In 1567 stuurt koning Filips II de hertog van Alva naar de Nederlanden om het opstandige volk terug in het gareel te krijgen. De Beeldenstorm is dan al neergeslagen door landvoogdes Margaretha van Parma. Alva wordt in staat geacht om eventueel nieuw verzet resoluut de kop in te kunnen drukken.
Filips II stuurde de hertog van Alva naar de Nederlanden, om de rust terug te brengen en het katholicisme op te leggen als staatsgodsdienst. Edellieden zoals Willem van Oranje vluchtten naar het Heilige Roomse Rijk om van daaruit het verzet te organiseren.
De Opstand, ook wel bekend als de Tachtigjarige Oorlog, duurde van 1568 tot 1648. Het verzet begon naar aanleiding van de invoering van een belastingmaatregel en de harde vervolging van protestanten. Al snel werd het echter een algehele opstand tegen de Spaanse machthebber in de Nederlanden, Filips II.
Filips besloot een leger naar de Nederlanden te sturen, onder leiding van Alva. Diens opdracht: de schuldigen straffen en de zeventien gewesten weer terugbrengen tot gehoorzaamheid aan de koning.
De Spanjaard heeft voor die tijd behalve tegen de Fransen ook tegen de Turken gevochten en zo naam gemaakt. Alva wordt vooral beroemd door zijn aandeel in de strijd bij Mühlberg in april 1547 en de veldtocht tegen het Schmalkaldisch Verbond die tussen 1546 en 1547 plaatsvindt.
Fernando Álvarez de Toledo y Pimentel (beter bekend als Alva) (Piedrahíta, 29 oktober 1507 – Tomar, 11 december 1582), derde hertog van Alba, was een Spaanse generaal en landvoogd van de Nederlanden aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog.
In 1566 komt een groep edelen in opstand tegen de vervolging van protestanten door de Spanjaarden. Zij noemen zichzelf 'geuzen', wat in feite 'bedelaars' betekent. Geus verandert in een strijdnaam voor iedere tegenstander van de Spaanse onderdrukking.
Filips II, verdediger van het rooms-katholieke geloof, was koning over een rijk waar de zon nooit onderging. Hij probeerde via oorlogvoering en slimme huwelijken zijn concurrenten Frankrijk en Engeland in toom te houden, zette tevergeefs de ketters in de Nederlanden onder druk en versloeg de Ottomanen.
Koning Filips II huwde viermaal en kreeg acht kinderen: 1543: prinses Maria Emanuela van Portugal, dochter van koning Johan III van Portugal, een oom van Filips, en Catharina van Habsburg, een tante van Filips.
De Spaanse koning Filips II (de tweede) was vanaf 1555 de baas over de Nederlanden. Hij was een strenge koning. Filips wilde alles zelf beslissen. Ook vond de koning dat alle inwoners katholiek moesten zijn.
Tussen 1588 en 1795 heette Nederland de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Ook de Verenigde Provinciën of de Zeven Verenigde Gewesten waren gangbare benamingen voor Nederland in deze tijd. Tussen 1795 en 1801 werd Nederland de Bataafse Republiek genoemd.
De Nederlandse opstand had drie oorzaken. Een politieke, godsdienstige, en een economische oorzaak.
Op 15 november 1543 trouwde Filips met prinses Maria Manuela van Portugal (1527-1545). Ze kregen een zoon: Carlos (8 juli 1545 - 24 juli 1568)
In mei 1527 werd Filips II geboren als eerste en enige overlevende zoon van keizer Karel V en Isabella van Portugal (1503-1539).
In honderden kloosters en kerken werden beelden, schalen en orgels gesloopt. Toen de Spaanse koning Filips II hoorde over de Beeldenstorm, stuurde hij een leger onder leiding van Alva naar de Nederlanden om de daders hiervan flink te straffen.
De hertog verplaatste zijn hof regelmatig en bouwde schitterende paleizen (Hij liet het Paleis op de Coudenberg in Brussel herbouwen). Het Paleis van de hertogen in Dijon bleef een residentie, maar hij verbleef meer in zijn noordelijke gewesten dan in Bourgondië of in de Franche-Comté.
Filips van Spanje is de oudste zoon van keizer Karel V en Isabella van Portugal. Als troonopvolger krijgt hij een uitstekende opleiding op alle vlakken. Tot zijn 12e groeit hij op bij zijn streng-katholieke moeder en haar al even gelovige hofdames. Ook Filips zal zijn hele leven streng-katholiek blijven.
In 1467 overleed Filips en volgde Karel hem formeel op.
Filips de Schone was de zoon van Maria van Bourgondië (1457-1482) en Maximiliaan I van Oostenrijk (1459-1519). Toen zijn moeder door een ongeluk tijdens de jacht in 1482 om het leven kwam, waarna Maximiliaan het regentschap voor de Bourgondische erflanden op zich nam.
Omdat Filips in de eerste plaats koning van Spanje was, werden de Nederlanden sindsdien de Spaanse Nederlanden genoemd. Dit was geen officiële benaming, aangezien staatkundig de afzonderlijke landsheerlijkheden 'slechts' in personele unie verenigd waren.
Filips II stuurt de hertog van Alva naar de Nederlanden om orde op zaken te stellen. Willem van Oranje, stadhouder en leider van de opstandelingen, wordt zijn grootste tegenstander.
Filips Willem werd op 19 december 1554 geboren als de oudste zoon van Willem van Oranje en zijn eerste vrouw, de rijke erfdochter Anna van Buren. Hij werd mede genoemd naar zijn peetoom Filips II van Spanje en droeg een lagere titel van zijn vader, namelijk 'graaf van Buren'.
Deze havenstad werd in 1572 door de geuzen op de katholieke Spanjaarden veroverd. De geuzen bestonden uit protestantse verarmde adel, werkloze zeelui en misdadigers. In feite waren het piraten die schepen plunderden en dorpjes aanvielen langs de kust.
De Nederlandse Opstand, ook wel Tachtigjarige Oorlog genoemd, was de opstand tegen de Spaanse heerser Filips II. Er kwam kritiek op de Rooms-Katholieke kerk en men wilde godsdienstvrijheid. Volgens Karel V en Filips II kon een rijk maar één godsdienst hebben en dus kwam er geen godsdienstvrijheid.
Het Franse gueux betekent armoedzaaiers, of bedelaars! In het Nederlands werd dat 'geuzen' en kreeg het een positieve betekenis: de opstandelingen werden helden.