Het voordeel van links lopen is dat u het verkeer aan uw kant ziet naderen. U kunt dus uitwijken naar de berm als dat nodig is. Rechts ziet u het verkeer aan uw kant niet aankomen en wordt u niet gealarmeerd als een achteropkomende fietser of automobilist u niet op tijd ziet.
Er is geen wet die je voorschrijft aan welke kant van de weg je buiten de bebouwde kom moet lopen. Het is makkelijker om op tegemoetkomend verkeer te reageren, dan als ze van achter komen en je ze niet ziet aankomen. Loop daarom altijd tegen het verkeer in.
Veilig Verkeer Nederland adviseert om over het algemeen links van de weg te lopen. U kunt tegemoetkomend verkeer dan zien aankomen en u kunt dan beter reageren op eventuele onveilige situaties.
Er zijn geen officiële verkeersregels die aangeven aan welke kant van de weg voetgangers moeten lopen. Het is op wegen buiten de bebouwde kom het verstandigst om aan de linker kant van de weg te lopen, dus tegen het verkeer in. Je ziet dan het tegemoetkomende verkeer aankomen. Ga bij een tegenligger de berm in.
Als u langs de weg loopt, mag u zelf beslissen of u links of rechts loopt. De wet geeft hier geen uitsluiting meer over. U bent buiten de bebouwde kom niet verplicht om links van de weg te lopen als een voet- of fietspad ontbreekt. Het zal veelal van de weg zelf afhangen wat de meest veilige kant is om te lopen.
De wet schrijft niet voor of zij links of rechts van de rijbaan moeten lopen. Ook wie voor wie aan de kant moet, is niet voorgeschreven. Het voordeel van links lopen is dat u het verkeer aan uw kant ziet naderen. U kunt dus uitwijken naar de berm als dat nodig is.
Maar ben je ook verplicht om links op de weg te wandelen? Het antwoord is kort en duidelijk: ja. Je moet aan de linkerkant van de rijbaan wandelen in de door jou gevolgde richting wanneer er geen voetpad of bewandelbare berm aanwezig is. Is die wel aanwezig, dan mag je uiteraard niet op de rijbaan lopen.
Vroeger was het voor wandelaars verplicht om buiten de bebouwde kom links van de weg te lopen. Op die manier konden ze auto's namelijk beter zien aankomen. In het verkeersreglement van 1991 komt deze verplichting echter niet meer voor. Dit betekent dat je tegenwoordig zelf mag kiezen aan welke kant van de weg je loopt.
Voorrang aan voetgangers
Voetgangers zijn wel verkeer, maar geen bestuurders. Bij de regel 'rechtdoorgaand verkeer op dezelfde weg gaat voor afslaand verkeer', geldt dit ook voor voetgangers. Een auto die de hoek om gaat moet voorrang geven aan een voetganger die op diezelfde weg loopt en niet afslaat.
Stabiel lopen begint vanuit een goed getrainde romp. Als de rompmusculatuur vermoeid raakt kan het bovenlijf een beetje scheef gaan hangen, waardoor u meer moeite moet doen om recht te lopen. De oplossing is gelegen in krachttraining voor het hele lijf.
Onder bestuurders vallen alle weggebruikers behalve voetgangers. Concreet betekent dit dat fietsverkeer hier wel voorrang heeft en voetgangers dus niet.
“Het wegenverkeersreglement heeft dit geregeld: altijd op het voetpad. Is dit er niet, dan op het fietspad. Ontbreekt dit ook, dan op de rijbaan. Binnen de bebouwde kom rechts, buiten de bebouwde kom links.
Fietsers moeten rechts (in hun rijrichting) op de rijbaan rijden, zo dicht mogelijk bij de rechterrand van de rijbaan.
De openbare weg is precies wat het zegt: weg die voor iedereen openbaar is. Daaronder vallen autowegen en fietspaden, maar ook bermen en trottoirs. Dat wil dus zeggen dat alleen wegen en paden op eigen terrein niet onder de openbare weg vallen.
15 kilometer per uur, ook wel stapvoets genoemd, is de snelheid die geldt op woonerven. Daar zijn doorgaans ook geen voetpaden aangelegd en mogen voetgangers en spelende kinderen de hele breedte van de straat gebruiken.
Als voetganger ben je een weggebruiker, maar geen bestuurder. De voorrangsregels gelden dus niet voor jou als je te voet bent. Je mag wel voorgaan in situaties waarop je rechtdoor gaat op dezelfde weg of als je blind, slechtziend of moeilijk ter been bent.
Normaal hebben voetgangers geen voorrang. Als een voetganger bij een zebrapad staat moeten de bestuurders hun wel voorrang geven om over te steken. voorrangsregels voetgangers hebben ook voorkeur in situaties waarbij de bestuurders moeten afslaan.
Voorrangsregels voor voetgangers
Bestuurders moeten voetgangers die oversteken of op het punt staan dit te gaan doen, voor laten gaan. De boete voor het niet voor laten gaan is in 2022 € 410. Wil je als voetganger rechtdoor terwijl een bestuurder afslaat, dan moet de bestuurder je voor laten gaan.
Voorrangsregels gelden bij kruispunten alleen voor bestuurders en niet voor voetgangers. Een gelijkwaardig kruispunt heeft geen verkeersborden of tekens. Verkeer van rechts gaat voor.
Wie gebruik maakt van een vrijliggend fietspad kan het beste met de rijrichting van de fietsers meelopen (rechts). Wie toch gebruik maakt van een weg zonder fiets- of voetpad moet zelf inschatten aan welke kant van de weg het veiligst gelopen kan worden.
De regels in het kort
In principe loop je als voetganger altijd op de stoep of het voetpad. Als er geen stoep of voetpad is, mag je gebruikmaken van het fiets- of bromfietspad. Ontbreken die ook? Dan mag je op de uiterste zijde van de rijbaan lopen of in de berm."
U herkent een 'verplicht fietspad' aan een blauw, rond bord met daarop een witte fiets. Het bord verplicht fietspad betekent dat de bromfietser op de rijbaan moet rijden. Brommers met een geel kenteken mogen wel rijden op een 'verplicht fiets- /bromfietspad'.
Als je links of rechts wilt afslaan, moet je altijd je hand uitsteken. rechterhand uit. iemand op de rechterstoep en/of rechts op de rijbaan loopt. In dat geval geldt de regel: rechtdoor op dezelfde weg gaat voor: je moet de voetganger dan voor laten gaan, voordat je afslaat.