Start je apparaat opnieuw op. Open je app Instellingen en tik op Netwerk en internet of Verbindingen. Afhankelijk van je apparaat kunnen deze opties verschillen. Zet wifi uit en mobiele data aan en check of er een verschil is. Zo niet, dan zet je mobiele data uit en wifi aan en check je het opnieuw.
Verbinding maken met een computer of bestandsserver
Tik op 'Verbind met server'.Geef de naam van een lokale host of een netwerkadres op en tik op 'Verbind'. Tip: Nadat je verbinding met een computer of bestandsserver hebt gemaakt, verschijnt deze in de lijst 'Recente servers' in het scherm 'Verbind met server'.
Oorzaak: Outlook is ingesteld op offline werken.
Oplossing: controleer of Outlook online is. Zorg dat in het menu Outlook de optie Offline werken niet is ingeschakeld. Als dit wel het geval is, schakelt u het selectievakje Offline werken uit om online te werken.
Werkt je wifi-verbinding nog steeds niet, dan kun je de netwerkinstellingen herstellen door binnen de instellingen van je apparaat te gaan naar Algemeen beheer.Kies vervolgens voor Resetten en daarna voor Netwerkinstellingen resetten.
De melding betekent dat de internetbrowser, de webpagina die je wilt openen, niet kan vinden en laden.
Computer die diensten verleent aan andere computers. Servers kunnen verschillende diensten verlenen, bijvoorbeeld webadressen uitdelen (domeinnaamserver), webpagina's beschikbaar stellen (webserver), e-mails verzenden (mailserver), bestanden opslaan (fileserver) of gegevens bewaren (databaseserver).
Soms heeft de fout 'wifi verbonden – geen internet' te maken met de internetverbinding en niet met je apparaat. Het kan te wijten zijn aan gebroken kabels, storingen, of iets anders dat je niet in de hand hebt. Het is dus belangrijk om te weten of het probleem bij je internetprovider ligt.
Controleer of de SMTP-servernaar correct is. Controleer deze instelling bij uw systeembeheerder of Internet Service Provider. Als het product geen veilige verbinding met de SMTP-server kan maken, probeer het dan zonder beveiligde verbonding of probeer een andere server of poort.
Kies Accountinstellingen > Accountinstellingen.Kies uw account (profiel) op het tabblad E-mail en kies vervolgens Herstellen.
Instellingen inkomende mailserver
Servernaam voor inkomende e-mail.Het e-mailadres dat u wilt instellen.Het poortnummer dat wordt gebruikt door de server voor inkomende e-mail. De meeste gebruiken 143 of 993 voor IMAP of 110 of 995 voor POP.
Ga naar 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Zet over of stel [apparaat] opnieuw in' > 'Stel opnieuw in' > 'Herstel netwerkinstellingen'. Hierdoor worden niet alleen wifinetwerken en -wachtwoorden opnieuw ingesteld, maar ook mobiele instellingen en eerder gebruikte VPN- en APN-instellingen.
Zonder eens server kun je geen websites, webshops en allerlei andere software hosten. Het is dus cruciaal voor een online oplossing. Heb jij vragen over de verschillende soorten, schroom dan niet om contact met ons op te nemen!
De meest voorkomende wifi-verstoorders zijn: videobewakingssystemen of alarmsensoren, DECT-telefoontoestellen, draadloze lichtschakelaars, babyfoons, weerstations en magnetrons. Deze apparaten maken gebruik van frequenties die het wifi-signaal behoorlijk verstoren.
WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een draadloze beveiligingsstandaard waarmee u apparaten eenvoudig kunt verbinden met een draadloos netwerk. U kunt de WPS-functie configureren via de pincode of WPS-knop. WPS ondersteunt authenticatie met behulp van Open System, WPA-Personal en WPA2-Personal.
Verbinding is de energie die bestaat tussen mensen wanneer zij zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelen, kunnen geven en ontvangen zonder oordeel en steun en kracht ontlenen aan de relatie.
Een serveradres (Engels: server address) is het IP-adres (bv.84.22.98.212) van een server, of een domeinnaam (bv.ftp.hostinginnederland.nl) die via DNS gekoppeld is aan dat IP-adres. Aan de hand daarvan kan een verbinding met de server worden opgezet, bijvoorbeeld om bestanden te verzenden via FTP.
server en router zijn beiden gewoon functies die je aan een pc kunt toekennen. een server deelt resources (bestanden, printers, applicaties, etc) die het beheert en een router geeft alleen maar pakketjes data door. deelt dus niks maar geeft alleen maar door.
Er bestaan twee type servers: fysieke en virtuele servers. Fysieke servers zijn als een echte, fysieke computer. Ze hebben een eigen hardware, zoals een processor, geheugen en harde schijf. Virtuele servers daarentegen zijn niet fysiek aanwezig, maar worden gehost op een andere computer.