In de laatste twee ijstijden was het ook in Nederland heel erg koud. Delen van Nederland waren bedekt met een dikke laag ijs. Er leefden wel mensen, de neanderthalers. Dit volk leefde van dieren waarop ze jaagden met pijl en boog en puntige priemen van steen.
In Nederland leefden verschillende dieren tijdens de ijstijd. Paarden, herten, wolven, vogels, vissen, hyena's, marmotten, sneeuwuilen en poolvossen. Maar ook mammoeten, wolharige neushoorns en sabeltandtijgers. Die zijn nu uitgestorven.
Een ijstijd is een lange periode van kou, soms zelfs extreme kou. Noord-Europa, en dus ook Nederland, heeft 3 ijstijden gekend. Zo'n periode kon heel lang duren. De laatste ijstijd duurde meer dan 100.000 jaar!
Hoe zag Nederland eruit? Tijdens het maximum lag er boven het noorden van Nederland dus een laag ijs. In de rest van het land, en ook in Noord-Nederland voor en na het maximum, was sprake van een toendraklimaat. Er groeiden geen bomen en grote struiken, maar alleen kleine struikjes, grassen en mossen.
Nieuw onderzoek bewijst dat sommige bomen de IJstijd dapper doorstonden en er zelfs heelhuids uitkwamen. Wetenschappers dachten altijd dat de laatste IJstijd Scandinavië van alle bomen had ontdaan. Zo'n 9000 jaar geleden – toen de IJstijd erop zat en het weer wat milder werd – kwamen de bomen terug.
Deze wordt opgedeeld in twee tijdvakken: Het Pleistoceen en het Holoceen (waarin wij ons momenteel bevinden). De laatste ijstijd, genaamd het Weichseliaan, eindigde ongeveer 10 000 jaar geleden. De zes glacialen zijn van jong naar oud: Weichseliaan, Saaliaan, Elsteriaan, Menapiaan, Eburoniaan en Pretigliaan.
Ongeveer 140.000 jaar geleden schoven honderden meters dikke ijsmassa's vanuit Scandinavië op tot in het midden van ons land. In Noordoost Twente drukte de ijsmassa de bevroren grond soms wel 200 m omhoog. Daarna trok het ijs verder over deze stuwwallen heen.
Tijdens de ijstijden groeiden de noordelijke ijskappen ver naar het zuiden. Minstens twee keer werd Nederland bereikt. In die perioden was ons land onderdeel van het polaire gletsjerfront. Gletsjers worden gevormd uit sneeuw die het hele jaar blijft liggen.
Gemiddelde temperatuur
Gemiddeld lag de temperatuur in de Kleine IJstijd in ons land zo'n 1 tot 2 graden onder de temperaturen van tegenwoordig. In de Grote IJstijden lag de jaargemiddelde temperatuur in West-Europa rond minimaal 15 graden.
De laatste ijstijd begon ongeveer 115.000 jaar geleden en eindigde ruim 10.000 jaar geleden. Tussen 115.000 en 130.000 jaar geleden was het klimaat warm. Die periode is vergelijkbaar met nu qua temperatuur. De één-na-laatste ijstijd was zó koud dat gletsjers uit Scandinavië ook Nederland bedekten.
De ijstijden duurden gemiddeld ongeveer 80.000 jaar glaciaal en interglacialen ongeveer 20.000 jaar. Maar ook tijdens een glaciaal was het zeker niet voortdurend zeer koud. Een korte periode in een ijstijd waarin het relatief koud was, wordt een stadiaal genoemd.
Als de hoek van de aardas klein is, krijgen de hogere breedtegraden minder warmte van de zon en daalt daar de temperatuur. 120.000 jaar geleden draaide de aarde in een lange baan rond de zon en maakte de aardas een kleine hoek. We zaten toen in een extreem koude ijstijd.
De gemiddelde wereldwijde temperatuur lag in de ijstijd rond de 8 graden Celsius. Dat is zo'n zes graden lager dan de gemiddelde wereldwijde temperatuur in de vorige eeuw lag.
In de tussen-ijstijden ging de temperatuur naar omhoog, met een gematigd warm klimaat en waren winters met tempraturen rond tot net onder het vriespunt en trokken de ijskappen zich terug naar het noorden, om even later - als het weer koud werd - terug te keren en winters opnieuw extreme koude kenden met ...
Door hun korte en gedrongen lichaamsbouw konden ze goed overleven in de koude winters; hun lichaam verloor immers minder warmte. Ook aten ze bijna alleen maar vlees; enkel gras en dennenbomen overleefden in de ijstijd. De ijstijd was ook de periode waarin de eerste kunst in Europa ontstond; de grotkunst.
Waren er alleen ijstijden in Europa? Nee, ook in Noord-Amerika en Azie.
De Jonge Dryas ( 11.650 – 12.850 jaar geleden) was de laatste stuiptrekking van de Weichsel-ijstijd. Daarna volgde de overgang naar het warmere Preboreaal, waarmee het Holoceen begon. Het Holoceen is de warme interglaciale periode waarin wij thans ook nog leven.
De laatste ijstijd eindigde zo'n 12.000 jaar geleden.
IJstijden duren ruwweg 90.000 jaar en worden afgewisseld met kortere warme perioden. De warme perioden duren tussen enkele duizenden jaren tot meer dan tienduizend jaar bij de huidige piek. Maar er komt onherroepelijk een einde aan. Dan breekt een lange ijstijd aan en groeien de aardse ijskappen flink.
Waar lag Nederland op de wereldbol? Nederland lag vrijwel op de evenaar, aan de oostkant van het zich vormende Pangeacontinent, ongeveer ter hoogte van waar nu Congo ligt. Het schoof langzaam naar het noorden.
Nederland lag in een tropische klimaatszone, wat blijkt uit het voorkomen van fossielen van onder meer mangroves, koralen en palmen in onze ondergrond of in de ons omringende landen. Vermoedelijk is het ook vrij vochtig geweest. In het Laat-Eoceen koelde het enigszins af.
De grootste massa's van permanent landijs bevinden zich op Antarctica en Groenland en heten ook wel ijskappen.
Tijdens deze ijstijd bereikte het landijs Nederland: het ijs reikte tot de lijn Haarlem-Utrecht-Nijmegen. Langs deze lijn en ook ten noorden vinden we uitgesproken vormen in het landschap die in die periode gevormd zijn. Vormen die door het landijs in het Saalien zijn ontstaan.
Zo stellen ze dat de Kleine IJstijd werd veroorzaakt door een uitzonderlijke grote uitstroom van zee-ijs dat in de jaren 1300 vanuit de Noordelijke IJszee naar de Noord-Atlantische Oceaan voer. En hierdoor koelde de wereld – op sommige plekken sterker dan op andere – af.
Ice Age is een Amerikaanse computeranimatiefilm uit 2002 onder regie van Chris Wedge en Carlos Saldanha.