Buitengesloten worden vermindert je zelfvertrouwen en veroorzaakt stress. Ook heb je door sociale uitsluiting minder het gevoel dat je een betekenisvol leven leidt en dat je controle hebt over de situatie.
Het kan leiden tot depressie, hopeloosheid, jezelf compleet waardeloos voelen en zelfs tot zelfmoord. Ook fysiek heeft het gevolgen. Zo daalt de lichaamstemperatuur van mensen die worden buitengesloten en blijkt ostracisme in het brein vaak niet te onderscheiden van fysieke pijn.
Dit kan verschillende redenen hebben: Je kind heeft weinig sociale vaardigheden en weet niet goed hoe het contact kan maken met de andere kinderen. Je kind is bepalend: breekt in middenin een spel, wordt boos als het verliest, wil graag zijn zin hebben, geeft anderen weinig ruimte.
Als je wordt buitengesloten, kun je je verdrietig voelen en jezelf omlaag gaan halen. Door positief tegen jezelf te praten bestrijd je deze negatieve gevoelens en voel je je beter. Nadat je bent buitengesloten, kijk je even in de spiegel en zeg je iets om jezelf aan te moedigen.
Praat met degenen die je buitensluiten over je gevoelens: Een belangrijke manier om met de situatie om te gaan, is door eerlijk te zijn tegen wie je buiten sluiten. Vertel aan hen hoe je je voelt doordat ze je buitensluiten en vraag waarom ze dit hebben gedaan.
Situaties waarin mensen worden buitengesloten ontstaan door een gevoel van gevaar of onzekerheid. De spanningen die dit met zich meebrengt kunnen als het ware afvloeien door één iemand als buitenstaander aan te wijzen.
Meidenvenijn is het middel voor meisjes-meisjes om de rangorde te bepalen én te bewaken. Het is een machtsmiddel.
Het is belangrijk om met je kind te praten over de omgang met leeftijdsgenootjes. Vraag je kind hoe hij/ zij zich voelt bij het in jouw ogen gebrek aan vrienden. Probeer er achter te komen of het 'sociale isolement' waarin jouw kind zich bevindt een eigen keuze is of niet.
Onder sociale uitsluiting wordt verstaan dat er sprake is van een achterstand op twee of meer van de volgende vier terreinen: participatie, financieel/materieel, toegang tot sociale grondrechten en instituties, en normatieve integratie.
Zaken als spijbelen, roken en drinken kunnen dan gaan bijdragen aan populariteit. Maar enkel wat stoer gedrag is natuurlijk niet voldoende, niet iedere rebelse puber wordt populair. Het uiterlijk speelt vaak toch een rol, populaire kinderen worden vaak ook fysiek aantrekkelijk bevonden.
Sommige kinderen die hooggevoelig van aard zijn, trekken zich terug zodra een situatie overweldigend wordt. Ze zoeken een aparte ruimte op, lopen rondjes op het schoolplein, duiken in een boek. Daar is niets mis mee zolang je kind zich daar niet bij eenzaam voelt.
Sociale ontwikkeling
Als kinderen merken dat anderen hen niet goed begrijpen of negatief op hen reageren, leren ze dat er iets moet veranderen. Ze weten alleen niet wat ze zelf kunnen doen om onbegrip of ruzie te voorkomen.
De aanpak bestaat uit de volgende activiteiten: mobiliseren van de zwijgende middengroep, hulp aan de pester, professionalisering van leerkrachten, professionalisering van ouders, en hulp aan het gepeste kind.
Je hebt het gevoel dat anderen worden bevoordeeld of worden voorgetrokken (waardoor jij wordt benadeeld of achtergesteld)
buitensluiten (iem./iets ~) ww. — exclude sb./sth. ww.
Heb diverse interesses. Hoe meer dingen je doet, hoe meer mensen je leert kennen. En hoe meer mensen je kent, hoe meer je zult opvallen en hoe vaker er bij mensen een lichtje zal gaan branden als jouw naam genoemd wordt. Speel voetbal, doe mee met de theaterclub en help in de bibliotheek.
Ongeveer driekwart van de kinderen heeft daarin minstens één vriendje. Meestal is dat iemand van hetzelfde geslacht. Slechts vier (bij basisschoolkinderen) of vijf (bij pubers) van de honderd vriendenparen bestaan uit een jongen en een meisje. Grofweg kun je die vriendschappen in drie typen verdelen.
Doordat ervaringsdeskundigen voorlopers van pesten opmerkten bij kleuters jonger dan 6 jaar, mag er dus niet blindgestaard worden op de ontwikkelingspsychologie die aangeeft dat pesten maar voor zou komen vanaf de leeftijd van 6 jaar.
Beter is het om rustig te blijven en te laten blijken dat de pesterijen je niets doen. Toon geen angst en kijk de pester in de ogen aan. Het moet voor de pester duidelijk zijn dat er bij jou niets te halen is. Ben je getuige van pestgedrag, twijfel dan niet en kom op voor de gepeste persoon.