Plant lavendel nooit in bemeste tuinaarde. Bemeste tuinaarde is namelijk dodelijk voor de plant. Lavendel bemesten is sterk af te raden, de plant kan hiervan doodgaan. De plant bloeit het beste in kalkrijke grond.
De heerlijk geurende plant is al tijden een populaire plant om meerdere redenen. Naast de heerlijke geur en de mooie paarse kleur, trekt de lavendel vlinders aan. Daarnaast bloeit de plant lang, van juni tot ver in de nazomer.
Niet gesnoeide lavendel zal snel verwilderen en de groei zal zich verplaatsen van de binnenzijde van de plant naar de buitenzijde. De plant groeit dan enkel nog aan de toppen terwijl de rest van de twijgen sterk gaat verhouten en kaal wordt.
De lavendel heeft niet heel veel water nodig. Lavendel in pot kun je het beste, als het niet geregend heeft, 2x per week water geven. Wanneer de lavendel in de tuin staat geef je hem alleen water als het erg warm en droog is. Let wel op dat je bij aanplanten in het begin ruim water geeft.
Door zijn mediterrane achtergrond is de lavendel een echte zonaanbidder. Plant lavendel op een zonnige plek in kalkrijke grond. Daarnaast houdt hij van goed gedraineerde grond, de grond moet niet te vochtig zijn. Dit maakt hem zeer geschikt voor rotstuinen en ook voor in een pot op het terras of balkon.
Wat zon betreft is de volle zon de meest ideale standplaats voor jouw Lavendel. Maar halfschaduw of een schaduw standplaats is ook geen enkel probleem. Wel moet je rekening houden met het feit dat jouw Lavendel minder uitbloeit zoals die dat wel doet in de volle zon. Ook zal de Lavendel minder bloemen bevatten.
Het is erg goed mogelijk om uw lavendel hetzelfde jaar nog een keer te laten bloeien. Door in het najaar de uitgebloeide bloemen af te knippen (lichtelijk snoeien; bekijk hiervoor de video), stimuleert u de lavendel om nog een keer te bloeien.
Lavendel mag je (bijna) nooit water geven. Zelfs in droge periodes in de zomer vindt de plant zelf nog zijn water. Enkel bij nieuwe aanplantingen moet je water geven in droge lentes en zomers. Lavendel zal zelden afsterven vanwege te weinig water, echter wel bij teveel water.
In de periode eind maart-april kun je voor het eerst snoeien, steeds zo diep als er nog scheuten of uitlopers aan de plant zitten en nooit daaronder. Hoe later je snoeit, hoe later de struik gaat bloeien. De tweede snoeibeurt geef je als de lavendel is uitgebloeid, in augustus, uiterlijk september.
Voeding. Lavendel heeft geen mest nodig. Plant lavendel dan ook niet in bemeste tuinaarde, daar gaat het in dood. Kalk is wel een must, vooral in herfst, winter en voorjaar.
Zodra de strengste vorst voorbij is (begin april) kun je de lavendel flink snoeien. Je ziet al wat groei verschijnen. Snoei met een heggenschaar (of een snoeischaar als het hout al wat dikker is) de plant ongeveer een derde deel terug, tot ongeveer tien tot vijftien centimeter boven de grond.
lavendel gaat jaren en jaren mee, als je zowel in voor- als najaar de plant een beetje snoeit, zodat hij zich kan verjongen. doe je dit niet, dan gaat de struik verhouten, en wordt hij armetierig.
Lavendel houdt van kalkrijke grond die goed doorlatend is. Bij het planten van Lavendel in zandgrond hoef je geen bemeste tuinaarde te gebruiken. Het komt wel eens voor dat Lavendel doodgaat als deze in bemeste tuinaarde wordt aangeplant. Ook kan dit een negatief effect hebben op bloemknoppen.
Is je lavendel helemaal uit model of zie je veel kaal hout? Dan kun je proberen om de lavendel helemaal terug te snoeien. Het liefst zo klein mogelijk. Bij deze snoeibeurt knip je dus wel in het kale hout.
Snoeien mag in het voorjaar best rigoureus, zodat de lavendelstruik mooi compact blijft. Zo geef je je lavendel alle ruimte om weer te bloeien. Let wel op dat er nog voldoende groene blaadjes aan het eind van de takjes zitten, anders zullen die mooie paarse bloemetjes straks veel minder goed bloeien.
Bemeste tuinaarde is namelijk dodelijk voor de plant. Het is dus sterk af te raden om lavendel te bemesten.
Plant de Lavendel op een zonnig plekje in droge of goed doorlatende grond. Hoe meer zon het krijgt, hoe intenser de kleur. De lavendel kan wel tot 70 cm. hoog groeien, dus ook een lavendelhaag is mogelijk.
Wij adviseren om de lavendel tweemaal per jaar te snoeien. De eerste keer na de bloei, waarbij je alleen de uitgebloeide bloemtakken wegsnoeit. De tweede keer na de winter (begin maart), waarbij de 1-jarige scheuten van vorig jaar tot bijna op het oude hout teruggesnoeid mogen worden.
Uitgebloeide lavendel oogt houterig, vol uitgedroogde bruine en lelijke takjes. Voorkom dit en knip de bloeitopjes na de bloeiperiode met een snoeischaar of haagschaar. Zo krijg je nieuwe bloemkopjes en oogt de lavendel gesloten, fris en groen in de winterperiode.
Lavendel is een kalkminnende plant. Strooi daarom na het planten drie à vier keer de op de verpakking voorgeschreven hoeveelheid kalk bij de planten. Verwerk een deel van de kalk in de grond. Mesten moet u juist niet doen.
Er komt natuurlijk een moment dat je Lavendel bijna is uitgebloeid. Als je dan alle stengels met de uitgebloeide bloemen afsnoeit, zal vaak tegen het einde van de zomer een tweede bloei ontstaan. Zo kan je twee keer genieten van deze prachtige bloemen!
Het is wel belangrijk om de Lavendel ieder voorjaar kort te snoeien (ca. 15 cm boven de grond) zodat er vanuit het hart steeds weer jonge scheuten groeien. Wordt de plant niet kort geknipt dan zal de Lavendel snel verhouten en uit elkaar vallen.