Een ontslagvergoeding wordt bruto berekend. Je werkgever schat je jaarinkomen in en past de geldende regels toe om je een netto vergoeding uit te keren. Afhankelijk van de hoogte van je inkomen, houd je zonder maatregelen te treffen 50 tot 63% van je ontslagvergoeding netto over.
De bruto ontslagvergoeding wordt opgeteld boven op uw inkomen, u betaalt dus meestal een hoog belastingpercentage over uw ontslagvergoeding, oplopend tot 49,5%. Uw werkgever houdt de inkomstenbelasting in en maakt de netto ontslagvergoeding over op uw privérekening.
Hoeveel belasting moet je betalen over de transitievergoeding in 2022? Kortom, bedraagt jouw inkomen inclusief de transitievergoeding minder dan € 69.398, dan betaal je 37,07 %. Is jouw inkomen inclusief de transitievergoeding meer dan €69.398? Dan betaal je over het hogere deel 49,5 % belasting.
De transitievergoeding is een ontslagvergoeding die als bruto bedrag beschikbaar komt. Als u de transitievergoeding gebruikt voor van werk naar werk (outplacement) of scholing, dan betaalt u GEEN belasting.
Als je werkgever het heeft over je transitievergoeding, dan heeft hij het altijd over een brutobedrag waarover hij nog belasting moet inhouden bij de uitkering. Na aftrek van de belasting houd je nog een nettobedrag over. Het nettobedrag is dus het bedrag dat je op je bankrekening gestort krijgt.
De hoogte van de transitievergoeding die uw werkgever betaalt bij ontslag wordt bepaald op basis van 2 onderdelen: uw maandsalaris en de duur van het dienstverband. De vergoeding is per 1 januari 2022 maximaal € 86.000 bruto. Of, als uw jaarsalaris hoger is dan € 86.000, maximaal 1 bruto jaarsalaris.
De arbeidsovereenkomstenwet stelt dat de opzegvergoeding gelijk is aan het loon dat overeenstemt met de duur van de opzegtermijn, of met het resterende gedeelte van die termijn. De vergoeding omvat niet alleen het gewone loon, maar ook alle voordelen zoals vermeld in uw arbeidsovereenkomst.
De gemiddelde ontslagvergoeding die werkgevers bij ontslag met wederzijds goedvinden betalen, is ongeveer € 12.000. De transitievergoeding is het belangrijkste uitgangspunt bij het bepalen van deze vergoeding, maar ook andere afspraken komen regelmatig voor.
Zowel de hoogte van als de voorwaarden voor de transitievergoeding zijn in de wet neergelegd. Hierin is ook uitdrukkelijk bepaald dat géén recht op een transitievergoeding bestaat als – kort gezegd – een werknemer wordt ontslagen in verband met of na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
De transitievergoeding heeft gevolgen voor je pensioen, doordat je geen pensioen meer opbouwt.
De transitievergoeding is altijd een bruto bedrag. De werkgever is verplicht om op deze uitkering loonheffing in te houden. Deze loonheffing is een voorheffing op de inkomstenbelasting die u over uw inkomen betaalt.
Een ontslagvergoeding is namelijk altijd loon uit vroegere dienstbetrekking. Dit geldt ook als je deze uitbetaalt tijdens de dienstbetrekking. De werknemer ontvangt deze vergoeding niet voor het werk zelf, maar omdat hij vroeger heeft gewerkt.
Voor de ontslagvergoeding gebruikt u in 2016 inkomenscode 21. Bij deze inkomenscode hoeft u de code aard arbeidsverhouding niet in te vullen. U gebruikt code 62. Ook bij deze inkomenscode geldt dat u de code aard arbeidsverhouding niet hoeft te vermelden.
Voor de ontslagvergoeding gebruik je de groene tabel bijzondere beloningen.
Belastingpercentage (2021)
Als uw inkomen + transitievergoeding lager is dan € 68.507, betaalt u 37,1% belasting. Over alles boven € 68.507 betaalt u 49,5 % belasting.
U KUNT een 50 % hogere transitievergoeding ontvangen als er meerdere ontslag-redenen zijn (disfunctioneren, arbeidsconflict, frequent ziekteverzuim). Als uw werkgever ook nog eens ernstig verwijtbaar is, kan de kantonrechter nog een extra ontslagvergoeding toekennen BOVENOP de transitievergoeding.
UWV heeft geen rol bij het vaststellen van het recht op transitievergoeding en de hoogte hiervan. Heeft u vragen over dit onderwerp? Neem dan contact op met een rechtshulpverlener.
Deze bedraagt: 1/3 maandsalaris per gewerkt jaar voor de eerste 10 jaren, daarna 1/2 maand per gewerkt jaar. Voor 50-plussers geven jaren boven het 50ste levensjaar bij een dienstverband van meer dan 10 jaar: 1 maand per gewerkt jaar.
Tijdens de eerste 2 jaar van uw ziekte of arbeidsongeschiktheid mag u niet worden ontslagen. Hierop zijn enkele uitzonderingen. Bent u langer dan 2 jaar ziek of arbeidsongeschikt? Dan kan uw werkgever ontslag voor u aanvragen bij UWV.
Voor vijftigplussers geldt -sinds 1 januari 2020- GEEN hogere transitievergoeding meer. Vijftigplussers ontvangen DEZELFDE transitievergoeding als werknemers JONGER DAN 50 jaar. Dit is 1/3 maandsalaris per gewerkt jaar. Let op: dit is de wettelijke transitievergoeding bij ontslag via kantonrechter en UWV.
Documenten die je werkgever je moet bezorgen
De afrekening van de laatste betalingen. De individuele rekening van het lopende jaar (binnen de 2 maanden na het einde van het trimester waarin de arbeidsovereenkomst beëindigd werd). Het werkloosheidsattest (C 4) De belastingsfiche 281.10.
Als je wordt ontslagen met onmiddellijke ingang krijg je een ontslagvergoeding (tenzij je een ernstige professionele fout gemaakt hebt). Het bedrag van die vergoeding wordt berekend op basis van een aantal factoren, zoals je bruto jaarloon en het aantal jaren dat je in het bedrijf gewerkt hebt.
Na het ontslag moet uw werkgever u een eindafrekening geven. Dit is een overzicht waarop staat wat u nog krijgt uitbetaald. Zoals uw laatste salaris, vakantiedagen en vakantiegeld. Daarnaast hebt u misschien recht op een 13e maand, bonussen en het uitbetalen van overuren.
“De opzeggingsvergoeding wordt beschouwd als belastbaar beroepsinkomen. Je betaalt er dus 13,07 procent socialezekerheidsbijdragen op. “Het wordt bovendien afzonderlijk belast aan de gemiddelde aanslagvoet van het geheel van belastbare inkomsten van het voorgaande jaar waarin je gewoon in dienst was.
Vaak betaalt u 49,5 % over uw ontslagvergoeding. Afhankelijk van de hoogte van het inkomen, betaalt u maximaal 49,5% belasting over uw ontslagvergoeding.