Eerst groentepap of eerst fruitpap? Meestal krijgen baby's eerst fruitpap, maar je kan gerust ook met groentepapjes beginnen. Die bevatten namelijk meer ijzer. Fruit en groenten kunnen elkaar niet vervangen: ze leveren andere voedingsstoffen die je baby allemaal nodig heeft om goed te groeien.
Start dan eerst met groentepap, want groenten leveren ijzer. Rond 6 maanden heeft je baby de ijzervoorraad die hij meekreeg bij de geboorte volledig opgebruikt en heeft hij dus ijzer nodig. Groenten zullen die voorraad snel aanvullen. Zowel groenten als fruit zijn belangrijk.
Geef de groentepap liefst 's middags, zo kan die nog goed verteren. Kan het niet anders dan de maaltijd 's avonds te geven, geef dan een voeding die niet te zwaar is en doe dit niet te laat.
Plet alles of maak fijn met een vork. Mixen kan ook, maar dan komt er veel lucht in de pap en gaan de vitamines sneller verloren.
Start met enkele koffielepels fruitpap.
Gaan de eerste hapjes goed, voer dan de hoeveelheid langzaam op tot gemiddeld 150 gram. Een kind geeft zelf aan als het genoeg gegeten heeft. Tegen de leeftijd van 1 jaar is dat 250 à 300 gram. Vanaf 12 maanden geef je in een gezond voedingspatroon fruit als tussendoortje.
Richtlijn hoeveelheid per dag: 150 ml x gewicht in kg. Indien je baby hieraan toe is: 1 à 2 keer per dag een paar lepeltjes geprakte groente of fruit. Voorbeeld flesvoeding: weegt je baby 7 kg? Dan heeft hij ongeveer 7 x 150 ml = 1050 ml flesvoeding per dag nodig.
Soms wordt beweerd dat je bepaalde soorten fruit beter niet kunt geven tot je kind bijvoorbeeld 1 jaar is, vanwege de spijsvertering of voedselallergieën. Bijvoorbeeld aardbeien of bessen. Maar alle soorten zijn geschikt.
Geef de hapjes direct na een borst- of flesvoeding. Of geef de hapjes tussen 2 voedingen door. Je kind is dan ontspannen en heeft geen enorme trek meer. Dat is een goed moment om iets nieuws te proeven.
Geef 3 à 4 lepeltjes groente of fruit per keer.
4 à 6 voedingen per dag. Richtlijn hoeveelheid per voeding: 150 - 200 ml. 1 à 2 keer per dag een paar lepels geprakte groente, fruit, rijst of pasta en als je kindje wil een beetje brood zonder korst.
Geef het fruithapje na een melkvoeding of tussen twee voedingen in. Kies ook een moment waarop je kindje uitgeslapen is.
Nitriet kan bij jonge kinderen ademhalingsmoeilijkheden veroorzaken. Nitraatrijke groentes zijn: andijvie, bietjes, bleekselderij, paksoi, postelein, sla, spinazie, snijbiet en venkel. Geef deze groentes niet als jouw kindje nog geen zes maanden is.
Krijgt je kleintje ook vaste voeding, hou dan goed in de gaten dat je schat deze aanbevolen hoeveelheden water of melk binnen krijgt: 130 – 150 ml / kg / dag tot 4 maanden. 120 – 130 ml / kg / dag tussen 4 en 8 maanden. 100 – 110 ml / kg / dag tussen 8 en 12 maanden.
Uit recent onderzoek lijkt het volledig uitstellen tot ná de leeftijd van zes maanden ook voor baby's met een allergische aanleg de kans op het ontwikkelen van voedselovergevoeligheid, luchtwegklachten en eczeem niet te verkleinen.
4 à 6 voedingen per dag. Richtlijn hoeveelheid per dag: 150 ml x gewicht in kg. Als je baby hieraan toe is: 1 à 2 keer per dag een paar lepeltjes vast voedsel (goed geprakt).
Maak fruitpap niet op voorhand klaar. Bereid fruit dat in contact komt met lucht verliest meteen zijn vitaminen. Bovendien geef je ook bacteriën meer kans.
De bedtijd van je baby van 4 maanden wordt nu vervroegd en ligt gemiddeld ergens tussen 17:30 en 19:30 uur. Hierbij speelt het een rol hoeveel slaap je baby overdag al heeft gehad. Een baby van 4 maanden heeft gemiddeld behoefte aan ongeveer 11 tot 12 uur slaap. Hiermee komt het totaal aantal uur op 14 tot 17 uur.
Vlees, vis, schaal- en schelpdieren, kaas en eieren
Doorbak of kook deze producten altijd goed als je ze aan jonge kinderen geeft. Dat doodt namelijk de bacteriën. Rauw vlees en producten van rauw vlees, zoals filet américain, ossenworst, carpaccio of niet-doorbakken tartaar. Hierin kunnen ziekmakende bacteriën zitten.
De eerste hapjes geef je naast de melkvoeding. Je hoeft dus maar een paar hapjes per dag te geven. Je baby moet namelijk nog genoeg trek hebben in zijn borst- of flesvoeding. Een goede richtlijn is om te beginnen met één of twee keer per dag drie à vier lepeltjes.
Als je met fruit gaat starten kun je denken aan banaan, perzik, peer of meloen. Uiteraard kun je rustig andere (zachte) smaken proberen. Wel wordt aangeraden om eerst nog geen soorten groente en fruit door elkaar te mengen, maar je baby te laten wennen aan aparte smaken.
Eerste hapjes: smaken afwisselen
Door je kindje afwisselend verschillende soorten groente en fruit te geven, leert hij al vroeg allerlei smaken kennen. Deze variatie kan ervoor zorgen dat hij ook later sneller nieuwe smaken accepteert.
Een kind heeft tot de leeftijd van 6 maanden geen vaste voeding nodig om voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen. Borstvoeding en kunstvoeding leveren alle voedingsstoffen die een kind in de eerste 6 maanden nodig heeft. Daarna is ook vaste voeding nodig voor de verdere groei en ontwikkeling.
Bananen zijn goed voor je kindje
En daarnaast is de banaan ook nog eens een kaliumrijke vrucht. Allemaal vitaminen en voedingsstoffen die je kindje nodig heeft om te groeien en gezond te blijven.
Je kunt je kindje pap geven, zoals Olvarit Fijne Granen. Daar kun je prima wat kleine stukjes vers fruit doorheen doen, zoals banaan en aardbei. Of geef je kindje een brood(korst) om op te knabbelen.
En: gewone melk bevat veel eiwit wat nu nog te veel belasting voor die kleine baby-niertjes kan geven. Als je kleintje 8 maanden is, kan een beetje naturel yoghurt of kwark wel, zolang borstvoeding of opvolgmelk maar de melkbasis blijft.