psychische stoornis die iemands leven zeer sterk kan beïnvloeden. Het kan vele uren van een dag in beslag nemen en het normale functioneren in werk, gezin en maatschappij ernstig belemmeren. Dwang is ook nog eens een verschijnsel dat vele gezichten kent.