Waarom zou ik vanuit zelfregie werken? Ten eerste, omdat werken vanuit zelfregie mensen in een kwetsbare situatie helpt bij het vinden van eigen oplossingen. Juist in deze situaties is het voeren van de eigen regie belangrijk. Eigen beslissingen nemen, betekent zoveel mogelijk grip op de situatie houden.
Het concept eigen regie is belangrijk. Uit onderzoek blijkt dat ervaren eigen regie ouderen beter in staat stelt om met tegenslagen om te gaan, en het vermindert stress en bevordert het welbevinden*. Het zelf kunnen voeren van de regie is cruciaal voor de duurzame vergroting van kwaliteit van leven van mensen.
Spanningsveld: eigen kracht betekent niet alles zelf kunnen Iedereen heeft eigen kracht, en het is belangrijk voor mensen dat die de ruimte krijgt. Dat kan door mensen de ruimte te geven hun mogelijkheden en talenten in te zetten om ondersteuning voor zichzelf en anderen te organiseren en uit te voeren.
Eigen regie gaat om het zelf beslissen over je leven en zorg en ondersteuning daarbij. Centraal staat: wat wil ik? Eigen regie is: het vermogen om je eigen leven en noodzakelijke ondersteuning te regelen en het praktische vermogen om jezelf te redden in lichamelijk, sociaal en psychisch opzicht.
Creëer ruimte in je bedrijf om je medewerkers in staat te stellen om eigen regie te nemen. Kort gezegd: zorg dat het mogelijk is. Denk niet alleen aan het beschikbaar stellen van tijd, middelen en geld. Organiseer het werk ook zo dat mensen daadwerkelijk eigen keuzes kunnen maken en ruimte hebben om te leren.
Zelfmanagement wordt gedefinieerd als acties en vaardigheden gericht op: Het zelf omgaan met de aandoening, symptomen en psychosociale gevolgen van de aandoening. Het zelf omgaan met factoren die de symptomen kunnen verergeren (risicofactoren). Het zelf werken aan leefstijlveranderingen.
Bij zelfmanagement is het belangrijker om een stem te hebben over hoe de ondersteuning eruit ziet dan om alles zelf te doen. Een belangrijk verschil tussen zelfredzaamheid en zelfmanagement is dus de nadruk op eigen regie: zelf (mee) kunnen bepalen hoe de noodzakelijke zorg en ondersteuning eruit ziet.
Eigen regie en autonomie zijn verwant. Beiden verwijzen naar het vermogen om zelf sturing te geven aan het leven. De aandacht voor eigen regie past binnen onze tijd: er is veel aandacht voor vrijheid van keuzes en een eigen leefstijl.
'Zelfregie en zelfredzaamheid zijn twee verschillende begrippen', legt ze uit. 'Zelfregie gaat over zelf beslissen over je eigen leven. Zelfredzaamheid gaat over zelf doen. Mijn onderzoek laat zien dat sommige cliënten tijdelijk of langer ondersteuning nodig hebben om de regie over hun leven weer te kunnen krijgen.
Voorbeelden van beschermende factoren die bijdragen aan versterking van de eigen kracht van jeugdigen zijn: • sociale binding van de jeugdige; • kansen voor betrokkenheid (en participatie) binnen het gezin, in de wijk en op school; • steun van belangrijke volwassenen in de omgeving; • beschikking hebben/krijgen over ...
Sociaal leven: meer contacten krijgen, iets zinvols doen. Psychisch functioneren: meer zelfvertrouwen en/of meer structuur krijgen. Alledaagse vaardigheden (ADL): weer zelfstandig dingen kunnen doen, zoals in het huishouden, met het eten, zelf wassen, aankleden, uitkleden, kousen aantrekken, douchen, boodschappen doen.
✓ Een beroep doen op eigen kracht is niet 'regel het zelf maar', maar samen met de cliënt in kaart brengen wat zijn moge- lijkheden en die van zijn netwerk zijn. Daarna volgt pas het gesprek hoe hij deze mogelijkheden kan benutten. ✓ Geef de cliënt zeggenschap, maak hem mondig.
Zelfredzaamheid is het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. Door behoud en/of versterking van zelfredzaamheid kan zorg of intensivering van zorg worden voorkomen of uitgesteld.
laat je niets aan het toeval over voor zover dat mogelijk is. probeer je tegenslagen te incasseren of te verwerken en maak je een actief plan in moeilijkere tijden. probeer je niet andere mensen of de omstandigheden te veranderen maar probeer je zelf anders met sommige mensen en omstandigheden om te gaan.
Regievoeren is de doelgerichte beïnvloeding van een samenwerking. Als regisseur ben je verantwoordelijk voor het functioneren van de samenwerking, maar tegelijkertijd ga je er niet over.
Je kunt de zelfredzaamheid van je kind ondersteunen door de volgende stappen aan te houden: voordoen, samendoen, alleen laten proberen, zelf doen. Zelfredzaamheid betekent overigens niet dat je kind álles zelf moet kunnen. Weten hoe je om hulp vraagt, is ook een vorm van zelfredzaamheid.
Het 5A model is ontworpen om zorgverleners te helpen om structuur te geven aan zelfmanagementondersteuning (CBO, 2014). In het 5A model gaat het over: Achterhalen, Adviseren, Afspreken, Assisteren en Arrangeren (zie figuur 1). (levering van) zorg zijn vastgelegd.
Het dragen van verantwoordelijkheid is het instaan voor het eigen handelen. Verantwoordelijkheidsgevoel is het bewustzijn dat jij je plicht naar behoren moet uitvoeren. De leerkracht, de ouders, de leerling en het schoolbestuur hebben allemaal hun eigen verantwoordelijkheid.
Autonoom worden geeft niet alleen vrijheid, maar beantwoordt ook aan een reële behoefte: die om niet van anderen afhankelijk te zijn. Als ouder weet je dat je je kind in dit proces naar zelfstandigheid moet begeleiden. Mensen met autisme staan niet noodzakelijk te springen om autonomer te worden.
Doel van zelfredzaamheid
Cliënten zelf meer regie/invloed krijgen/blijven hebben over hun eigen leven; • Het welzijn en de kwaliteit van het leven van cliënten wordt vergroot; • Cliënten zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen; • Cliënten hun eigenwaarde (terug)krijgen; • Cliënten meer zelfvertrouwen krijgen.
Het is een begrip dat veel gebruikt wordt in de zorg, maar minstens zo vaak niet wordt begrepen. Een ander woord daarvoor is zelfmanagement. Zelfondersteuning, zelfzorg of zelfredzaamheid zijn weer andere begrippen met een andere betekenis. Met eigen regie wil je over je eigen leven kunnen beslissen.
Zelf managen van het leven; regie over het leven dat iemand wil leiden hebben of krijgen. Zelf omgaan met de aandoening, symptomen en psychosociale gevolgen van de aandoening. Zelf omgaan met risicofactoren. Zelf de eigen leefstijl veranderen.