Deze gele wond duidt erop dat de tweede huidlaag (de dermis) beschadigd is. In de meeste gevallen heelt dit vanzelf weer. Als er sprake is van pusvorming, heb je misschien een ontstoken wond. De gele wond moet dan gereinigd worden met een antibacterieel middel, zoals een wondspray.
Voorbeelden van rode wonden zijn schaafwonden en brandwonden. Een gele wond heeft vaak veel wondvocht. Als je een gele wond hebt is het verstandig om naar de huisarts te gaan, omdat er veel verschillende soorten gele wonden zijn: Gele necrose; gele necrose is afgestorven weefsel.
Oppervlakkige/diepe decubitus, met geel beslag en natte necrose. De decubituswond produceert veel vocht en/of pus. Er bevindt zich necrotisch weefsel in vervloeide vorm in de wond. De wondranden zijn rood en binnen in de wond is het weefsel geel en zwart van kleur.
Wanneer de bedekkende opperhuid direct na het sluiten van de wond weer de volle dikte bereikt, is nog goed te zien dat het onderliggende weefsel nog rood, dik en stug is. Het granulatieweefsel dat de lederhuid vervangt, moet nog verder uitrijpen tot een dun, soepel en wit bindweefsel.
Bij een schaafwond is de huid open geschuurd, bijvoorbeeld bij vallen op straat. De bovenste laag van de huid is beschadigd. U ziet rode puntjes bloed op de geschaafde huid. Er kan wat helder gelig vocht uit de wond komen.
Beoordeel de wond. Kijk naar kleur, grootte, diepte, hoeveelheid wondvocht. Let op complicaties zoals tekenen van klinische infectie. Bijvoorbeeld roodheid, zwelling, pijn en warmte.
Acute wonden (bijvoorbeeld: brandwonden, snijwonden, schaafwonden, enz.) genezen over het algemeen sneller (tussen 2 en 4 weken ongeveer) dan chronische wonden. Chronische wonden worden echter vaak in verband gebracht met een onderliggende lijden, zoals diabetes, veneuze of arteriële insufficiëntie.
Hoe kun je een wond schoonmaken? Het beste is om jouw wond voorzichtig schoon te spoelen met lauw, steriel water. Daarna kun je de wond verder reinigen met bijvoorbeeld de Hansaplast Reinigingsspray. Dep je wond droog met een schone, niet-pluizende doek.
De hydrogel sluit de bacteriën en debris op in de gel, zodat ze bij de verbandwisseling worden verwijderd; dit heeft een reinigend effect. Omdat het verband niet aan de wond kleeft, heeft de cliënt bovendien minder pijn bij verbandwisselingen en wordt nieuwgevormd weefsel niet beschadigd.
Wellicht vraag je je af hoelang wondgenezing duurt. Wij hebben het antwoord: het genezingsproces duurt bij kleine wonden meestal tussen de 24 en 72 uur. Wondgenezing bestaat uit 5 verschillende fasen. In de eerste fase, wanneer de wond ontstaat, zorgt de bloedstolling voor een tijdelijke afsluiting van de wond.
De huid verkleurt paarsachtig rood. Het onderliggende weefsel sterft af, waardoor het donker kleurt. Bij gasgangreen ten slotte sterven de weefsels in en rond de wonde snel af, in een tijdspanne van enkele uren. Hierdoor wordt de wondzone zwart.
Genezing gaat minder snel als de wond ontstoken raakt
Bij een ontsteking is de plek rood, pijnlijk en warm en er komt vocht of pus uit. De verwonde persoon kan zelfs (lichte) koorts hebben. Een ontsteking ontstaat door vuil en bacteriën.
Voor het genezen van een wond worden de cellen in de huid geactiveerd en de bloedplaatjes in het bloed gaan zich vermenigvuldigen. Het bloed wat vrij is gekomen gaat stollen om op de huid een beschermende korst te vormen om de wond meteen te dichten. Onder deze korst werkt de huid hard om extra huidcellen aan te maken.
Necrose is het plaatselijk afsterven van weefsel. Het is standaard de laatste fase van oncose en kan in sommige gevallen ook bij apoptose optreden. Necrose is vaak schadelijk voor het organisme aangezien de celinhoud niet meteen verwijderd wordt, en zo omliggende cellen kan aantasten.
Wat is een gele wond? Deze gele wond duidt erop dat de tweede huidlaag (de dermis) beschadigd is. In de meeste gevallen heelt dit vanzelf weer. Als er sprake is van pusvorming, heb je misschien een ontstoken wond.
Iedereen denkt dat een wond een korst nodig heeft om mooi te genezen. Een zogezegde volkswijsheid die echter niet blijkt te kloppen. Een korst vertraagt de wondheling, vergroot het risico op littekens, biedt geen bescherming tegen infecties en beperkt de beweeglijkheid van de huid.
De wonde moet altijd licht vochtig blijven om de genezing te stimuleren. De eerste dag(en) is het beter om de wonde af te dekken. Met een pleister of niet-klevend verband komt er geen vuil in de wonde, is het minder pijnlijk en is er minder kans op korstvorming. Wanneer de wonde te nat is, dek je ze beter niet af.
In principe moet je daarom verband dagelijks verschonen. Zeker in het begin en bij een wond die nog niet helemaal dicht is. Heeft zich overal op de wond al een korst gevormd, dan zou je om de dag of drie keer per week kunnen verschonen.
Het risico van een open wond is dat deze geïnfecteerd kan raken. Hieronder staan een aantal symptomen wat een wondinfectie aanduiding zou kunnen zijn. Wanneer er sprake is van onderstaande symptomen neem dan direct contact op met een arts.
Er zijn verschillende oorzaken waarom een wond niet goed geneest. De wond kan bijvoorbeeld erg groot zijn of vervuild. Het kan dan dat er hulpmiddelen nodig zijn om het proces voorspoedig te laten verlopen. Als een wond niet binnen een maand geneest, dan is er sprake van een chronische wond.
De laatste fase heet de rijpingsfase of remodellering. Het granulatieweefsel heeft de top bereikt. Het nieuwe weefsel is nog erg kwetsbaar. Daarom moet dit uitrijpen tot een dun, soepel en wit bindweefsellitteken.
Zit er een korst op dan kun je deze soepel houden door er vaseline op te smeren. Smeer geen vaseline op een open wond. Als dit niet praktisch is (bijvoorbeeld in verband met kleding) en bij diepere schaafwonden kun je de schaafwond afdekken met metaline of ander niet aan de wond klevend verband.
Speciaal vocht uit de bloed- en lymfevaten voert afval en bacteriën weg, zodat er geen infectie ontstaat. Dit goedje heet wondvocht en is doorgaans dus een teken van goede genezing. Toch is er ook een keerzijde: té veel vloeistof kan je verwonding zacht maken en het genezingsproces in gevaar brengen.