bestuurder. Iemand die met een paard of een pony loopt, is een bestuurder. ders, maar onder de categorie voetgangers. de hand is geen bestuurder, maar een voetganger.
Ruiters en koetsiers zijn bestuurders.
Dat geldt ook voor geleiders van rij- en trekdieren en vee. Bestuurders zijn immers alle weggebruikers, behalve voetgangers. Ruiters en koetsiers hebben dus evenveel rechten op een veilig en verantwoord gebruik van de weg als ieder ander.
Mensen met skeelers, rolschaatsen, skateboard, kinderwagen, step of skelter zijn voetgangers. Ook de bestuurder van een gehandicaptenvoertuig die zich op het trottoir of voetpad begeeft, of oversteekt van het ene naar het ander trottoir/voetpad wordt gezien als voetganger.
Bestuurders zijn alle weggebruikers behalve voetgangers. Een bestuurder is iemand die een voertuig bestuurt, zoals een fiets, motorfiets, bromfiets, auto, tram, bespannen of onbespannen wagen. Maar ook een ruiter of geleider van rij- of trekdieren of vee is een bestuurder.
Weggebruikers: voetgangers, fietsers, bromfietsers, bestuurders van een gehandicaptenvoertuig, van een motorvoertuig of van een tram, ruiters, geleiders van rij- of trekdieren of vee, bestuurders van een bespannen of onbespannen wagen.
Als je de fiets aan de hand hebt en je loopt met beide benen op de grond dan ben je een voetganger en hoor je dus voorgelaten te worden.
Als iemand een voertuig aan de handmeevoert, zoals eenmotorfiets, een bromfiets, een fiets of een snorfiets, is het geen bestuurder meer, maar is het een voetganger. bestuurder. Iemand die met een paard of een pony loopt, is een bestuurder.
Neen. Als fietser heb je geen voorrang op een zebrapad. Wil je toch genieten van deze voorrang, stap af en steek de straat te voet over. Wil je over het zebrapad fietsen, wacht totdat je op een veilige manier kan oversteken zonder hierdoor andere weggebruikers te hinderen.
Invalidenvoertuigen die zich op het trottoir of voetpad bewegen volgen de regels van voetgangers, en zijn dus geen bestuurders. Alle zich op rijbaan bewegende invalidenvoertuigen zijn bestuurders. Het maakt dus hierbij niet of het een handbewogen rolstoel of bijvoorbeeld een scootmobiel betreft.
Regeling voertuigen
De fiets is een voertuig in de zin van de wet, en ook in praktische zin. In de Regeling voertuigen is de fiets omschreven in Afdeling 9 'Fietsen'.
U moet als bestuurder, blinden voorzien van een witte stok met één of meerdere rode ringen en mensen die zich moeilijk voortbewegen voor laten gaan. U moet als bestuurder, voetgangers en bestuurders van gehandicapten voertuigen die oversteken of van plan zijn over te steken bij een zebrapad voor laten gaan.
“Er geldt een aantal basisregels in het verkeer. Zo moeten voetgangers gebruikmaken van een trottoir of voetpad. Als dit niet beschikbaar is, mag er op het (brom-)fietspad gelopen worden. Ontbreekt ook een fietspad, dan mag de voetganger gebruikmaken van de berm of de uiterste zijde van de rijbaan.
van de wegcode bepaalt dat buiten de bebouwde kom, de maximumsnelheid beperkt is tot 120 km/u op autosnelwegen en op openbare wegen verdeeld in vier of meer rijstroken waarvan er ten minste twee bestemd zijn voor iedere rijrichting, voor zover de rijrichtingen anders dan door wegmarkeringen gescheiden zijn. OPGELET !!
Plaats op de weg
Op voetpaden, stoepen, fietspaden en fietsstroken mag je niet komen, ook niet als je naast je paard loopt. Dit alles geldt ook voor menners. Tot slot: rijd je op de rijbaan, dan mag je niet naast elkaar rijden. Als ruiter of menner ben je in het verkeer een bestuurder.
Basis richtlijnen betreft rijden en etiquette
Wij raden aan een tok te dragen die strookt met de huidige veiligheidsmaatregelen. Zelfs als jouw gids of andere ruiters geen tok dragen, mag dit jouw beslissing niet beïnvloeden. Het is jouw hoofd! Op bepaalde tochten is een tok zelfs verplicht.
In Artikel 49 lid 1 van de verkeerswet staat het duidelijk omschreven: bestuurders moeten blinden, voorzien van een witte stok met één of meer rode ringen, en overigens alle personen die zich moeilijk voortbewegen, voor laten gaan in het verkeer.
Een voetganger is de enige verkeerscategorie die, in de Verkeerswet, geen bestuurder is. Verder zijn o.a. mensen met een kruiwagen, kinderwagen, kinderen op een autoped, skelter, kinderfiets en mensen op skeelers, rolschaatsen en skateboard voetgangers.
Je mag uit je zelf voetgangers altijd voorrang geven, al staat er een verkeersborden voorrang voor jou als bestuurder. Je mag het voor dat moment negeren. Vooral kinderen of ouderen kunnen liever voorrang krijgen. Als jij stopt zien de rest het gelijk in dat het nodig is.
Vaak is het asfalt van een fietsstrook rood. De rode kleur heeft geen wettelijke betekenis. Wanneer de strook alleen rood is, (in Nederland: zonder fietssymbool), dan wordt de strook officieel fietssuggestiestrook genoemd, en kunnen andere voertuigen er ook gebruik van maken.
Als je haaientanden nadert, ben je niet verplicht te stoppen, maar let op dat er geen ander verkeer aanwezig is. Dan alleen mag je doorrijden. De haaientanden komen vooral in straten waar er verkeerslichten zijn. In geval de verkeerslichten uitvallen moet er dus naar de haaientanden gekeken worden.
Voorrangsregels voor voetgangers
Bestuurders moeten voetgangers die oversteken of op het punt staan dit te gaan doen, voor laten gaan. De boete voor het niet voor laten gaan is in 2022 € 410. Wil je als voetganger rechtdoor terwijl een bestuurder afslaat, dan moet de bestuurder je voor laten gaan.
Het verlenen van voorrang
Gezien het feit dat je als ruiter of meneer in het verkeer als bestuurder wordt gezien gelden voor jou dezelfde voorrangregels als voor fietsers, bromfietsers en autobestuurders. Rechts heeft altijd voorrang, tenzij anders aangegeven.
Ruiters mogen op de rijbaan met twee vooraan rijden (NDVR: toch is het beter om in één rij achter elkaar te rijden), maar als er één ruiter op de gelijkgrondse berm rijdt, dan moeten alle anderen in één rij rijden. Het verkeersreglement stelt dat fietspaden en trottoirs verboden terrein zijn voor ruiters.
Want bestuurders zijn alle weggebruikers behalve voetgangers. Denk dus aan fietsers, automobilisten, brommer- en motorrijders. Maar er zijn er nog meer. Iemand die op een paard zit, is ook een bestuurder.