Dit is niet direct reden voor paniek want het is een natuurlijk proces en het zijn de vruchten die geen kans meer maken om volwaardige appels te worden. Dus om te voorkomen dat de plant energie stopt in een vrucht die niet voor nageslacht kan zorgen – want daarom vormt de boom appels – laat hij deze vruchten vallen.
Alle andere vruchten en afgevallen fruit zijn vooral geschikt om meteen te worden verwerkt, bijvoorbeeld in een appeltaart, appelmoes of appelsap. En zelfs de rotte of afgevallen appels die taart, moes of sap niet waardig zijn, kun je nog gebruiken. Op de composthoop, bijvoorbeeld!
Wanneer een appelboom snoeien
Je kunt appelbomen twee keer per jaar snoeien: Aan het eind van de winter in februari snoei je dikke oude takken weg en spaar je de kortloten, dit is bloesemhout waaraan de appels groeien. In juni snoei je nog een keer. Als reactie op de winterse snoei maakt de boom veel waterlot.
Als de bloesem of de jonge vruchten uit de boom waaien kan de appelboom geen vrucht dragen. Als de boom dus te erg op de wind staat kan de boom geen vrucht dragen. De enige manier om dit te stoppen is iets te plaatsen wat de wind weg neemt, bijv. een schutting.
Een appelboom heeft voldoende water nodig. Dit is vooral belangrijk tijdens het planten en de eerste periode na het planten. De fruitboom vraagt zo'n dertig tot veertig liter water per week. In de zomerperiode heeft de appelboom qua verzorging meer water nodig (zo'n 3 keer per week) dan in de rest van de seizoenen.
In een droog voorjaar heeft de boom meer water nodig dan in het najaar wanneer deze in rust gaat. Aandacht is dus belangrijk, zodat de boom geen vocht te kort komt. Wanneer je het aan de boom gaat zien ben je vaak al te laat. Als je de boom teveel water geeft krijg deze weinig tot geen zuurstof meer bij de wortels.
Een appelboom staat liefst op een kalkrijke en voedingsrijke grond. Geef een appelboom daarom in februari eerst kalk (bijv.natuurlijk zeewierkalk), en daarna in maart meststoffen. U kunt gewoon organische meststoffen zoals gedroogde koemestkorrels gebruiken, speciale 'fruitbomen'-meststoffen zijn niet nodig.
Terwijl de meeste bomen en struiken in het voorjaar worden gesnoeid, heeft de appelboom twee snoeibeurten per jaar nodig. De eerste is de wintersnoei, die plaatsvindt tussen december en februari.De tweede snoeibeurt vindt plaats in de zomer, tussen juni en augustus, en staat bekend als de zomersnoei van de appelboom.
Hoe moet je de appelboom verzorgen? Een appelboom heeft niet veel verzorging nodig. Als je een appelboom hebt geplant hoef je hem alleen nog maar te snoeien en te controleren op ziektes. Als je de boom in een pot hebt geplant moet je wel in de gaten houden of de grond niet uitdroogt.
Zet je een goede bestuivende appelboom, zoals een James Grieve, tussen jouw andere appelbomen, dan kan hij zowel zichzelf als de andere bomen bestuiven.
Waterloten herken je makkelijk. Het zijn de recht omhoog groeiende takken. Ze zijn ontstaan uit knoppen die geen bloesem hadden en ze groeien in korte tijd uit tot lange takken. Het is belangrijk om ze weg te halen omdat ze veel energie wegnemen van de boom!
In de zomer snoei je de appelboom om hem in vorm te houden. Dit noem je ook wel vormsnoei.
Herfstappels worden geoogst vanaf midden augustus, maar vooral in september. De appels die je doorgaans in de supermarkt vindt, zijn winter-of bewaarappels: Jonagold, Jonagored, Kanzi, Greenstar, Boskoop, Elstar, Golden Delicious, enzovoort. Ze worden geplukt in september of oktober en kunnen vaak lang bewaard worden.
Een appel die je na het vallen goed wast en eventueel schilt, kun je best nog eten.
Pluk je de appels te vroeg, dan zijn ze niet zoet genoeg. Pluk je ze te laat, dan smaken ze melig. Met een blik op de oogstkalender (zie afbeelding 1) zie je dat appels over het algemeen het best tussen het eind van de zomer en eind oktober kunnen worden geoogst.
Antwoord: Vaak wordt fruit onrijp geplukt om te voorkomen dat het overrijp is voordat het in de supermarkt ligt. Gelukkig rijpt het meeste fruit na in de fruitschaal en hoef je het niet onrijp te eten. Als je toch je tanden in een onrijp stuk fruit zet, is dat niet ongezond.
Appelbomen hebben veel baat bij een goede vruchtdunning.Vooral handappels en appelrassen die last hebben van beurtjaren geven smakelijkere en mooiere appels na het dunnen. Bewaarappels kunnen met minder dunning toe. Hoeveel je moet dunnen hangt van meerdere factoren af.
Onder de appelboom
Goudsbloemen en Afrikaantjes hebben een gunstige invloed op het bodemleven. Je kunt ook in het najaar narcissenbollen in de grond stoppen. De bollen weren woelratten en geven in het voorjaar veel kleur, als de boom verder nog kaal is.
Een appelboom heeft in de regel geen kunstmest nodig en kan goed uit de voeten met gedroogde koemest. Zoals bij andere fruitbomen bemesten kun je de grond in februari verrijken met kalkkorrels. Hierdoor wordt de mest beter opgenomen.
Lees hier meer over hoe u dikke takken snoeit om wonden te voorkomen. Een oudere appelboom heeft alleen onderhoudssnoei nodig. Waarschijnlijk is alleen wintersnoei voldoende. Een jonge appelboom die u nog wilt vormen, kunt u in het gewenste model snoeien en toppen.
De oplossing hiervoor is het “dunnen” van de fruitbomen: het weghalen van een aantal vruchten. Als u uitdunt worden de vruchten groter en smaakvoller en zal de boom ook elk jaar vruchten geven. Bij nog jonge bomen is het aan te raden om maar per handbreedte 1 appel te laten zitten.
Bij de zomersnoei wordt de aanwezige waterlot van de wintersnoei verwijderd. De zomersnoei kan je toepassen vanaf 21 juni tot drie weken voor de bladval. Fruitbomen met steenvruchten worden het best gesnoeid na de pluk en ten laatste voor half september.
Mestkorrels (koemestkorrels) zijn een organische meststof die de kwaliteit en structuur van de bodem verbetert. De korrels lossen langzaam op, waardoor de aanwezige voeding geleidelijk vrij komt. Wij raden aan om voor deze meststof te kiezen. Mestkorrels zijn ideaal om te gebruiken in combinatie met een fruitboom.
Deze bouwstoffen zijn dan in de loop van het jaar volop beschikbaar voor de boom, waardoor die zich goed kan ontwikkelen en werkt de verteerde stalmest of compost op korte termijn als mulchlaag. Bij gebrek aan stalmest kun je ook kippenmest- of koemestkorrels gebruiken. Enkele kilogram per boom is voldoende.
Verschillende soorten fruit zijn geschikt om te leiden, maar appels en peren zijn de bekendste soorten leifruit. Alle perenrassen zijn geschikt om als leiboom te kweken. Plant wel een zelfbestuivend ras als je maar één fruitboompje plant.