Gemeenten moeten ervoor zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Officieel heet deze wet Wmo 2015.
Kort gezegd komt het erop neer dat u via de Wmo een vergoeding kunt krijgen voor alle ondersteuning in en om het huis, zoals aanpassingen in de woning, huishoudelijke hulp en vervoersvoorzieningen. Ook ondersteunt de Wmo zaken als mantelzorg (hulp van familie en vrienden), vrijwilligerswerk en voorlichting.
Eigen bijdrage in 2024 naar € 20,60
De eigen bijdrage voor Wmo-voorzieningen (met uitzondering van Beschermd Wonen) is op dit moment maximaal € 19,- per maand. In 2024 wijzigt dit vaste bedrag op basis van de inflatie en in verband met stijgende kosten voor de voorzieningen. Dit is besloten door minister Helder.
In 2023 zijn er geen belangrijke veranderingen in de Wmo. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is bedoeld voor mensen die hulp nodig hebben bij het zelfstandig thuis wonen, het ontmoeten van anderen en voor de ondersteuning van mantelzorgers.
Thuiszorg vanuit de Wmo en zorgverzekering
Begeleiding in het dagelijks leven valt dan onder de Wmo. Huishoudelijke hulp valt dan onder de Wmo. Wijkverpleging is verpleging en verzorging thuis bij een kwetsbare gezondheid (vanwege een medische aandoening). Dit valt onder de zorgverzekering.
Bij de berekening van de eigen bijdrage kijken we ook naar vermogen zoals spaargeld, beleggingen of een tweede woning. In 2024 werken we met een toetsbedrag van € 31.747 (alleenstaand) of € 63.494 (met partner): Het vermogen tot het toetsbedrag telt niet mee voor de eigen bijdrage.
In een onderzoek (meestal een gesprek) stelt de gemeente met u vast wat u nodig heeft. Voor sommige voorzieningen geldt een eigen bijdrage.
Het Wmo-loket of het sociale wijkteam van uw gemeente geeft u informatie over de Wmo. En helpt u bij de aanvraag van voorzieningen uit de Wmo. U kunt bij uw gemeente ook vragen naar de gratis cliëntondersteuning.
Als u, vanwege uw handicap of beperking, niet zonder hulp kan meedoen in de samenleving en/of niet voldoende voor uzelf kan zorgen (beschermd wonen) en/of de thuissituatie hebt verlaten (o.a. dak- en thuislozen), behoort u tot de doelgroep van de Wmo.
In zulke gevallen verplicht de Wmo de gemeente om ondersteuning te bieden, waardoor je in staat bent om zelfstandig te blijven wonen en actief deel te nemen aan de maatschappij. Het aanvragen van ondersteuning via de Wmo is toegankelijk voor iedereen.
De Wmo is grotendeels gericht op mensen vanaf 18 jaar die zelfstandig wonen.
Huishoudelijke ondersteuning heeft alleen betrekking op het schoonmaakwerk in het huis. Hierbij horen geen activiteiten buitenshuis, zoals het onderhouden van de tuin, opruimen van schuur, wassen van de auto of schoonmaken van de stoep.
Voorzieningen die niet worden geregeld via de Wmo zijn: Hulpmiddelen voor tijdelijk gebruik (krukken, rollators , een douchestoel) Indien u een tijdelijk hulpmiddel nodig heeft, moet u contact opnemen met de thuiszorgwinkel, het thuiszorguitleenmagazijn of uw zorgverzekeraar.
Een indicatie van de Wmo en de Jeugdwet is beperkt geldig. In de beschikking staat hoe lang de indicatie geldig is. Het is belangrijk dat een herindicatie plaatsvindt vóór het verlopen van de huidige indicatie. Het aanvragen van een herindicatie is je eigen verantwoordelijkheid of die van jouw vertegenwoordiger.
Zorgindicatie aanvragen via wijkverpleegkundige en huisarts
Een zorgindicatie is aan te vragen bij uw wijkverpleegkundige of huisarts wanneer het thuis niet meer goed gaat. U kunt uw wijkverpleegkundige of huisarts machtigen voor de opname in een verpleeghuis. U hoeft zelf deze aanvraag alleen te ondertekenen.
Het WMO en Thuisvester helpen bewoners om zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen. Dit is in de huidige woning niet altijd mogelijk. Om in aanmerking te komen voor een verhuisindicatie op medische grond kun je contact opnemen met het WMO-loket van jouw gemeente.
In januari 2024 betaalt u de eigen bijdrage van december 2023. Dat bedrag is nog € 19,-. Vanaf februari schrijven we het nieuwe bedrag van uw rekening af. Dat bedrag is maximaal € 20,60.
Vermogen is bijvoorbeeld spaargeld, dure sieraden of een auto. Als u alleen woont geldt een maximumbedrag van € 7.575, en als u met uw partner of met een kind (jonger dan 18 jaar) woont € 15.150 (bedragen voor 2024). Heeft u meer vermogen? Dan kunt u geen AIO-aanvulling krijgen.
Vermogen telt mee
De eigen bijdrage voor 2023 is dus gebaseerd op het verzamelinkomen van 2021. Het CAK trekt van dat verzamelinkomen een paar posten af, zoals de betaalde belasting en een bedrag voor zak- en kleedgeld. Maar er is ook een bijtelling voor het spaargeld. Daarvan telt 4 procent mee als inkomen.
Hoeveel spaargeld mag ik hebben in een verzorgingshuis? Als je spaargeld hoger wordt dan €31.747 (2023: €31.340) ga je een bijdrage betalen over je vermogen aan het verzorgingshuis.Heb je een partner?Dan is de grens €63.494 (2023: €62.680).
Met twee uur doet een huishoudelijke hulp vooral de basistaken zoals stofzuigen en dweilen, de was, opruimen en afstoffen. In 3 uur kan een huishoudelijke hulp belangrijke leefruimtes opruimen, deze schoonmaken en de was doen.
omvang van 40 uur per week. Deze normtijden worden gebruikt bij het berekenen van de totale benodigde tijd voor de activiteiten met betrekking tot kinderen.
De kosten voor particuliere thuiszorg zijn afhankelijk van welke vorm van zorg wordt geboden. De tarieven liggen tussen de € 15 en € 60 per uur.