Een vis die in de zee leeft heeft eigenlijk altijd dorst en drinkt veel water via de kieuwen. Een vis die in meren of rivieren leeft heeft nooit dorst, maar die plast juist heel veel! Een vis die in de zee leeft heeft eigenlijk altijd dorst en drinkt veel water via de kieuwen.
Uitdrogingsgevaar is er niet, maar ze kunnen wel opzwellen. Daarom plassen ze veel. Ze hebben een cloaca of een opening achter de anus waar de plas en poep uitkomt.
Het drinken van zoutwater of eten van veel zout kan tot een zoutvergiftiging leiden bij dieren. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij honden die veel zeewater drinken.
Reacties. wat een vis onder water ziet, kun je vergelijken met wat een mens onder water ziet als hij een duikbril op heeft. water en lucht hebben een andere brekingsindex. vandaar dat de mens zonder duikbril niet scherp ziet onder water.
De meeste dagactieve vissen slapen 's nachts. En sommige soorten met weinig energie, zoals bettas, doen gedurende de dag kleine dutjes en slapen het grootste deel van de nacht. Nachtvissen zoeken meestal een mooi plekje om te schuilen terwijl het buiten licht is en uit te rusten.
Het zou wel logisch zijn dat de meeste vissoorten in ieder geval blauw en groen licht goed kunnen waarnemen, net zoals de goudvis in het onderzoek uit de jaren zestig. Dat zijn namelijk de lichtkleuren die elke vis tegenkomt, omdat ze het makkelijkst en het verst in het water doordringen.
Het water dringt als het ware door naar buiten. De vis moet dus drinken om het vochtgehalte op peil te houden. Zou hij niet drinken, dan droogt de vis uit. Om de hoeveelheid water op het juiste niveau te houden, moeten zoutwatervissen dus wel degelijk drinken.
Toch is dit geen goede keuze! Zeewater is drie keer zo geconcentreerd als menselijk bloed, en om het te verwerken, zou het lichaam het overtollige zout in de vorm van urine uitscheiden via de nieren. Wanneer je zout zeewater drinkt, is het lichaam niet meer in staat om het zout uit het lichaam te spoelen.
Dit kan je niet drinken. Water waar geen of heel weinig zout in is opgelost, is zoet water. Maar 2,5 procent van al het water op de planeet is zoet. Het grootste gedeelte van dit zoete water is bevroren en niet drinkbaar.
Gewervelde dieren zoals honden, katten, vissen en vogels hebben bijvoorbeeld hersenen, maar ook krabben, insecten en inktvissen. Dieren zoals ringwormen, slakken, sponzen, anemonen en kwallen hebben geen hersenen. De grote hersenen Het grootste deel van onze hersenen noemen we (niet verrassend) de grote hersenen.
Volwassen konijnen en veel andere knaagdieren, gorilla's en honden eten hun eigen poep of die van een ander op. De poep bevat vitaminen die er in de eerste verteringsronde niet uit gehaald konden worden. Varkens werden in het oude China gebruikt voor klaar-terwijl-u-wacht wc's.
Een vis weet niets van water of nat worden, omdat het zijn leefomstandigheid is. Mogelijk dat meer intelligente zeezoogdieren zoals walvissen en dolfijnen (met mogelijk een enigszins zelf-reflectieve geest) wel weten dat ze in water leven omdat ze kunnen ervaren dat er meer is dan water alleen.
De enige manieren om meer drinkbaar water beschikbaar te maken, is door ontzouting en hergebruik. In regio's waar grondwater en oppervlaktewater schaars zijn, wordt al heel lang zeewater ontzout. Koeweit bijvoorbeeld haalt al zijn drinkwater uit zeewater.
Vraagt u zich misschien zelfs af of de Noordzee schoon genoeg is om in te zwemmen? Het antwoord is ja! In de Noordzee zitten meer algen dan in bijvoorbeeld de Middellandse zee. Hierdoor worden de zonnestralen in het water eerder gebroken en is de kleur van het Noordzeewater eerder grijsgroen dan blauw.
Als het zeewater lang genoeg gekookt wordt, blijft al het zout op de bodem achter terwijl het zoete water verdampt. Deze waterdamp wordt opgevangen en afgekoeld. Dan is het water zoet. Het is vaak nog niet geschikt om te drinken, omdat er nog andere mineralen zoals magnesium, zwavel en kalk in kunnen zitten.
Nee vissen zweten niet. Zoogdieren (zoals de mens) hebben een constante temperatuur die intern geregeld wordt, dit noemt men endoterm (endo: intern, term: warmte). Ze moeten energie, die ze uit voedsel halen, verbranden om hun lichaamstemperatuur op peil te houden.
Een zoetwatervis drinkt veel minder dan een zoutwatervis, wat voornamelijk komt doordat een zoutwatervis meer moet drinken om uitdroging te voorkomen. Bovendien heeft een zoutwatervis speciale nieren om al het zout te verwerken. Zoetwatervissen drinken een stuk minder, omdat er niet veel zout in het water zit.
Zoutwatervissen zijn o.a.: ansjovis, bot, griet, heilbot, makreel, kabeljauw, koolvis, rode poon, sardien, schar, schelvis, schol, tarbot, tong, tonijn, wijting, zeepaling en zeeduivel. Zoetwatervissen zijn o.a.: baars, forel, karper, meerval, paling, snoek, steur en zalmforel.
Voor het eerst is aangetoond dat vissen menselijke gezichten kunnen herkennen. Met verbazende precisie konden schuttersvissen een vertrouwd gezicht uit tientallen andere gezichten halen.
Het groenvoer kan bestaan uit:
Komkommer. Broccoli. Bloemkool. Kool.
Rijst met vis en groente is natuurlijk de meest gezonde combinatie ... maar ook gewoon een hele lekkere! De smaak van vis past namelijk heel goed bij groene groenten als broccoli, sperziebonen of spinazie.
Dit zien ze door de intensiteit van de bewegingen van het kieuwdeksel. De ademhaling wordt regelmatig net zoals bij ons als we slapen. Sommige vis soorten zoeken een rustig plekje om de nacht te doorstaan.
Vissen kunnen, in tegenstelling tot de mensen, overdag niet slapen. Vissen in ons aquarium zijn afhankelijk van ons wanneer wij het licht laten aangaan en uitgaan, willen ze een goede nachtrust hebben. Moet het donker zijn. Pikdonker hoeft het niet te zijn.
Vissen hebben het vermogen ontwikkeld om bewust uit water te springen met de intentie om in beter water terecht te komen. Vaak is de waterkwaliteit slecht, is het te koud, te warm of hebben de vissen stress. Als laatste redmiddel kunnen ze het water verlaten door te springen.