Hoe werkt een warmtepomp als het buiten vriest? Een warmtepomp werkt hetzelfde wanneer het vriest, het apparaat moet alleen harder werken. Ook wanneer het vriest is de buitenlucht nog (relatief) warm voor de vloeistof in het apparaat. De vloeistof kookt razendsnel en verdampt.
De warmtepomp verplaatst vloeistof door deze u-lus buis en in de bodem warmt de vloeistof op. Dat gaat naar de warmtepomp die er energie aan onttrekt. De afgekoelde vloeistof gaat de bodem weer in en wordt daar weer opgewarmd.
Een warmtepomp kan die warmte ook bij vriestemperaturen (tot -20°C) onttrekken om je van energie te voorzien. Net zoals bij een koelkast die in een zeer warme omgeving staat, zal een warmtepomp bij zeer koude temperaturen harder moeten werken.
Bij een goed werkende warmtepomp kan het tot 10°C zijn dat de temperatuur zakt. Bij buitentemperaturen lager dan 10°C kan het dus gebeuren dat er ijsvorming is op de buitenkant van het toestel.
Momenteel zijn monoblock warmtepompen het meest populair. Hun buitenunit is met aanvoer- en retourleidingen verbonden met de installatie binnenshuis. In de winter is er wel risico op vorstgevaar. Om te voorkomen dat het cv-water in de leidingen bevriest, is elektrische warmtetracing de meest gekozen optie.
Tijdens de wintermaanden is de luchtvochtigheid meestal hoog. Wanneer vochtige lucht door de buitenunit stroomt en vervolgens in contact komt met de koude metalen onderdelen van de warmtepomp, kan het vocht hierop bevriezen.
Monoblock-warmtepomp als oplossing
Toch kan een installatiebedrijf de voorkeur voor een split-uitvoering hebben, geeft hij aan. “Dat komt onder meer omdat het koudemiddel in tegenstelling tot water niet kan bevriezen.
Ook 's nachts schakel je je warmtepomp het best niet uit. Als je de verwarming 's nachts zou afzetten, dan wordt het verschil tussen de werkelijke en de gewenste binnentemperatuur 's morgens zo groot dat er een hogere vertrektemperatuur nodig is en je warmtepomp dus plots extra hard moet werken.
→ Uitzetten in de zomer
De warmtepomp is niet benodigd voor ruimteverwarming in de zomer. Daarom is het in de zomer aan te raden om de thermostaat in te stellen op een lage temperatuur, bijvoorbeeld 10˚. Let op: vergeet niet als het stookseizoen weer begint de thermostaat op de gewenste temperatuur in te stellen.
Als je 's nachts je warmtepomp uitschakelt, zal namelijk de temperatuur dalen in de vloeistof die door je warmteafgiftesysteem vloeit. Je warmtepomp zal dan ook een grote hoeveelheid energie moeten leveren om die temperatuur weer te verhogen. Als gevolg hiervan zal het rendement dalen.
In de volgende situaties is het geen goed idee om een warmtepomp te nemen: Je huis is slecht geïsoleerd.Je hebt buiten of binnen onvoldoende ruimte. Een warmtepomp met een buitenunit is geen goed idee wanneer deze geluidsoverlast veroorzaakt voor je buren of voor jezelf.
Met een volledige elektrische warmtepomp kun je volledig van het gas af. Ondanks dat je elektriciteitskosten iets toenemen, zullen je maandelijkse energiekosten met deze warmtepomp flink dalen. De gemiddelde maandelijkse kosten met een lucht-lucht warmtepomp zijn rond de € 94,- en met een bodemwater warmtepomp € 70,-.
Door de thermostaat regelmatig hoger of lager in stellen omdat je het te warm of te koud hebt, verbruikt de warmtepomp meer stroom dan wanneer je dezelfde temperatuur aanhoudt. Onthoud ook dat door de thermostaat één graad lager te zetten, de energierekening met 2,5% zal dalen.
Een warmtepomp verbruikt gemiddeld zo'n 2000 tot 3000 kWh per jaar. Maar let op, dit is compleet afhankelijk van het type warmtepomp dat je gebruik en de warmtevraag binnen jouw woning. Zo moet je jezelf eerst afvragen hoe groot de oppervlakte is die je dagelijks (in koude periode) wilt verwarmen.
Daarnaast is het belangrijk dat je lage temperatuur verwarming hebt, zoals vloerverwarming of speciale lage temperatuur radiatoren. Warmtepompen werken namelijk met een temperatuur van tussen de 45 en 55 graden, terwijl een cv-ketel meestal staat afgesteld op 60 tot 80 graden.
Het rendement van de warmtepomp bij een lage buitentemperatuur is ook lager. De omgevingswarmte neemt af en dat heeft gevolgen voor je verwarming. De lage temperatuur van de bron zorgt ervoor dat de COP daalt. Waar je normaal gesproken een COP van tussen de 4 en 6 haalt, kan dit in de winter dalen tot tussen de 2 en 3.
Daar zit een ventilator in die geluid maakt als hij draait. Op momenten als je de verwarming aan hebt, maar ook als het water voor de keuken of douche opgewarmd wordt. Ook 's nachts kan de ventilator draaien om de temperatuur in huis op peil te houden of om het voorraadvat met warm water op te warmen.
Realiseer je echter wel: warmtepompen behalen het hoogste rendement wanneer water op lage temperatuur – 50 à 55 graden Celsius – wordt verwarmd. CV-installaties aangesloten op LTV-radiatoren (Lage Temperatuur Verwarming) werken optimaal bij dit temperatuurbereik.
Een warmtepomp haalt warmte van buiten en gebruikt deze warmte voor verwarming en warm water. Buiten is de temperatuur gemiddeld 15 graden, maar om een goed geïsoleerd huis warm te krijgen, moet de temperatuur die de warmtepomp levert zo'n 35 tot 50 graden zijn.
Veel bestaande woningen zijn (alleen) geschikt voor hybride warmtepompen, die samenwerken met een cv-ketel. Gemiddeld verbruik is daarbij 1.900 kWh stroom en 700 m3 gas. Dat hangt wel erg af van het soort huis natuurlijk. Met een hybride warmtepomp verbruik je dus méér stroom, maar bespaar je op gas.
Vloerverwarming en warmtepomp, een efficiënte combinatie
Temperatuur tussen de 25 en 35 ⁰C van het water zijn ideaal voor de efficiëntie van een warmtepomp. Het rendement van een warmtepomp verbetert als de temperatuur van de bron en het afgiftesysteem dichter bij elkaar liggen.
Bij een monoblock zit de condensor in de buitenunit. Dit betekent dat de leidingen die van buiten naar binnen gaan gevuld zijn met water. Bij een split-uitvoering zijn deze gevuld met koudemiddel. Split-units zijn compacter en goedkoper, maar de monoblock heeft weer een beter rendement.
Zoals te zien is, moet er een flink aantal keer worden ontdooid. En wat nog opvallender is, is dat de instelling na hoeveel minuten er ontdooid moet worden ook van groot belang is. Zo moet er ruwweg 3 keer zo vaak ontdooid worden als de timer op 30 minuten is ingesteld.
Afvoer van condenswater
Een warmtepomp onttrekt warmte uit de buitenlucht waarmee het huis verwarmd wordt. Deze warmte koelt af, waardoor water condenseert (denk aan condens op de ramen als het buiten een stuk kouder is dan binnen). Dit condenswater moet natuurlijk wel goed afgevoerd worden.