Een inbraak veroorzaakt veel schade, natuurlijk door ontvreemde spullen en schade aan de woning. De emotionele schade veroorzaakt door een inbraak is echter vele malen groter. Slachtoffers houden vaak fysieke en psychische klachten over aan een inbraak.
Wat doet de politie na uw melding van inbraak? De politie komt bij u thuis onderzoek doen en probeert sporen veilig te stellen. Ook neemt zij uw aangifte op. Als dat nodig is, voert de politie ook een buurtonderzoek uit.
Let op mysterieuze tekens op de gevel van het huis
Let ook op tandenstokers in sloten. Dat is een truc van inbrekers om te kijken of er iemand thuis is. Als de tandenstoker na een paar dagen nog in het slot zit, weten ze dat de kust veilig is. Hetzelfde geldt voor stokjes tegen de deur.”
Een inbraak duurt gemiddeld slechts 5 minuten. Inbrekers weten dat ze weinig tijd hebben voordat ze opgemerkt worden. Ze hebben maar één minuut nodig om het huis binnen te dringen, 3 minuten om alle waardevolle spullen te verzamelen en nog een minuut om het huis weer te verlaten.
Door je te bewapenen neem je namelijk het risico op escalatie. Het gevaar bestaat dat je het wapen te snel gebruikt. Wapens in huis hebben mag sowieso niet, maar dat is niet relevant als het om inbraak gaat.
Een huis uitkiezen waar makkelijk binnengekomen kan worden, doet een inbreker omdat de kans op ontdekking hier ook een stuk minder groot zal zijn. Er zijn extra maatregelen die u kunt nemen waardoor de kans op ontdekking groter zal worden en inbrekers uw huis minder snel als doelwit zullen kiezen.
Inbrekers gaan voor snel en makkelijk
Anders dan je misschien zou verwachten, wordt er vaker ingebroken in rijtjeshuizen dan in vrijstaande woningen. Het hang- en sluitwerk in deze woningen is vaker verouderd, zodat de inbreker makkelijker en sneller naar binnen en buiten kan.
Veel inbrekers slaan toe tussen 10.00 uur 's morgens en 15.00 uur 's middags. Over het algemeen geven inbrekers de voorkeur aan overdag een woning leeg te roven. Hierbij zijn ze vooral op zoek naar huizen waarvan ze vrij zeker zijn dat er tegen die tijd niemand thuis zal zijn.
Inbrekers hebben niet meer dan een tandenstoker nodig om te zien of u thuis bent. Ze steken de tandenstoker tussen de deur en kijken of hij er na een paar dagen nog steeds zit. Voor dezelfde truc gebruiken ze een munt, een stuk papier, een stuk karton of een stuk plastic.
Bijna 50% van de inbrekers komt binnen een jaar terug. Een mogelijke verklaring dat daders van de eerste inbraak terugkeren, is waarschijnlijk omdat ze de weg kennen, weten wat er te halen valt en hopen dat je nieuwe laptops en televisies hebt gekocht nadat ze de vorige keer gestolen zijn.
Uit onderzoek blijkt dat bijna 50% van de inbrekers binnen één jaar terugkomt. De inbrekers kennen de weg, weten wat er te halen valt en hopen dat de gestolen producten vervangen zijn door gloednieuwe exemplaren.
136 keer per dag een inbraak
Sterker nog, uit onderzoek van de stichting blijkt dat dit geldt voor twee op de vijf Nederlanders. “Als je het slot of cylinder de afgelopen vijf jaar niet hebt vervangen, dan is er een grote kans dat een inbreker binnen drie minuten bij je binnen staat”, aldus Staal.
Een klein takje wordt schuin tegen de voordeur gezet, een stukje plakband word in een hoek van de deur en het kozijn geplakt. Wanneer het takje, of het plakband is verschoven, of weg is dan weet de inbreker dat er iemand aanwezig is Wanneer het nog in dezelfde staat is, is duidelijk dat er niemand thuis is.
Dieven werken het liefst in het donker. Zorg dus voor (automatische) verlichting om je huis. Laat ook lampen aan wanneer je weggaat, liefst op een timer, zodat het lijkt alsof er iemand thuis is. Komt iemand je planten water geven of de post opruimen tijdens je vakantie?
"Het zijn jongens die verslaafd zijn, zich vervelen of kicken op geld omdat hun vrienden dat ook hebben. Ze pakken een auto, rijden door de wijk en kijken waar ze een kraakje kunnen zetten." Kleine details kunnen bepalen of deze personen een poging willen wagen.
Inbrekers komen in de meeste gevallen het liefst aan de achterzijde een woning binnen. Op zich logisch, want dat is minder in het zicht, en over het algemeen minder goed beveiligd dan de voorzijde. Bij woninginbraken zijn dit de meest voorkomende plekken waar een inbreker naar binnenkomt: Achterdeur (36%)
“Een inbreker zal bij zijn rondje door de wijk ook bij de huizen naar binnen kijken. Ziet hij iets wat hij goed kan verkopen, dan is zijn interesse gewekt. Zaken als laptops, mobiele telefoons en spelcomputers zijn populair. Is de inbreker eenmaal binnen, dan gaat hij ook op zoek naar geld en sieraden.”
De populairste dagen van het jaar
Kerst en Oudejaarsdag zijn voor inbrekers de meest geliefde momenten om in te breken, maar ook op Nieuwjaarsdag en Koningsdag slaan inbrekers vaak hun slag. Tijdens deze feestdagen wordt anderhalf tot twee keer zoveel ingebroken als wat in die tijd van het jaar gebruikelijk is.
In Harlingen en Dinkelland werd het minst vaak ingebroken (0,5 keer per 1 000 huishoudens). Van de vier grote steden werd het vaakst ingebroken in Utrecht (3,8 keer per 1 000 huishoudens) en het minst vaak in Rotterdam (3,1 keer).
Dit doe je op de site politie.nl bij 'Mijn buurt'. Hier kun je zelf zien waar en wanneer er precies wordt ingebroken door de vier cijfers van je postcode in te vullen. Vervolgens zullen de inbraken van de afgelopen drie maanden in je buurt verschijnen op de kaart.
Afgelopen jaar werden er dagelijks gemiddeld 108 woninginbraken geregistreerd. Bekijk hieronder hoeveel woninginbraken er per provincie werden gepleegd en of er -ten opzichte van 2018- sprake is van een daling of stijging. Hierin vallen vooral de provincies Flevoland, Limburg en Gelderland op.
Eén op de zes Nederlanders heeft een wapen of een ander voorwerp ter verdediging in de slaapkamer liggen voor het geval ze verrast worden door een inbreker. Dat blijkt uit onderzoek door bureau Ipsos in opdracht van een verzekeraar.
Volgens de Nederlandse wet mag je jezelf verdedigen wanneer je wordt aangevallen door een belager. Wordt er gepast geweld gebruikt om de aanval te stoppen, dan valt dat onder zelfverdediging. Toch blijkt in de praktijk dat deze zelfverdedigingswet niet zo recht-toe-recht-aan is als het lijkt.