Borderline wordt veroorzaakt door een combinatie van biologische, psychische en sociale factoren. De belangrijkste biologische factor is aanleg. Impulsief gedrag, heftige emoties en stemmingswisselingen kunnen in aanleg aanwezig zijn. Dit heeft te maken met de verwerking van prikkels in de hersenen.
De oorzaak van een borderline persoonlijkheidsstoornis is waarschijnlijk een combinatie van erfelijke aanleg en gebeurtenissen in de jeugd. Uit onderzoek blijkt dat veel borderline patiënten traumatische gebeurtenissen hebben meegemaakt in hun kindertijd, zoals misbruik, mishandeling of (emotionele) verwaarlozing.
Niemand heeft bij zijn of haar geboorte al borderline. Het is een persoonlijkheidsstoornis waar je aanleg voor kunt hebben. Als er in je familie veel borderline voorkomt, dan heb je een grotere kans op borderline. Borderline kunnen we niet strikt erfelijk noemen: het is niet direct overdraagbaar van ouder op kind.
Patiënten met een Borderline Personality disorder (BPD) hebben vaak moeite met het uitvoeren van dagelijkse taken in stressvolle situaties, bijvoorbeeld nieuwe informatie te onthouden of oude informatie te herinneren, in het bijzonder als zij dissociatie ervaren.
Mensen met borderline zijn vaak vrolijk en spontaan en kunnen ook nog eens heel charmant zijn. Meestal zijn mensen met deze stoornis intelligenter dan je denkt. Heb je een relatie met iemand met borderline of ben je zelf een borderliner met een relatie, dan vliegen de vonken ervan af.
Toon waardering voor de dingen die goed gaan. Dit valt niet mee, maar probeer negatief gedrag los te zien van de persoon. Stel niet te hoge eisen. Leg niet te veel druk op de schouders van iemand met borderline.
Hoe sterk en hoe vaak dat wisselt, hangt af van hoe erg u er last van heeft. Net als bij andere stoornissen zijn er mensen met een milde of met een ernstige vorm. Gelukkig gaat het met de meeste patiënten na een tijd veel beter. Mensen leren beter met hun beperkingen om te gaan.
“Borderline gaat voor de meeste mensen weer over. Na 2 jaar voldoet 35% van de klinische populatie niet meer aan de diagnostische criteria voor een borderline persoonlijkheidsstoornis. Na 6 jaar is dat 69% en na 10 jaar is 90% van de lijders 'beter'”. Maar dat 'beter' zijn is wel betrekkelijk.
Wanneer je een borderline persoonlijkheidsstoornis hebt, voel je je vaak niet in balans, maar erg instabiel en kan je (ook voor jezelf) soms onvoorspelbaar reageren. Je voelt je vaak snel afgewezen en bent bang om door mensen die belangrijk voor jou zijn in de steek gelaten te worden.
Voor het eerst is wetenschappelijk aangetoond dat een borderinestoornis succesvol te behandelen is en dat mensen er zelfs van kunnen genezen. Van de borderliners die gedurende drie jaar twee maal per week Schema Focused Therapy kregen, herstelde 52% volledig.
Leven met een borderline stoornis betekent vaak leven met een overweldigende innerlijke pijn, soms doet het zelfs lichamelijk pijn. Leegte, wanhoop en radeloosheid zijn vertrouwde begrippen, net als de ervaring om niet serieus gehoord te worden door andere mensen.
Er zijn geen specifieke medicijnen op de markt voor borderline. Toch is het zo dat in sommige gevallen de symptomen van borderline bestreden kunnen worden met medicijnen die ontwikkeld zijn voor andere stoornissen. Denk aan antipsychotica en antidepressiva.
Deze onvoorspelbare stemmingswisselingen duren vaak een paar uur en bijna nooit langer dan een paar dagen. Iemand met Borderline reageert vaak impulsief en dat kan leiden tot negatieve gevolgen zoals geldverspilling, alcohol- en drugsmisbruik, instabiele (seksuele) contacten of eetbuien.
Borderline is vaak moeilijk te herkennen. Dit komt doordat mensen met borderline vaak heel spontaan zijn en gemakkelijk contact maken. Dit verbloemt vaak de onderliggende problemen. Daarbij ontstaat borderline vaak in de leeftijd van 17 tot 25 jaar.
Wanneer iemand met een borderline persoonlijkheidsstoornis op enig moment zelf vader of moeder wordt , komt daar zelfs nog een risicofactor bij. Jong ouderschap is tenslotte een stressvolle periode die het mentaliserend vermogen van mensen onder druk zet: ze krijgen een nieuwe rol.
Mensen met borderline hebben een vaak grote behoefte aan intieme relaties, maar zijn daar tegelijkertijd bang voor. Ze zijn extreem bang om in de steek gelaten te worden. Ze stellen mensen daarom voortdurend op de proef. Zo testen ze als het ware of en wanneer iemand hen in de steek laat.
Vaak weet een persoon de stoornis te overwinnen, maar als dit niet rond het 35e levensjaar is gebeurd, is de kans groot dat de stoornis van blijvende aard is.
Van jongeren met borderline is bekend dat ze zich vaak heel boos voelen, of juist heel leeg. Ze ervaren de dingen in ieder geval heel intens of hebben te maken met plotselinge stemmingswisselingen. Soms lijkt het verband tussen aanleiding en emotie te ontbreken.
Ongeveer 1% van de mensen uit de algemene bevolking heeft een borderline-persoonlijkheidsstoornis. Borderline komt bij evenveel mannen als vrouwen voor. Omdat er verschillende symptomen en gedragingen zijn die bij borderline passen, kan de stoornis zich op verschillende manieren uit. 'De borderliner' bestaat dus niet.
Stemmingsstabilisatoren (valproïnezuur, lamotrigine, topiramaat) zijn effectief tegen overmatige boosheid en impulsief-agressief gedrag bij borderline. Deze middelen worden normaal gesproken voorgeschreven bij epilepsie of bipolaire stoornis.
Patiënten met borderline hebben meestal weinig zelfvertrouwen en zijn daarbij overgevoelig voor kritiek, vaak weten ze niet goed wat te doen en wat te willen met hun leven. Een vaak gehoorde klacht is een leeg gevoel van binnen hebben, eenzaam voelen, bang in de steek gelaten te worden en moeilijk alleen kunnen zijn.
Mensen met een persoonlijkheidsstoornis uit het cluster B zijn vaak impulsief en vinden het moeilijk om met hun emoties om te gaan. Tot dit cluster horen 4 typen: de borderline, theatrale, antisociale en narcistische persoonlijkheidsstoornis.
Een bipolaire stoornis heeft veel weg van een borderline stoornis, maar de twee persoonlijkheidsstoornis zijn wel verschillend. Een van de grootste verschillen is dat bij een bipolaire stoornis de stemmingsveranderingen een stuk langer duren (weken tot maanden) dan bij een borderline stoornis (uren tot dagen).