Stiekem: Bargoens Het kan volgens het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands teruggaan op een Jiddisch woord voor 'stil', sjtieke. Sjtieke zou van het Hebreeuwse werkwoord sataq ('zwijgen, stil zijn') kunnen komen. De m die achter sjtieke is gevoegd, zou dan een loze toevoeging zijn.
Stiekem. Als je iets stiekem doet, heb je een geheim. Dit is ook waar het woord van afstamt. Het Jiddisch 'sjtieke' betekent het namelijk 'heimelijk' of 'stil'.
mesjogge: gek, dwaas. metaar-huisje: huisje op de begraafplaats waar een lijk werd gewassen en gekleed. mezoezo: betekent letterlijk 'deurpost'; vaak fraai versierd kokertje met daarin een opgerold stukje perkament met toepasselijke bijbelteksten erop.
Maar ook de Amsterdamse geuzennaam Mokum is Jiddisch en betekent plaats of stad. Steden werden naar Joods gebruik vaak aangeduid met hun eerste letter volgens het Hebreeuwse alfabet. Zo werd Amsterdam dus Mokum Allef genoemd, waarvan alleen het deel Mokum door de jaren heen is overgebleven.
Stennis (maken), geteisem, mazzel, alles kits zijn een paar voorbeelden van Jiddische woorden in het Nederlands.
Stiekem: Bargoens
Het kan volgens het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands teruggaan op een Jiddisch woord voor 'stil', sjtieke. Sjtieke zou van het Hebreeuwse werkwoord sataq ('zwijgen, stil zijn') kunnen komen. De m die achter sjtieke is gevoegd, zou dan een loze toevoeging zijn.
De basisgrammatica en woordenschat van Jiddisch, dat in het Hebreeuwse alfabet is geschreven, is Germaans. Jiddisch is echter geen dialect van het Duits, maar een complete taal , een van een familie van West-Germaanse talen, waartoe ook Engels, Nederlands en Afrikaans behoren.
Van oorsprong is gogme een Jiddisch woord, ontleend aan het Hebreeuwse chochma 'wijsheid'. Het is verwant met goochem ('slim, gewiekst'). Gogme komt al geruime tijd in het Nederlands voor - althans in het Bargoens, de 'dieventaal'.
Interieur van de Portugese Synagoge in Amsterdam, circa 1918, Collectie Joods Historisch Museum, F001424. Amsterdam is altijd het centrum van Joods leven in ons land geweest. Joden hadden een bijnaam voor de stad: Mokum, het Jiddisje woord voor plaats.
Er klinkt; '' l'chaim'' in het hebreeuws als er geproost wordt. Het betekent; op het leven!.
De keppel of kippa is het hoofddeksel waarmee joodse mannen hun hoofd bedekken om een onderscheid te maken tussen het aardse en het hogere. Ook de uitspraken in de Misjna en Talmoed, volgens welke het in strijd is met de zedigheid om blootshoofds te lopen, spelen een factor bij het dragen van een keppel.
Het Hebreeuwse woord 'Bar Mitswa' betekent 'zoon van de verplichting' of 'zoon van het gebod'. Met “gebod” wordt verwezen naar de wetten in de Thora. Een Bar Mitswa ontvangt het recht om deel te nemen aan het joodse gemeenschapsleven en wordt geacht de wetten van de Thora te volgen.
We kennen maar drie achternamen die in het algemeen Joods zijn, namelijk Levy, Cohen en Israël. Veel Joodse namen hebben een Duitse oorsprong door de Oostenrijks-Hongaarse wet uit 1787, die Joden verplichtte een permanente achternaam van het gezin te registreren.
Betekenis. Achenebbisj betekent "armoedig, rommelig", "niets, mis", "zielig, pover" of "schamel". De term wordt daarnaast ook gebruikt als uitroep van teleurstelling of medelijden: helaas, ocharm, jammer genoeg.
De vooroorlogse diamantindustrie was grotendeels in handen van Amsterdamse joden. Omdat deze joden specialistisch werk verrichtten, en dus niet zomaar te vervangen waren, konden zij zich vaak langer aan deportatie onttrekken dan andere joden.
Mokum is een Bargoens woord, een woord uit de dieventaal. Het gaat terug op het Jiddische mokem, dat 'stad' betekent. Op die manier werd het ook in het Bargoens gebruikt, voor 'stad' in het algemeen, dus niet specifiek voor de stad die sommige Rotterdammers aanduiden als '020', om het vermaledijde A-woord te vermijden.
De geschiedenis van de Joden in Amsterdam richt zich op het historische centrum van de Nederlandse Joodse gemeenschap, bestaande uit zowel Portugese Joden die oorspronkelijk uit Spanje en Portugal kwamen als Asjkenazische Joden, oorspronkelijk uit Centraal-Europa . De twee afzonderlijke groepen zijn sinds de zeventiende eeuw voortdurend aanwezig.
Joden moesten dichter bij christelijke cultuur komen
Na 1787 voerden andere Duitstalige staten dezelfde regel in, en de namen verspreidden zich via het Jiddisch, de op het Duits gebaseerde taal die vrijwel alle joden in Midden- en Oost-Europa onderling spraken.
(Jiddisch-Hebreeuws) (kouwe) drukte; in 'kapsones hebben': het hoog in de bol hebben, een overdreven hoge dunk van zichzelf.
Hoe werkt het? GoChem brengt mkb-bedrijven in contact met partijen die kennis en kunde hebben om een innovatievraagstuk op te lossen, bijvoorbeeld kennis- en onderwijsinstellingen, brancheverenigingen of subsidieverstrekkers.
Jiddisch zag een afname in zijn prevalentie onder de Israëlische bevolking in de vroege staat Israël, vanwege het verbod op het gebruik ervan in theaters, films en andere culturele activiteiten . Het heeft de afgelopen jaren een culturele opleving ondergaan. Jiddisch is de primaire taal in sommige Haredi Ashkenazi gemeenschappen in Israël.
De laatste is nauw verwant aan het Boheemse koloniale dialect van het Duits. Modern Zuidwestelijk Jiddisch erft kenmerken van Oost-Frankisch, terwijl Oost-Jiddisch voornamelijk gebaseerd is op het Boheems. Het medeklinkersysteem werd later aangepast aan het Silezische dialect dat door Duitse kolonisten in middeleeuws Polen werd gesproken.
Jiddisch betekent "Joods" in de taal zelf . Vele eeuwen geleden noemden Joden de taal "Jiddisch", hoewel het honderden jaren lang verschillende andere namen had, waaronder Taytsh, Yidish-taytsh, Loshn-ashkenaz en Zhargon, die allemaal al minstens 100 jaar achterhaald zijn.