Contrastmiddel is belastend voor uw nieren. Om ervoor te zorgen dat het contrastmiddel uw lichaam zo snel mogelijk weer verlaat, adviseren wij u 2 liter vocht én een kop bouillon te drinken op de dag vóór het onderzoek en op de dag van het onderzoek.
Hier krijgt u 1 uur vóór het onderzoek van de laborant 1½ liter vloeistof te drinken. Deze vloeistof zorgt ervoor dat de dunne darm goed zichtbaar wordt op de CT-scan. Tijdens het onderzoek kunt u in principe uw kleren aanhouden. Kleding waarin metaal is verwerkt moet u uit doen.
Medicatie mag u wel innemen. Ook als we vooraf geen contrastmiddel toedienen, kan de arts tijdens het onderzoek beslissen dat daar wel nood aan is. Omdat het jodiumhoudende contrastmiddel braakneigingen kan teweegbrengen, moet u nuchter zijn.
Na het onderzoek
Het contrastmiddel wordt via de nieren uitgescheiden. Om dit proces te versnellen is het goed om na het onderzoek extra te drinken.
U kunt overgevoelig zijn voor een contrastmiddel. U kunt meteen klachten krijgen, of pas later (meer dan een uur na het onderzoek). Meestal zijn de klachten niet zo erg: jeuk, niezen en een verstopte neus. Dan is er geen behandeling nodig.
U krijgt jodiumhoudende contrastvloeistof via een infuusnaaldje in uw arm. Hiervan kunt u een warm gevoel door uw lichaam krijgen. Dit gevoel verdwijnt na enkele minuten. Dit is niet schadelijk voor uw lichaam.
Nadelen zijn: een CT-scan betekent een relatief sterke stralingsbelasting: een onderzoek met een CT-scan staat ongeveer gelijk aan 200 röntgenfoto's. het is een kostbaar onderzoek. er is contrastmiddel nodig om de bloedstroom beter af te beelden.
Voor een CT scan mag u drinken en een lichte maaltijd nuttigen. Behalve voor een CT van het hart, de dikke darm of dunne darm, daarvoor is een aparte voorbereiding nodig. U kunt medicijnen gewoon innemen, als dat nodig is.
Voor het onderzoek mag u geen koffie, thee, cola en energiedranken (of andere dingen met cafeïne) drinken. Ook mag u geen chocolade en bananen eten. U krijgt een infuus om het contrastmiddel te kunnen toedienen. Meer informatie kunt u vinden in CT-scan van het hart.
Uw lichaam neemt het contrastmiddel vanzelf op waarna het via de urine wordt uitgescheiden. Ondanks het feit dat het contrastmiddel veilig is, kan het zijn dat uw persoonlijke situatie maakt dat het toedienen van contrast afgeraden wordt.
Contrastvloeistof kan allergische reacties veroorzaken zoals: jeuk, galbulten en verkleuring van de huid. De afdeling radiologie heeft medicijnen om dergelijke reacties direct tegen te gaan. Contrastdrank geeft soms bijwerkingen zoals misselijkheid, braken, diarree, buikpijn, hoofdpijn en galbulten.
Na het onderzoek
Neem de tijd om uw darmen tot rust te laten komen. U mag na het onderzoek weer gewoon eten en drinken. Tot enkele uren na het onderzoek kunt u last houden van een onrustige buik. Sommige mensen houden nog een of twee dagen last van diarree.
Het gebruik van cafeïne kan dit onderzoek nadelig beïnvloeden. Het is dus heel belangrijk dat u op de dag vóór het onderzoek én op de dag van het onderzoek géén cafeïnehoudende producten gebruikt. Dit betekent geen koffie, thee, cola, chocolade of andere cafeïnehoudende producten eten of drinken, zoals energy drank.
Het is mogelijk dat je diarree krijgt van het contrastmiddel. Dit kan verder geen kwaad. Als je veel drinkt verdwijnt het contrastmiddel snel uit jouw lichaam. De uitslag van het onderzoek krijgt je van jouw behandelend arts.
Door het toedienen van een contrastvloeistof kan een orgaan of bloedvat beter onderscheiden worden. Afhankelijk van het onderzoek moet de contrastvloeistof gedronken worden of via een injectie of infuus ingebracht worden in een bloedvat of lichaamsholte.
Soms is een CT-scan met contrastmiddel nodig. Daarop zijn organen en bloedvaten nog beter te zien.
We doen dit onderzoek om te kijken of iemand een bepaalde aandoening heeft. Bijvoorbeeld een abces, verwijd bloedvat, gebroken bot, bloeding, tumor, galsteen, niersteen of ontsteking. Met een CT-scan kunnen we ook controleren wat het resultaat is van een behandeling zoals een operatie of een medicijnenkuur.
Op de dag van het onderzoek mag u niet meer eten en drinken in de twee uur vóór de CT-scan. Wanneer u medicijnen gebruikt mag u deze innemen met een beetje water, tenzij uw arts u vertelt dat u deze medicijnen voor het onderzoek niet mag slikken. Neem iets te eten mee voor ná het onderzoek.
Voorkomen van nierfunctieverslechtering als gevolg van jodiumhoudende contrastvloeistof. Voor onderzoek met een jodiumhoudend contrastmiddel zoals een CT-scan of angiografie is het van belang dat de nieren van de patiënt goed werken. Om dat te bepalen, is bloedonderzoek nodig.
Contrastvloeistof (via een bloedvat)
Met contrastvloeistof worden onder andere organen en bloedvaten zichtbaar gemaakt. Deze contrastvloeistof bevat jodium. De vloeistof geeft een warm gevoel dat snel weer wegtrekt. Ook kunt u het gevoel krijgen dat u nodig moet plassen.
Het maken van de CT-scan
U krijgt contrastvloeistof toegediend via het infuus in de arm. Deze vloeistof kleurt de bloedvaten, waardoor deze zichtbaar worden op de CT-afbeelding. Van dit contrastmiddel kunt u over uw hele lichaam een warm gevoel en een vieze smaak in de mond krijgen.
Een CT-scan wordt vaak gebruikt bij het opsporen van ziektes. Een nadeel van een CT-scan is dat patiënten tijdens deze scans worden blootgesteld aan straling. Dit kan mogelijk stralingsgerelateerde tumoren veroorzaken.
“Bij CT wordt een dosis röntgenstraling gebruikt die vele malen hoger is dan bij een gewone röntgenfoto. Röntgenstraling is schadelijk en richt zijn schade aan op het moment van toediening. Als standaard zou je kunnen aanhouden dat iemand niet meer dan drie maal per jaar CT-onderzoek mag ondergaan.
Het lichaamsdeel waarvan de CT-scan wordt gemaakt, ligt in het midden van de ring. U moet stil blijven liggen tijdens het onderzoek. Het onderzoek doet geen pijn. U ligt ongeveer 5 tot 15 minuten in de CT-scanner.