Bij een spaarhypotheek is het veelal niet mogelijk of verstandig om de hypotheek af te lossen, maar een extra storting in de kapitaalverzekering doen kan wel. Met een extra storting stijgt het bedrag op de gekoppelde spaarrekening. Daardoor daalt vervolgens de premie. Dat scheelt flink in de maandlasten.
In het geval van een bankspaarhypotheek, spaarhypotheek of beleggingshypotheek mag het spaar- of beleggingsdeel in box 1 niet hoger zijn dan de hypotheekschuld in box 1. Aflossen is bij deze hypotheekvormen daarom meestal niet aan te raden. Extra sparen of beleggen is soms wel mogelijk.
Extra aflossen op je hypotheek om je maandlasten te verlagen is niet altijd voordelig. Vooral niet bij een (bank)spaarhypotheek. Deze hypotheekvorm kent flinke belastingvoordelen. Het is daardoor gunstiger om extra geld in je polis te storten dan extra af te lossen.
De spaarhypotheek en bankspaarhypotheek zijn minder geschikt voor extra aflossen dan andere hypotheekvormen. Je kunt bij een (bank)spaarhypotheek vaak beter extra storten in de polis of op de bankrekening, maar het eindkapitaal mag niet hoger worden en de looptijd van de polis mag niet worden verlengd.
Door de koppeling van hypotheek- en spaarrente is een spaarhypotheek vooral gunstig bij een hoge hypotheekrente. Wie eenmaal voor een spaarhypotheek bij een bepaalde maatschappij heeft gekozen, zit hieraan voor de rest van de looptijd vast.
Vanaf 1 januari 2013 is het fiscale voordeel van de bankspaarhypotheek afgeschaft. Dit voordeel zat 'm erin dat het gespaarde geld en de rente die je hiervoor ontving niet in Box 3 als vermogen werden belast. Hier is verandering ingekomen en je kunt geen nieuwe bankspaarhypotheek meer afsluiten.
Afloop rentevaste periode en afloop hypotheek
Een spaarhypotheek loopt af na 30 jaar als je deze voor 30 jaar hebt afgesloten. Dit is dus niet het einde van de rentevaste periode, maar het einde van de hele hypotheek.
Je hoeft je spaarhypotheek niet stop te zetten bij de verkoop van je huis. Je mag het bedrag van je hypotheek alleen niet meer verhogen of de looptijd verlengen. Als je een hogere hypotheek nodig hebt, moet je dat deel van de lening in minimaal 30 jaar aflossen.
Bij de spaarhypotheek spaar je tijdens de looptijd via een kapitaalverzekering je aflossing bij elkaar. Zo kun je aan het eind van de looptijd met het gespaarde kapitaal je hypotheek in één keer afbetalen. Dit type hypotheek kun je niet meer als nieuwe hypotheek afsluiten.
Wanneer je amper nog hypotheek hebt, zullen je aftrekbare kosten lager zijn dan je woningforfait en dus zou je meer belasting moeten betalen. Dat voelt niet helemaal eerlijk. Want als je wel nog schuld hebt en rente aftrekt, is die vaak hoger dan het eigenwoningforfait en hoef je dus niet te betalen.
Echt aflossen kan op een spaarhypotheek niet. Wel kun je de looptijd verkorten door eenmalig extra in te leggen of je maandbedrag te verhogen. Als je niet zeker weet of je elke maand wat extra's in je hypotheek wilt stoppen, dan is een extra inleg handig. De meeste banken hanteren hiervoor een minimumbedrag van €500.
De afkoopwaarde is het bedrag dat wordt uitgekeerd wanneer u voortijdig stopt met uw levensverzekering. Als de levensverzekering is gekoppeld aan de hypotheek, bepaalt de afkoopwaarde onder andere de aflossing van de hypotheek.
Verhuizen met een (bank)spaarhypotheek
Wil je jouw spaarhypotheek bij een andere geldverstrekker afsluiten? Je gespaarde kapitaal gaat dan over naar je volgende geldverstrekker. Dit heet fiscaal geruisloos voortzetten.
Vanaf 1 april 2018 zijn de regels versoepeld bij het afkopen van een (bank)spaarhypotheek. Het is niet meer nodig om minimaal 15 jaar premie te betalen. Wel dient u de afkoop te gebruiken om uw hypotheek af te lossen.
"In principe is een bankspaarhypotheek heel voordelig, doordat je belastingvrij spaart en je optimaal profiteert van de hypotheekrenteaftrek over de hele looptijd."
De hypotheekrente die u betaalt voor de spaarhypotheek is - als u aan de voorwaarden voldoet - fiscaal aftrekbaar. Dit belastingvoordeel geldt voor maximaal 30 jaar. Na die 30 jaar vervalt de hypotheekrenteaftrek, waardoor de netto lasten flink stijgen.
voor uw risicodekkingen: Overlijdensrisico Met een spaarhypotheekverzekering spreekt u af welk bedrag de verzekeraar uitkeert als de verzekerde overlijdt voor het einde van de verzekering. Daarmee wordt de spaarhypotheek afgelost als de verzekerde overlijdt.
De richtlijn is 3 maanden voor het einde van de rentevaste periode, zodat klanten voldoende tijd hebben om een beslissing te nemen. In het verlengingsvoorstel staat vaak alleen de nieuwe hypotheekrente vermeld. De gevolgen voor de maandelijkse spaarpremie worden niet genoemd.
Eén van de belangrijkste voordelen van een spaarhypotheek zijn de stabiele maandlasten, door de koppeling van de hypotheekrente aan de spaarrente. Daarnaast is het ook een veilige hypotheekvorm: door de maandelijkse premie te sparen in de verzekering los je de hypotheek aan het eind van de looptijd gegarandeerd af.
Dat je je hypotheek hebt afbetaald, is goed nieuws. Je hoeft dan niets meer te betalen aan je hypotheekaanbieder. Houd er wel rekening mee dat je minder profiteert van hypotheekrenteaftrek. En dat de Wet Hillen wordt afgebouwd, waardoor je na een tijdje misschien meer eigenwoningforfait gaat betalen.
De spaarhypotheek wordt als een veilige hypotheekvorm gezien. Hetzelfde kun je zeggen over de annuïteitenhypotheek. Na iedere maand wordt je hypotheekschuld weer iets kleiner, Het grote voordeel van de annuïteitenhypotheek ten opzichte van de spaarhypotheek zijn de maandelijkse aflossingen.
U hoeft de opgebouwde waarde niet aan te geven als bezitting in box 3 (sparen en beleggen). Hierdoor betaalt u tijdens de spaarperiode (de looptijd) geen belasting over het gespaarde bedrag en het opgebouwde rendement.
Het verschil zit in de manier waarop kapitaal wordt opgebouwd om de hypotheek later mee af te lossen. Bij een spaarhypotheek gebeurt dat in een spaarverzekering, bij een bankspaarhypotheek op een bankspaarrekening. Er zit in de bankspaarhypotheek geen automatische overlijdensrisicodekking.