Hoe komt het dat een ei kan drijven? Er zit een klein luchtzakje aan de bolle kant van het ei. Naarmate het ei ouder wordt, verliest het vocht en koolstofdioxide en neemt de luchtkamer in grootte toe.Meer lucht geeft een ei meer drijfvermogen, en zo kun je dus heel eenvoudig zien of het nog vers is of niet!
Als het ei op de bodem rechtop blijft staan, dan is het 2 à 4 weken oud. Blijf het ei aan de oppervlakte drijven, dan doe je er beter aan om het ei weg te gooien, want dan is het bedorven. Op deze manier kun je makkelijk je eieren testen en weet je of je er nog een lekkere uitsmijter mee kunt maken.
Zinkt het ei, maar staat het rechtop, dan kun je het nog best zonder problemen opeten, al moet je dat wel zo snel mogelijk doen. Blijft het ei drijven, dan moet je het weggooien. Dat betekent helaas dat het niet meer goed is.
Op elke doos eieren staat een houdbaarheidsdatum (THT-datum). Wettelijk is vastgesteld dat een vers ei na de legdatum nog 28 dagen houdbaar is.
Vul een doorzichtig glas of kom met water en leg je ongekookte ei of eieren erin. Indien ze : plat op de bodem blijven liggen, zijn ze vers. op de bodem blijven liggen maar met de punt rechtop, zijn ze 2 à 3 weken oud, maar nog perfect te eten.
Hoe komt het dat een ei kan drijven? Er zit een klein luchtzakje aan de bolle kant van het ei. Naarmate het ei ouder wordt, verliest het vocht en koolstofdioxide en neemt de luchtkamer in grootte toe.
Een besmetting kan klachten geven zoals diarree, buikpijn en koorts. Hoe ziek iemand wordt, hangt af van de hoeveelheid salmonella, de soort salmonella (bijvoorbeeld salmonella Goldcoast) en de weerstand van de persoon. Een besmetting kan maag- en darmklachten veroorzaken, die na enkele dagen vanzelf overgaan.
Eieren in de koelkast: langer vers
De koude temperatuur remt ook de groei van bacteriën. Ziekmakers zoals salmonella krijgen zo minder kans. Eieren bewaar je daarom het beste in de koelkast op 4 °C. Als je ze in het doosje bewaart, drogen ze niet uit en blijven ze langer goed.
Wordt het eitje vochtig, dan kunnen bacteriën er beter groeien. Als je dan eieren uit de koeling van de supermarkt meeneemt naar huis, treedt er condensvorming op door het temperatuurverschil. Liggen de eieren niet in de koeling, dan is het risico op condensvorming veel kleiner waardoor de eieren langer goed blijven.
Het Voedingscentrum adviseert om niet meer dan 2 tot 3 eieren per week te eten. Dit omdat eigeel cholesterol en verzadigd vet bevat. Beiden, maar vooral verzadigd vet verhogen het cholesterol in je bloed. Dit is slecht voor je hart en bloedvaten.
Er is een trucje om te testen of je eieren nog goed zijn. Vul een kom met water en leg je ei voorzichtig in de kom met water. Blijft het ei aan de oppervlakte drijven, dan kun je het ei niet meer op eten. Ligt het ei op zijn kant op de bodem, dan is het vers!
Op de verpakking staat de houdbaarheidsdatum. Je kunt ze daarna nog enkele dagen hardgekookt of goed doorbakken eten. Je kunt een test doen als je twijfelt of eieren nog eetbaar zijn. Leg een ei in een bakje of groot glas water.
Weet wanneer je een gebarsten ei gewoon op kunt eten. Als het ei barst terwijl het water al kookt, kun je het gewoon opeten; en als de scheur niet te groot is, zal het ei verder ook normaal gekookt worden. Als een ei gebarsten is voordat je het gaat koken, kook het dan niet.
Eieren kun je tot 28 dagen na de legdatum bewaren, als ze op een koele plek liggen. Gebruik de eieren daarna liever niet meer. Het eiwit wordt wateriger waardoor de dooier verzakt en gaat lekken. Er komt ook meer lucht in de schaal en de eieren worden dus fragieler.
Verse eieren zijn vanaf het moment van leggen ongeveer 4 weken houdbaar. Gekookte eieren blijven ongeveer een kleine week goed in de koelkast. Als je wilt controleren of je ei nog goed is, kun je de ei test doen met een bak met water.
Als het ei licht van binnen is, dan is het ei niet bevrucht. Als het ei donker van binnen is, dan zit er een kuiken in. Maar de eieren die je in de winkel ziet komen van speciale boerderijen. Op deze boerderijen hebben ze heel veel kippen die goed zijn in het leggen van eieren.
Eieren invriezen, kan dat? Eieren invriezen in z'n geheel doe je beter niet. Ongekookte eieren gaan barsten en gekookte eieren krijgen een rubberachtige textuur. Wat wel kan, is het ei breken en klutsen om vervolgens in te vriezen.
Eieren kunnen namelijk op twee verschillende manieren worden beschermd tegen salmonella. De eerste manier is door de schaal chemisch schoon te maken, zoals in Amerika. De schaal wordt zo wel kwetsbaarder en meer vatbaar voor andere bacteriën. En daarom bewaren ze daar eieren in de ijskast.
Je kunt gekookte eieren in principe wel invriezen, maar de smaak komt niet echt ten goede. Het eiwit wordt namelijk hard en rubberachtig en er komt vocht vrij. Je kunt het eigeel daarentegen wel goed invriezen, gewoon in een zakje.
Salmonella in eieren
Zo'n besmetting komt dus gelukkig maar weinig voor in Nederland. De bacterie kan ín een ei zitten maar ook op de eierschaal. Door koken gaan de bacteriën dood. Eet daarom liever geen rauwe eieren of producten waarin rauw ei verwerkt is zoals zelfgemaakte mayonaise of bavarois.
Als je ze in de supermarkt hebt gekocht, kun je ze zo lang bewaren als de THT-datum op de doos aangeeft. Vaak zijn eieren al één à twee weken oud voordat ze in de supermarkt staan.
Zo beschermt het zich tegen schadelijke bacteriën. Als het ei vochtig wordt, die condens tijdens jouw trip naar huis, kunnen schadelijke bacteriën er sneller groeien. Door de eieren in de supermarkt buiten de koeling te bewaren treedt er dus minder condensvorming op.
Bedorven eieren
Zitten er teveel bacteriën in dan pas is het bedorven. Dan ruiken ze verrot: een typische waterstofsulfide lucht. Als je dat ruikt moet je het ei sowieso niet meer eten.
Leg ze dan in een bak met water: zakt het ei naar de bodem dan is het nog goed, blijft het drijven dan kan je het beter niet meer gebruiken. Eieren met een gebarsten schaal kan je maar beter gelijk weggooien want via de kapotte schaal zijn ze erg gevoelig voor bederf.
De salmonellabacterie komt vooral voor in rauw vlees (met name varkensvlees en kip), eieren, rauwe melk en melkproducten, vis en garnalen. Normaal gesproken veroorzaakt het eten van besmet vlees niet direct een infectie. Pas wanneer de bacteriën zich op het voedsel hebben kunnen vermeerderen, ontstaat infectiegevaar.