Voorraadmijten komen het meeste voor in stallen, hooi, en voorraden van bv. graan, meel, en in keukens (6). Ze bevinden zich ook wel in huis, waar ze meestal terecht komen vanuit voedselvoorraden (7). Vooral de hooimijt kan zeer goed gedijen in huis, met name in vochtige huizen (8).
Wering en bestrijding
Omdat de mijten leven bij hoge luchtvochtigheid, is het laag houden van de luchtvochtigheid een goede weringsmaatregel in gebouwen. Verder moet eventueel voedsel zo veel mogelijk weggehaald of opgeslagen worden in goed afsluitbare flessen, bussen, trommels, en dergelijke.
Oogstmijten (Trombicula autumnalis) of chiggers, houden zich op in grasvelden, gazon en andere lage begroeiing. Ze worden ook wel aoutats genoemd omdat ze voorkomen in augustus en herfst.
Over het algemeen helpt het om in de tuin de algehele vochtigheid te verminderen, het grasveld kort te houden en onnodige doornstruiken, bramen, struikgewas en onkruid te verwijderen, omdat de mijten zich zullen terugtrekken in de borders en hogere vegetatie.
De oogstmijt komt vooral voor op de bodem van klei- en lössgebieden, met name in het oosten van Nederland, en ziet eruit als een klein rood spinnetje. Volwassen mijten zijn onschadelijk voor mensen, maar larven van de oogstmijt leven parasitair op dieren of mensen.
Huisstofmijten overleven een temperatuur van 60º niet. Door textiel (bijvoorbeeld beddengoed) op deze temperatuur te wassen worden de mijten gedood én de allergenen uitgespoeld. Het is voldoende om een keer in de zes weken op deze manier te wassen.
Mijten verzamelen, leven en paren overal waar ze maar voedsel kunnen vinden. Plekken met veel stof en vezels is waar huisstofmijten hun meeste voedsel kunnen vinden. Daarom kom je ze ook veel tegen in matrassen, kussens, dekens, tapijten, gordijnen, honden- en kattenmanden, en ga zo maar door.
De meeste beten van korenmijten komen voor op de romp, nek, armen en soms in de liesstreek. In extreme gevallen kunnen de beten infecties, koorts, overgeven en gewrichtspijn veroorzaken. De oogstmijt bijt meestal op voeten en onderbenen maar evengoed in de plooien van knie en lies of waar de kleding strak is.
Vaak zijn vele huidafkrabsels nodig om één mijt te vinden. De behandeling bestaat uit het toedienen van het antiparasitaire middel Stronghold®, 3 maal met telkens 2 weken tussentijd (druppels in de nek).
Wanneer onvoldoende insecten aanwezig zijn, kan het gebeuren dat de korenmijten dieren of mensen bijten om zich te voeden. Mensen die werken met stro, hooi of gedroogde planten, gewoon gaan zonnen op het gazon of het gras maaien lopen risico om gebeten te worden.
Bedwantsen beten zitten vaak op een rijtje, alwaar de mug doorgaans maar één keer toehapt. Op de plek van de beet ontstaat een klein rood bultje, net zoals bij een muggenbeet. Sommige mensen reageren heftiger op een insectenbeet dan andere. Ze krijgen grotere bultjes, roodheid op de huid rondom de beten en meer jeuk.
Hoe komt vogelmijt in huis? Vogelmijten hebben een voorkeur voor gevogelte. Beruchte bronnen van vogelmijten bij de mens zijn verlaten vogelnesten. Na het uitvliegen van de jongen, moeten de aanwezige vogelmijten namelijk noodgedwongen op zoek naar een nieuwe gastheer, 'bloeddonor'.
Zeker weten of het schurft is
De arts onderzoekt je huidschilfers onder de microscoop om te kijken of er mijten en eitjes in de huidschilfers zitten. Soms gebruikt de arts een PCR polymerase chain reaction (polymerase chain reaction)-test om aan te tonen of er mijten in huidschilfers zitten.
Helaas is de mijt niet gemakkelijk te vinden. Vaak zijn vele huidafkrabsels nodig om één mijt te vinden. De behandeling bestaat uit het toedienen van het antiparasitaire middel Stronghold®, 3 maal met telkens 2 weken tussentijd (druppels in de nek).
Korenmijten en oogstmijten zijn kleine spinachtigen die kunnen voorkomen in stro, hooi en andere gedroogde grassen, graan, erwten en (tuin)bonen. De oogstmijt heeft een voorkeur voor gras en gazon. Beten van deze mijten lijken sterk op vlooienbeten en kunnen erge jeuk veroorzaken.
Iedereen heeft ze. Toch worden deze huidbewoners in verband gebracht met bepaalde huidklachten, waaronder rosacea.
Oogstmijten (Trombicula autumnalis) of chiggers, houden zich op in grasvelden, gazon en andere lage begroeiing. Ze worden ook wel aoutats genoemd omdat ze voorkomen in augustus en herfst. Als volwassen dier heb je deze mogelijks al gezien als een 1 à 2 mm rode en dicht behaarde mijt.
De overleving bij kamertemperatuur (21°C) en 40-80% luchtvochtigheid is 24-36 uur. Het vermogen van de mijt om te besmetten neemt af naarmate hij langer van de huid af is (Walton 2007). In het algemeen zijn de mijten dood na 3 dagen (72 uur) bij kamertemperatuur (18-20°C) zonder contact met mensen.
Neemboom-Spray zorgt ervoor dat de huisstofmijt niet meer groeit, ontwikkelt en zich voortplant. Neemboom Spray is enkel werkzaam tegen insecten zoals de huisstofmijt en is totaal ongevaarlijk voor mens en dier. Toe te passen op matrassen, tapijt, gestoffeerde meubelen.
De patiënt is besmettelijk als er mijten op het huidoppervlak aanwezig zijn. Dat betekent dat iemand besmettelijk kan zijn voor anderen zodra de eerste nieuwe mijten volwassen zijn (vanaf ongeveer 1 tot 2 weken na besmetting), ook als de patiënt nog geen verschijnselen van scabiës heeft.
Mijten worden overgebracht via direct contact of via zadels, dekens, dekjes en borstels of bijvoorbeeld stro, hout of een stalmuur waar een paard met mijt stond. Mijten kunnen enkele weken in de omgeving overleven en vanuit daaruit besmetting veroorzaken.
Huisstofmijten overleven een temperatuur van 60º niet. Door textiel (bijvoorbeeld beddengoed) op deze temperatuur te wassen worden de mijten gedood én de allergenen uitgespoeld. Het is voldoende om een keer in de zes weken op deze manier te wassen.
Mensen kunnen last hebben van Dermanyssus gallinae (vogel- of kippenmijt) als de mijten talrijk en de vogels gevlogen zijn, zoals na een broedperiode. De meeste infestaties van mensen vinden plaats van half juni (uitvliegen jonge vogels) tot augustus.
Ze leven ongeveer 2 à 3 maanden en planten zich snel voort. Veel mensen zijn allergisch voor de allergenen die huisstofmijten uitstoten.