Een vuurschaal is een grote schaal op een voet of meerdere pootjes en veelal gemaakt van vuurbestendig materiaal zoals gietijzer of cortenstaal. Het gebruik van een vuurschaal is dé manier om op een verantwoorde wijze een kampvuurtje in de eigen tuin te stoken.
De veiligste ondergrond voor een vuurschaal is van steen. Let er altijd op dat je de vuurschaal niet plaatst op een ondergrond die brandbaar is. Gebruik daarnaast droog hout, want nat hout kan gaan roken! Gebruik nooit lampenolie, spiritus, benzine of andere brandbare middelen om je vuur aan te steken.
Een ander voordeel van een vuurschaal is dat in tegenstelling tot een vuurkorf schaal of een vuurkorf je er een deksel op kunt doen zodat hij volledig afgesloten is. Hierdoor bescherm je de binnenzijde van de vuurschaal tegen weersinvloeden en kun je een oud overgebleven vuurtje snel weer aanmaken.
Gebruik de vuurschaal ALLEEN BUITEN en NOOIT ONDER EEN OVERKAPPING. Plaats de vuurschaal op een brandveilige ondergrond en uit de buurt van brandbare (vloei)stoffen. Gebruik alleen gedroogd hout als brandstof en GEEN vloeistoffen. Raak de schaal tijdens het branden niet aan en verplaats deze dan niet.
Eik en beuk branden lang, geven mooie vlammen, en de kooltjes gloeien lang na. Zachtere houtsoorten (populier of wilg) branden minder lang maar geven sneller warmte, en je vuur laait hoger op. Naaldhout als den, spar of lariks knettert gezellig en verspreidt een heerlijke geur.
Vreugdevuren en open vuren
De regels zijn gelijk aan die van het verbranden van tuinafval, maar hebben aanvullende eisen met betrekking tot blusmiddelen en de aanwezigheid van EHBO. Op overtreding staat een boete van € 50 tot € 5.000.
Hoe een vuurschaal doven? Wil je het vuur doven? Dan kun je dit natuurlijk doen door het vuur te laten uitbranden. Wanneer je hier niet op wilt wachten kun je droog zand of droge aarde op het vuur gooien.
Als je een goede vuurschaal wilt hebben, overweeg dan zeker cortenstaal als materiaalsoort. Cortenstaal is een staalsoort wat na enkele maanden in de buitenlucht te hebben gestaan, een roestlaag vormt. Deze roestlaag geeft het staal zijn kenmerkende bruine kleur en zorgt ervoor dat het staal goed intact blijft.
De meeste houtsoorten kunnen uitstekend gebruikt worden op een vuurschaal, maar wij adviseren beukenhout. Doordat dit hout snel verkoolt kunt u het gemakkelijk verdelen en de warmte sturen. Berkenhout is eenvoudig aan te krijgen en heeft een mooi vlammenspel.
Bouw een tipi: voldoende zuurstof
Zet de blokken tegen elkaar aan en zorg ervoor dat er voldoende ruimte onder ontstaat. Die ruimte onder de blokken is heel belangrijk voor het vuur. Een vuur zal namelijk meer gaan roken op het moment dat er sprake is van te weinig zuurstof.
Een traditionele vuurkorf is bijvoorbeeld al verkrijgbaar vanaf € 13,95. En heb je uiteindelijk een keuze gemaakt, dan kun je de vuurkorf online bestellen.
Esschert Design Vuurkorf Tulpvorm
Hij wordt geleverd door het bekende Esschert Design, door velen als veruit het beste merk beschouwd. De vuurkorf is voorzien van een stevig onderstel inclusief 2 handvatten die het mogelijk maken om hem makkelijk en snel te verplaatsen.
Vuurkorven zijn veelal gemaakt van staal en voorzien van een zwarte, hittebestendige coating. Er zijn echter ook vuurkorven van geroest staal verkrijgbaar. Ook is er de stenen vuurkorf. Voordeel hiervan is dat weersomstandigheden nauwelijks van invloed zijn.
Het is verboden om geverfd of geïmpregneerd hout, bewerkt hout, snoeihout, afval, papier of karton te verbranden. Een vuurtje stoken mag alleen in een buitenkachel, tuinhaard, barbecue, vuurkorf, vuurpot of gelpot. Ook tuinfakkels zijn toegestaan.
De hitte van een vuurtje is afhankelijk van de hoeveelheid zuurstof en het soort brandstof. Een gewoon vuur van brandhout heeft een temperatuur tussen de 750 en 800 graden Celsius.
om een vuurtje aan te maken begin je met een paar dikkere stukken hout. Daaroverheen leg je dunne houtjes en bruine aanmaakblokjes. Stapel de houtblokken zó dat er voldoende zuurstof bij het vuur kan komen. Zo blijft de temperatuur in de verbrandingskamer op peil en zal de rookuitstoot tot een minimum beperkt blijven.
Over het aanmaakblok leg je iets dikkere stammetjes. Zo bouw je langzaam een soort torentje. Let er wel op dat het vuur uiteindelijk voldoende zuurstof krijgt, dus leg de stammetjes niet helemaal tegen elkaar aan. Wanneer je er extra hout wilt opleggen, doe dat dan geleidelijk aan.
Bovendien vervuilt de schoorsteen sneller en door de roetvorming kunnen schoorsteenbranden ontstaan. Beter niet doen dus. Ook tropisch hardhout is niet geschikt. Een extra waarschuwing: er zijn ook houtsoorten die ook onbehandeld bij verbranding giftige dampen afgeven.
Brandduur per houtsoort
Elzenhout - circa 1 tot 1,5 uur per blok. Berkenhout - circa 1 tot 1,5 uur per blok. Essenhout - circa 1,5 tot 2 uur per blok. Beukenhout - circa 1,5 tot 2 uur per blok.
Water is in veel gevallen ook een goed blusmiddel. Maar let wel op! Gebruik water nooit bij een vlam in de pan (brandend vet) en ook niet bij een brandend elektrisch apparaat. Een vlam in de pan kunt u doven door voorzichtig het deksel op de pan te schuiven.
Blus met de windrichting mee. Blus druipende vloeistoffen van boven naar beneden, liefst met meerdere blussers tegelijk. Blus een brandende muur van onder naar boven. Zet meerdere brandblussers tegelijkertijd in.
In principe is vuur maken op een openbare plek, zoals een pleintje of een bos, verboden. Als het wel mag, staat dit in de APV (Algemeen Plaatselijke Verordening) van de gemeente, waar en onder welke voorwaarden het wel mag. De APV kun je opvragen bij jouw gemeente.
U kunt het beste kiezen voor harde houtsoorten, bijvoorbeeld van de Beuk, de Es, de Haagbeuk of Fruitbomen. Deze houtsoorten branden lang en zorgen voor mooie vlammen. Ook snoeihout kan, mits het droog genoeg is, een uitstekende brandstof voor uw houtkachel zijn.
Tondel (klein materiaal wat goed brand: Blaadjes, Dennennaalden, Stof uit de wasdroger); • Kleine takjes die snel vlam vatten voor de tondel uit gaat; • Grote maar droge takjes; • Sprokkelhout (takken die eventueel een beetje nat mogen zijn); • Stammen of blokken (deze leg je om en om het vuurtje in het middel).