Als een keizersnede is gepland en de weeën beginnen eerder of de vliezen breken voor de geplande datum, dan wordt de keizersnede vervroegd. Er kan (in overleg) worden gekozen om alsnog over te gaan op een vaginale bevalling als bij binnenkomst in het ziekenhuis blijkt dat er (bijna) volledige ontsluiting is.
Wanneer naar huis na een keizersnede? Een keizersnede is niet niks en daarom moet je vaak 2-7 dagen in het ziekenhuis verblijven. Of je na 2 dagen naar huis kunt of een weekje moet blijven, hangt af van een aantal factoren. Er wordt niet alleen naar je herstel gekeken, maar ook naar de thuissituatie.
Een geplande keizersnede wordt vaak bij 38 à 39 weken zwangerschap gedaan. De baby is dan rijp om geboren te worden. Langer wachten is niet verstandig, omdat de kans steeds groter wordt dat de bevalling spontaan op gang zal komen.
De gynaecoloog maakt een snee in de buik en baarmoeder en haalt het kind daardoor naar buiten. Als u niet eerder een keizersnede heeft gehad wordt het kind meestal binnen vijf minuten na het begin van de operatie geboren, bij een herhaal keizersnede duurt dit vaak langer. De hele operatie duurt ongeveer 45-60 minuten.
De baby wordt meestal binnen 5 minuten na het begin van de operatie geboren. De hele operatie duurt ongeveer 30-45 minuten. Na de keizersnede blijf je zo'n 2 tot 3 dagen in het ziekenhuis.
PreOp voor de operatie
2 uur voor de operatie drink je 2 pakjes preoperatieve voeding van Nutricia (PreOp). Dit is dieetvoeding voor medisch gebruik ter voorbereiding op een geplande operatie, zoals een keizersnede.
Bij een ruggenprik maakt u de geboorte van uw baby bewust mee, en al tijdens de operatie kunt u uw baby zien, horen en aanraken. U heeft tijdens de operatie geen pijn; wel voelt u soms dat er getrokken wordt of op de buik geduwd. Een enkele keer reikt de verdoving iets hoger dan alleen uw onderlichaam.
Gemiddeld duurt het 6 tot 12 maanden voordat de huid van je buik weer hersteld is en normaal aanvoelt.
U mag tot 6 uur voor de operatie een lichte maaltijd eten. Tot 2 uur voor de operatie mag u nog wel heldere dranken drinken, zoals thee en water. U wordt gevraagd om gedurende de avond voor de keizersnede 2 flesjes én 2 uur voor de operatie 2 flesjes Nutricia preOp te drinken.
Als de wond weer meer pijn gaat doen, doet u teveel. Zo min mogelijk traplopen. Tillen: de eerste zes weken niet zwaarder dan ongeveer vijf kg. De wond moet namelijk eerst goed genezen zijn.
De eerste zes weken niet sporten, daarna de sportactiviteit rustig opbouwen. Fietsen, wandelen en traplopen mag in principe direct na ontslag uit het ziekenhuis.
“Je hoort vaak dat mensen denken 'als ik mag kiezen, doe mij dan maar een keizersnede'. Omdat men denkt dat dat makkelijker is; geen weeën, geen pijn. Maar dat 'geen pijn' is echt uit de lucht gegrepen! Anders dan bij een natuurlijke bevalling heb je bij een keizersnede op het moment zelf inderdaad geen pijn.
Nadelen voor de baby
Bij een keizersnede is er na de geboorte meer vocht in de longen. Dit kan problemen geven. Hoe korter de zwangerschapsduur, hoe groter deze kans. Dat is de reden dat een geplande keizersnede bij voorkeur pas na 39 weken zwangerschapsduur plaatsvindt.
Bij een keizersnede zijn verschillende vormen van verdoving mogelijk: een ruggenprik (regionale verdoving) of een volledige narcose (algehele anesthesie). Als het kan wordt er meestal gekozen voor een ruggenprik. Bij een ruggenprik wordt alleen het onderste deel van je lichaam verdoofd.
Wanneer u zich goed genoeg voelt en de bloedwaarden goed zijn wordt het infuus verwijderd. Na een of twee dagen beginnen de darmen weer op gang te komen. De buik is dan vaak nog opgezet en u kunt pijnlijke krampen hebben. Kort na de keizersnede hebt u pijn aan de wond en soms pijnlijke naweeën.
Voor het kind is een keizersnede niet beter of slechter dan een vaginale bevalling. Een keizersnede brengt voor de moeder risico's met zich mee, zoals bloedingen, wondinfecties en problemen bij een volgende bevalling. De meeste vrouwen krijgen een ruggenprik. De operatie duurt ongeveer 30-45 minuten.
Uw lichaam is sneller weer fit na het dragen van herstellend ondergoed. Speciaal ontwikkeld voor na een keizersnede. Belly Bandit® is het 1 merk in herstellend ondergoed. Maak een einde aan de afvalberg tampons en maandverband.
Zo nodig blijft de baby enkele dagen aan de monitor. Soms is een opname op een intensive care nodig. Hoe verder de zwangerschap is, hoe kleiner de kans hierop is. Daarom wordt een geplande keizersnede zo mogelijk na 39 weken zwangerschapsduur gedaan.
u mag niet zwaar tillen gedurende de eerste 6 weken na de keizersnede (niet meer dan 5 kilo) en til vanuit de benen; kom de eerste 6 weken via zijligging uit bed om de rechte buikspieren te ontzien; niet fietsen gedurende de eerste 2 weken; daarna naar vermogen; niet autorijden gedurende de eerste 2 weken.
Hangbuik na keizersnede
Naast een litteken hebben sommige vrouwen een 'hangbuik' na de keizersnede. Boven het keizersnedelitteken zit dan een laagje vet, dat over het litteken heen hangt. Het litteken zorgt ervoor dat vet zich minder goed over je buik kan verdelen. Hierdoor kan je onderbuik een soort flap gaan vormen.
Wij willen u erop wijzen dat u vanaf twee weken na de keizersnede weer vruchtbaar kunt zijn. Voelt u zich voldoende zeker, dan mag u na ontslag uit het ziekenhuis weer wandelen. Is uw conditie voldoende opgebouwd, dan kunt u weer fietsen. Trimmen en joggen mag u na zes weken.
Een andere optie is het gebruik van een natuurlijke olie zoals castorolie of arganolie. Na zes á acht weken kan je het keizersnede litteken regelmatig masseren. Je houdt hiermee het weefsel zacht en soepel en het verkleint de kans op verklevingen van het littekenweefsel.
Wanneer contact opnemen met de gynaecoloog na een keizersnede? Na ongeveer 6 weken kom je op controle bij de gynaecoloog. Neem eerder contact op met de verloskundige of de gynaecoloog als je de eerste weken thuis na een keizersnede: koorts van meer dan 38.5 graden hebt.
Kun je jezelf fysiek nog niet redden, bijvoorbeeld na een keizersnede, dan kun je maximaal 10 uur extra kraamzorg krijgen (2 uur per dag). Ook dit wordt in overleg met de verloskundige bepaald.