De uitdrukking "Voor een dubbeltje op de eerste rij/rang (willen) zitten" betekent: iemand krijgt (of wil krijgen) meer voor zijn geld dan hij op grond van de betaalde prijs mag verwachten.
Een dubbeltje op z'n kant is een uitdrukking die aangeeft dat iets maar net goed is gegaan. Als je al dan niet met veel geluk een krappe voldoende op een toets haalt en daardoor nét je diploma behaalt, was dat een dubbeltje op zijn kant.
Als je voor een dubbeltje geboren bent, bereik je nooit een kwartje. Het spreekwoord betekent Arm geboren zal wel arm blijven. Het spreekwoord Als je voor een dubbeltje geboren bent is een spreekwoord dat vermoedelijk al voor de zeventiende eeuw bestond, toen met andere muntnamen.
In oudere Nederlandse teksten duidt het woord de voet van een zuil of kolom aan. In het citaat hierboven is piëdestal gebruikt als onderdeel van de uitdrukking van zijn piëdestal vallen, die soms gebruikt wordt als variatie op van zijn voetstuk vallen ('flink in aanzien dalen, zijn goede positie kwijtraken').
Wanneer iemand iets eindelijk begrijpt of zich iets veel later realiseert wordt er vaak door anderen gezegd 'dat het kwartje gevallen is'. De uitdrukking wordt al lang in Nederland gebruikt maar komt waarschijnlijk uit de 19e eeuw vanuit Yorkshire, Engeland.
Spreekwoorden: (1914) Op grooten voet leven, d.i. op rijkelijke, ruime wijze leven; ook wel in scherts gebezigd voor: groote voeten hebben.
2349.
eig. gezegd van den vijand, die het slagveld heeft moeten ruimenGa naar voetnoot1); bij overdracht van iemand, die geheel van zijn stuk is, onthutst, beschaamd is, zich van zijn veld vindt, zooals Hooft zegt. Vgl.
Waar komt het spreekwoord 'Wie een kuil graaft voor een ander, valt er zelf in' vandaan? Dit spreekwoord betekent 'als je een ander een streek probeert te leveren, word je daar vaak zelf het slachtoffer van'.
Als dubbeltje geboren worden en nooit een kwartje kunnen worden, is een zegswijze die aangeeft dat je niet boven je stand kunt leven. Wie arm geboren wordt, zal wel arm blijven, is eenzelfde soort gedachtegang. In onze moderne tijd zijn veel mensen het niet met deze spreuk eens, omdat het getuigt van lijdelijkheid.
d.w.z. iemand iets van geringe waarde als iets kostbaars in de hand stoppen; hem met ijdele praatjes bedotten, foppen, misleiden; synonieme uitdrukkingen zijn of waren: iemand appelen of eieren voor citroenen, paardekeutels voor vijgen, kladbeeken voor diamant...
De betekenis van deze woorden is een ieder wel bekend. Iets terug krijgen voor je geld, iets waar je tevreden over bent. Waarvóór uw geld. Hier geeft de klemtoon aan dat we voor het maken van keuzes staan en het stellen van prioriteiten in wat wel en niet moet worden gedaan.
behagen (ww) : aanstaan, bevallen, genoegen, in de smaak vallen, ter wille zijn.
Het antwoord is: de doek (lap).
In de christelijke iconografie staat het pentagram symbool voor de vijf wonden van Jezus Christus en ook voor het verknopen van begin en einde in Christus: de alpha en de omega.
De zespuntige en achtpuntige ster, al dan niet binnen een cirkel, betekenen in de Christelijke traditie: Jezus Christus of het acroniem Jezus Christus, Gods zoon, Redder. Het is het teken van het goddelijke. Het had ook hier weer de functie van onheil afweren en geluk te brengen.
De drie gordelsterren luisteren dus naar de namen Mintaka (gordel), Alnilam (parelsnoer) en Alnitak (parelsnoer). Ze staan op pakweg 1000 lichtjaar van de aarde. Wij zien die sterren dus zoals ze er duizend jaar geleden uitzagen. Reizen in de tijd, nog altijd even wondermooi.
Wie alles op haren en snaren zet, doet alles om zijn doel te bereiken of doet alles om zijn zin te krijgen. De uitdrukking betekent dus iets als 'alles in het werk stellen'. Bijvoorbeeld: 'Zij zette alles op haren en snaren om haar dochter in het hoogste elftal te krijgen. '
Als je op je tandvlees loopt, wil dat zeggen dat je bijna niet meer verder kunt: je bent doodmoe. Bijvoorbeeld omdat je na uren wandelen nog geen cafeetje hebt gevonden om iets te drinken, of omdat je zo hard hebt gewerkt dat je (bijna) uitgeput bent.
Heug betekent 'zin, lust' en heeft te maken met het werkwoord verheugen. Meug betekent zoiets als 'trek, smaak' en is afgeleid van mogen in de zin van 'waarderen, appreciëren'. Tegen heug en meug betekent dus letterlijk 'in strijd met wat je vrolijk maakt en met wat je aangenaam vindt'.
Den spijker (of den nagel) op den kop (of het hoofd) slaan (of tikken), d.w.z. de zaak juist treffen, juist zeggen waar het op aankomt, het juiste middel aangeven.
De koe bij de horens grijpen (pakken of vatten), d.w.z. eene moeilijke, gevaarlijke onderneming op de juiste manier flink aanpakken; fri. de kou by de hoarnen pakke of it hynsder (paard) by de team (toom) pakke.