Het Romeinse leger was een superieure krijgsmacht die eeuwenlang de dienst uitmaakte op het slagveld in en buiten Italië. Dankzij de lange diensttijd van de soldaten, soms meer dan twintig jaar, kon Rome bogen op geoefende eenheden die in slagkracht en tactiek vaak ver boven vijandelijke legers uitstegen.
Omdat Romeinse soldaten er een beroep van maakten, konden ze elke dag goed trainen. Zo werden ze heel sterk, zowel individueel als samen. Overigens brachten ze het grootste gedeelte van de tijd door met andere klusjes, zoals het aanleggen van wegen en het bouwen van steden.
De Romeinse wegen hadden het grote voordeel dat ze het volledige jaar troepentransport en zwaar goederenvervoer mogelijk maakten. Draineringsgrachtjes lieten een goede afwatering toe, de wegverharding in de vorm van steenslag, schelpengruis, plaveien, zorgde voor een efficiënte spreiding van de druk.
Conclusie. Rome werd de machtigste staat ter wereld in de eerste eeuw v.Chr. door een combinatie van militaire macht, politieke flexibiliteit, economische expansie en meer dan een beetje geluk . Deze expansie veranderde de mediterrane wereld en veranderde ook Rome zelf.
De Romeinen werden steeds minder rijk doordat hun oorlogen duurder werden en er steeds minder belasting werd opgehaald. Het was daarom te duur om het hele Rijk vanuit één plek te besturen.
De Romeinen waren zeer bekwame ingenieurs. Ze begrepen de wetten van de fysica goed genoeg om aquaducten te ontwikkelen en betere manieren om de waterstroom te bevorderen . Ze gebruikten water als energie om mijnen en molens van stroom te voorzien. Ze bouwden ook een uitgebreid wegennet, een geweldige prestatie in die tijd.
Politieke instabiliteit: De politieke structuur van het Romeinse Rijk was vaak instabiel, met frequente veranderingen van keizer en veel interne conflicten. Dit maakte het moeilijk om consistent en effectief beleid te voeren.
De leeftijd waarop het Romeinse leger werd toegelaten was 18-22. Dus na zijn 25 jaar dienst zou hij 43-47 jaar oud zijn geweest — ervan uitgaande dat hij erin was geslaagd om langer te leven dan de gemiddelde levensverwachting. Hij zou een relatief kort pensioen hebben gehad, hoewel er veel bekende gevallen zijn van Romeinen die in de 60 en 70 zijn geleefd.
In West-Europa bleef het rijk bestaan tot 476, toen de 'barbaarse' generaal in Romeinse dienst Odoaker de laatste West-Romeinse keizer afzette en zichzelf tot koning van Italië liet uitroepen. Het oostelijk deel van het rijk, ook wel het Byzantijnse Rijk genoemd, bleef nog tot 1453 bestaan.
Naarmate terroristische aanslagen helaas steeds vaker voorkomen, zijn Vaticaanstad en Rome gevoelige doelwitten geworden. De soldaten van het Strade Sicure-programma zijn actief betrokken bij het afschrikken van dergelijke misdaden.
De Romeinse wegen werden gekenmerkt door hun rechtheid, stevige fundamenten, gebogen oppervlakken ter bevordering van de afwatering en het gebruik van beton gemaakt van puzzolana (vulkanische as) en kalk.
De keizers van Rome wilden veel macht.Daarom veroverden de Romeinen zo'n 2000 jaar geleden grote delen van Europa en Noord Afrika. De Romeinen legden wegen van steen en bruggen aan. Hierdoor konden de soldaten makkelijk over grote afstanden door het Romeinse Rijk lopen.
Romeins legionair. In de door Augustus hervormde legioenen was de Romeinse legionair (Latijn: gregarius miles (gewone soldaat) of legionarius miles) een plebejer, jonger dan 45 jaar, met Romeins burgerrecht die zich – meestal vrijwillig – opgaf om zijn betaalde dienstplicht te vervullen.
Militarisme: het Romeinse leger bestond uit goed getrainde soldaten die vaak jaren in het leger dienden. Aangevuld met een goed geoliëd leger en legerstrategie waren de Romeinen veel sterker dan hun vijanden. Diplomatie: het Oude Rome paste verschillende diplomatiestrategieën toe bij hun veroverde gebieden.
Om effectief zulke grote troepenmachten te kunnen aanvoeren en gebruiken, creëerde het oude Rome een eenvoudig organisatiesysteem . De soldaten werden verdeeld in groepen van 6000 man, 'legioenen' genoemd. Elk legioen trainde en werkte samen, en werd een goed gedisciplineerd team dat wist hoe ze orders correct moesten opvolgen.
De Romeinse legionair had drie aanvalswapens tot zijn beschikking: het zwaard (gladius), de speer (pilum) en de dolk (pugio). De soldaat droeg deze wapens, met een totaalgewicht van ruim vijf kilo, altijd op mars bij zich. Het zwaard was het belangrijkste wapen van de infanterist.
De ineenstorting van het Romeinse Rijk wordt door velen gezien als een van de grootste rampen in de geschiedenis. Maar u beweert dat de dramatische ineenstorting van Rome eigenlijk het beste was dat ooit is gebeurd . Hoezo? De desintegratie van het Romeinse Rijk bevrijdde Europa van de heerschappij van één enkele macht.
Het Rijk wordt aangevallen door de Franken en de Germanen. Die trekken zelfs op richting Rome. In het jaar 476 wordt het Keizertje Romulus Augustulus afgezet, en klimt het Germaanse stamhoofd Odoaker op de troon. Het west Romeinse Rijk is ten einde, de Middeleeuwen kunnen beginnen!
In 57 v. Chr. bereikt Julius Caesar als eerste Romeinse legerleider het zuiden van de Lage Landen. In de Republiek is het niet langer één man (koning) die de baas is, maar wordt het bestuur gevormd door de senaat, die ieder jaar twee consuls kiest om de Republiek te leiden.
“Over de gemiddelde leeftijd van de Romeinen heerst bijvoorbeeld veel discussie”, zegt demograaf Patrick De Boosere (VUB). “We moeten ons daarvoor behelpen met aantekeningen op grafstenen. Toch kunnen we ervan uitgaan dat men toen tussen de 26 en 30 jaar oud werd.
Lengte: 1,75 m (5'8”) .
Romeinse tuniek. Moderne reconstructie. De eenvoudigste manier om warm te blijven in koud weer was om meerdere tunieken over elkaar te dragen . Het was niet erg comfortabel, maar wel voldoende warm en, belangrijker nog, er was geen behoefte aan speciale warme kleding, wat ook nog eens geld kostte.
Romeinse keizers worden doorgaans verdeeld over twee groepen. Ten eerste waren er de 'gekke' keizers, zoals Nero, Caligula en Caracalla. Zij worden afgeschilderd als impulsieve tirannen met perverse voorkeuren en sadistische trekjes. Daartegenover staan de 'goede' keizers, zoals Augustus, Trajanus en Marcus Aurelius.
Politieke onrust, culturele veranderingen, ziektes en sociaaleconomische instabiliteit droegen bij aan de onrust, evenals de invasie van Perzische en Germaanse volkeren tijdens de Volksverhuizingsperiode (ca. 375-568 n.Chr., een tijd van wijdverspreide migratie en invasies door volkeren binnen of in het Romeinse Rijk).
Als het ging om het straffen van criminelen, vijanden en iedereen die ze niet mochten, waren de Romeinen wreed en meedogenloos. In situaties zoals slavenopstanden zouden de Romeinen vaak duizenden en nog eens duizenden tegelijk massaal kruisigen.