Mensen krijgen om verschillende redenen sondevoeding. Soms lukt het niet om goed te eten.Je kunt bijvoorbeeld erg ziek of misselijk zijn.Soms mag je (tijdelijk) niet eten en drinken, bijvoorbeeld als slikken niet veilig is omdat je je verslikt.
Een neusmaagsonde wordt geplaatst wanneer de patiënt niet of niet voldoende kan of wil eten via de mond.
U krijgt sondevoeding voorgeschreven als u door ziekte, een behandeling of na een operatie niet voldoende kan of mag eten om te voorkomen dat u gewicht verliest. Als u namelijk teveel gewicht verliest, kunt u ondervoed raken. Sondevoeding kan u helpen op een goed gewicht te blijven.
De neusmaagsonde is een dun buigzaam slangetje. Een maag darm en leverarts plaatst die via de neus en slokdarm in de maag. Het materiaal van de sonde heet polyurethaan (PUR) en kan ongeveer 6 tot 8 weken blijven zitten.
Het inbrengen van de endoscoop doet geen pijn, maar kan wel als onprettig worden ervaren. Sommige mensen moeten kokhalzen. Boeren. Na de ingreep kun je hier mogelijk last van krijgen.
Bij patiënten met een trauma in de keelholte, slokdarm of maag moet de neusmaagsonde ook vermeden worden om verergering te voorkomen. De patiënten met een schedelbasisfractuur of gezichtsfractuur krijgen best ook geen neusmaagsonde omdat er dan een verhoogd risico is op misplaatsing.
Verwissel minstens 1 keer per 24 uur het sondevoedingssysteem, het toedieningskraantje en het afsluitdopje. Spoel de sonde minimaal 4 tot 6 keer per dag door met 20-30 ml lauwwarm kraanwater. Zie ook het kopje 'Doorspoelen van een neusmaagsonde, PEG-katheter of jejunostomie'.
De eerste dagen na het inbrengen van de sonde voelt u deze steeds zitten. Vooral slikken geeft een vervelend gevoel. Meestal went u hier na een paar dagen aan. Om verstoppingen te voorkomen, is het belangrijk om de sonde frequent door te spuiten.
93% van de patiënten met sondevoeding had een passagestoornis van oesofagus of maag en 58% van de patiënten met PV had een ileus. De mediane overleving was 17 weken voor de patiënten met SV en 12 weken voor de patiënten met PV; 29% was overleden binnen 6 weken.
Bridle betekent letterlijk ʻteugelʼ of ʻlusʼ en in dit geval is het bedoeld om een neus-maagsonde vast te zetten (fixeren) waarbij we geen pleisters gebruiken. De Bridle is een systeem waarbij een lus wordt gelegd achter het neustussenschot langs. Deze lus is van glad siliconen materiaal en veroorzaakt geen irritatie.
De diëtist en verpleegkundige vragen de sondevoeding en materialen voor het toedienen hiervan voor u aan. U of uw partner/familielid kan de sondevoeding zelf toedienen. Als dit niet mogelijk is, kunt u hiervoor thuiszorg aanvragen.
De eerste dagen na het inbrengen voelt u de sonde steeds zitten, vooral slikken geeft een vervelend gevoel. Na een paar dagen went u hieraan. Krijgt u andere klachten, overleg dan met de verpleegkundige van het voedingsteam wat er aan de hand kan zijn. hoe wordt de sondevoeding toegediend?
Het inbrengen van maagsonde mag alleen door een arts of verpleegkundige gedaan worden die daarvoor bevoegd en bekwaam is: dit is namelijk een voorbehouden handeling.
Het voordeel van een PEG-sonde ten opzichte van een sonde door de neus, is dat deze onder de kleding zit en dus niet zichtbaar is. Verder is de sonde dikker, waardoor hij minder snel verstopt raakt. 3. Hoe gaat het plaatsen van een PEG-sonde in zijn werk?
De smaak van sondevoeding is melkachtig. De toegevoegde vitamines en mineralen geven een wat bittere bijsmaak. Omdat sondevoeding rechtstreeks in de maag of darmen komt, merkt de patiënt daar weinig van. Alleen bij oprispingen kan de sondevoeding een weeïge smaak veroorzaken.
Sondevoeding bevat alle voedingsstoffen die je kind per dag nodig heeft, zoals eiwitten, koolhydraten, vetten, vitamines, mineralen en vocht. Dit zijn dezelfde hoeveelheden als middels de Schijf van Vijf wordt bereikt. Daarom valt sondevoeding binnen gezonde voeding.
Dit omdat uw kind na de sondevoeding geen honger of dorst meer heeft en dus minder zin heeft in eten of drinken. Sommige kinderen krijgen alleen 's nachts sondevoeding omdat ze dan overdag zoveel mogelijk kunnen eten.
De bevestigingen van de neus-maagsonde worden losgemaakt en de sonde wordt afgeknikt uit de neus naar buiten getrokken. In plaats van gebruik van een kocher kan de sonde, om deze af te sluiten, geknikt worden.
Een PVC sonde mag 1 tot 7 dagen in blijven zitten. Hierna kunt u een nieuwe gebruiken.
- Breng de sonde over de neusbodem in tot de keelholte wordt bereikt. Laat de zorgvrager nu slikken, eventueel met water indien toegestaan (zo nodig met een rietje), en breng de sonde verder in tot de vastgestelde lengte is bereikt. Als de zorgvrager niet kan slikken, laat dan het hoofd naar voren buigen.
Schuif tijdens de slikbeweging de sonde rustig door totdat de markering op de sonde bij de neus zit. Controleer daarna of de sonde in de maag ligt. Als de sonde goed zit, plak deze dan meteen goed vast op de wang. Dan kan deze er niet meer uit glijden.
Probeer de sonde met een 5 ml spuitje met lauw kraanwater door te spuiten. Herhaal dit enkele malen. Als het niet lukt zal de sonde vervangen moeten worden. Neem contact op met de behandelend arts of de verpleegkundig consulent en overleg hoe verder te handelen.