De omgekeerde driehoek (bord B1) betekent dat je voorrang moet verlenen aan bestuurders die op de openbare weg rijden die jij wilt oprijden, en dat je, indien het nodig is moet stoppen. Zijn er geen andere bestuurders, dan hoef je niet te stoppen en mag je het kruispunt oprijden.
Daarom is het dan ook belangrijk dat een verkeersbord goed zichtbaar is, ook vanop afstand en in het donker. Er zijn zes hoofdcategorieën waarin verkeerborden worden opgedeeld: gevaarsborden (A), voorrangsborden (B), verbodsborden (C), gebodsborden (D), parkeren-en stilstaan borden (E) en aanwijzingsborden (F).
Het bord – verboden te parkeren – wordt dus aangeduid met bord E1. Net zoals bij stilstaan, geldt het verkeersbord – verboden te parkeren – voor de kant van de weg waar het bord staat. Dit geldt dan tot aan het volgende kruispunt. Aan de kant van de weg waar het verkeersbord niet staat, mag je dus wel parkeren.
Een verkeersbord is een bord waarop tekens staan ter regeling van het verkeer. Soms staat hierbij een korte tekst. Een verkeersbord is tevens bedoeld als wegwijzer. Een verkeersbord moet altijd duidelijk zijn.
Eenvoudige uitleg: Uitzondering op informatie-, waarschuwings-, verbods- of gebodsbord dat boven dit onderbord is gemonteerd. In dit geval zijn auto's uitgezonderd.
Deze gebodsborden met pijlen zeggen dat bestuurders verplicht zijn de richting van de pijl te volgen.
Verkeersbord met kruis betekenis: u nadert een gevaarlijk kruispunt. Rotonde. Werk in uitvoering. Rijbaanversmalling.
Het kan voorkomen dat onder een verkeersbord een onderbord hangt. Dit onderbord geeft aan waar het bovenstaande bord voor bestemd is. Dit kan een toevoeging of een uitzondering zijn. Let goed op, het feit waarvoor u gewaarschuwd wordt staat beschreven op het onderbord.
Geel is een kleur die vaak gebruikt wordt voor borden bij werkzaamheden, er staan dan omleidingen of tijdelijke verkeersregels op.
Eenvoudige uitleg: Opgelet!pas je snelheid aan, je nadert een gevaarlijk kruispunt, hier moet je ook rechts voorrang geven.
In een parkeerzone waar een parkeerschijf moet worden gebruikt, liggen blauwe doorgetrokken strepen langs de stoeprand of langs een parkeerstrook. Op het bord bij het begin van zo'n zone staat hoelang je daar mag parkeren. Als je de schijf gebruikt, moet je het zetten op de tijd dat je aankomt.
De omgekeerde driehoek (bord B1) betekent dat je voorrang moet verlenen aan bestuurders die op de openbare weg rijden die jij wilt oprijden, en dat je, indien het nodig is moet stoppen. Zijn er geen andere bestuurders, dan hoef je niet te stoppen en mag je het kruispunt oprijden.
Ter hoogte van de parkeerplaats staat het verkeersbord E04 (vierkant bord met blauwe achtergrond en witte letter P). U vraagt zich af of de boete wel terecht is. Verkeersbord E04 geeft een parkeergelegenheid aan. Indien er vakken aanwezig zijn, moet in deze vakken te worden geparkeerd.
De officiële betekenis bij de dit bord luidt alsvolgt: 'Verbod voor bestuurders door te gaan bij nadering van verkeer uit tegengestelde richting'. Het blauw bord in combinatie met de witte pijl naar boven betekent dat je dus door kunt rijden op het moment dat er verkeer komt uit tegengestelde richting.
De pijlen worden zo geplaatst dat de bestuurder van een voertuig de door hem gewenste richting of rijstrook kan volgen, zonder daarbij het overige verkeer in gevaar te brengen of onnodig te hinderen.De op het wegdek aangebrachte pijlmarkeringen mogen niet in tegenspraak zijn met de op die locatie aangeduide ...
Gele waarschuwingsborden met pictogram van een uitroepteken voor het aanduiden van algemeen gevaar. De bordjes voldoen aan de huidige wetgeving en zijn volgens de internationale en Europese.
Een chevronbord is een bord met witte, naar boven wijzende pijlen (zonder schacht) op een groene ondergrond. Het groen-witte chevronbord wordt geplaatst bij een divergentiepunt waar een auto(snel)weg/stroomweg zich splitst in twee autosnelwegen/stroomwegen.
Het ronde bord met rode en zwarte pijl geeft aan dat zwart – jouw tegenligger – voorrang heeft, het blauwe bord met rode en witte pijl geeft aan dat jij (wit) voorrang hebt.
Voetpad | Verkeersbord G07
Verkeersbord voetpad. Een voetpad mag betreden worden door voetgangers en personen die de regels voor voetgangers in acht moeten nemen. Dat betekent dat een voetpad ook toegankelijk is voor wie een fiets, bromfiets of motorfiets aan de hand meevoert.
De verboden richting wordt in de meeste Europese landen aangegeven met een rond rood verkeersbord met een horizontale witte streep in het midden, de verplichte richting met een vierkant blauw bord met een witte pijl. In Amsterdam bestaat eenrichtingsverkeer al sinds 1617.
Verbodsborden zijn rond en wit met een rode rand. Ze zijn vaak doorstreept met een rode, diagonale streep en in het midden staat er meestal een zwart of rood symbool. Het verbod heeft meestal betrekking op het gebied achter het bord.
Een verplicht fietspad is een fietspad als het bord G11 (het blauwe bord met de witte fiets) rechts naast het pad staat. Dan ben je als fietser verplicht er te rijden. Bromfietsen en speedpedelecs zijn hier niet toegestaan, al wordt er voor speedpedelecs soms een uitzondering gemaakt met een onderbord.