Klik met de rechtermuisknop op jouw printer en selecteer Eigenschappen van printer: Ga naar het tabblad Poorten. Hier zul je het IP-adres van jouw printer vinden: Let op: Misschien moet je de kolom waarin het IP-adres staat verbreden om het volledige nummer te kunnen zien.
In het nieuwe venster typ je ipconfig en daarna druk je op enter. Als ipconfig niet start dan typ je eerst cd \windows\system32 en dan druk je op enter. Typ vervolgens weer ipconfig en druk op enter. Achter IPv4 staat het IP-adres van je laptop, desktop of tablet.
Selecteer de knop Startmenu en selecteer vervolgens Instellingen >apparaten >printers & scanners. Selecteer Een printer of scanner toevoegen. Wacht even tot er printers in de buurt zijn gevonden, kies de printer die u wilt gebruiken en selecteer Apparaat toevoegen.
Als een hostnaam is gedefinieerd, kunt u een printer opgeven met een hostnaam in plaats van een IP-adres. De hostnamen zijn afhankelijk van de netwerkomgeving. Gebruik de hostnaam die is vastgelegd in het gegevensbestand op de DNS-server. Gebruik als hostnaam de printernaam die op de configuratiepagina wordt vermeld.
Een hostname is de naam / het label dat toegewezen wordt aan een apparaat (i.e. een host) op een netwerk en wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen apparaten op een netwerk, of op het internet. De naam van een server (VPS) die e-mail verzendt is bijvoorbeeld een hostname.
Wi-Fi aansluiten op printer
Klik bij de printer op 'instellingen' en daarna op 'instellingen wifi'. Je kunt hier klikken op de wifi tekentje. Selecteer de SSID, dat is de naam van je wifi-netwerk. Voer het wachtwoord van jouw wifi-netwerk in en klik op OK.
Schakel de apparaten uit en schakel ze vervolgens opnieuw in. Wacht enkele ogenblikken en probeer opnieuw verbinding te maken met het netwerk. Controleer of de printer is ingeschakeld. Als de printer is ingeschakeld, schakelt u het uit en vervolgens weer in.
Je openbare – oftewel externe – IP-adres is in tegenstelling daartoe een adres dat door je internetprovider wordt verstrekt. Deze is in principe zichtbaar voor het hele internet zodra er dataverkeer vanuit je thuisnetwerk ontstaat. Deze wordt dan ook door servers geregistreerd wanneer je een website bezoekt.
Het commando om de IP adressen te achterhalen is arp, arp is een afkorting van Address Resolution Protocol. In het overzicht zie je het IP adres van een apparaat en het bijbehorende unieke MAC adres, gevolgd door de netwerkinterface waarop het IP adres is gedetecteerd.
Het MAC-adres van de printer wordt toegewezen bij aansluiting op een netwerk. De eenvoudigste manier om het MAC-adres te bekijken, is door verbinding te maken met een netwerk en het te bekijken door naar het netwerkmenu op het scherm van uw printer te gaan. Het MAC-adres wordt verkregen uit het type netwerkverbinding.
Met een IP-adres wordt een computer herkend die op het internet is aangesloten. Zo'n adres is vergelijkbaar met een telefoonnummer. Elk apparaat dat met internet wordt verbonden, krijgt een unieke code. Zo'n numeriek label wordt ook toegewezen bij deelname aan andere computernetwerken die op basis van IP communiceren.
Voer de WPS PIN CODE die staat vermeld op de afgedrukte netwerkconfiguratiepagina in op het instelscherm op het apparaat (zoals een smartphone). Volg de instructies op het scherm van het apparaat om door te gaan met de instelling.
Installeer de HP Smart app op de telefoon of tablet en stel de verbinding van de printer met het draadloze netwerk in. Vervolgens kunt u afdruktaken vanaf het mobiele Android-apparaat verzenden wanneer het apparaat is verbonden met hetzelfde draadloze netwerk als de printer.
Printers met een scherm kunnen via het schermpje de WPS setup starten. Vaak staat dit onder instellingen of onder WLAN instellingen. Kijk in het boekje van uw printer of Google op: “printernaam” draadloos installeren. Daar geven ze precies aan waar u de WPS setup kunt starten.
Klik in Windows 10 op Apparaten > Printers en scanners. Klik in Windows 11 op Bluetooth en apparaten > Printers en scanners. Mogelijk staat uw printer al in de lijst. Klik er dan op om verbinding te maken.
Selecteer Startmenu > Instellingen > apparaten > printers & scanners. Selecteer vervolgens uw printer > Wachtrij openen. Controleer onder Printer of Printer offline gebruiken niet is geselecteerd.
Op het moment dat u het product koopt, wordt het wachtwoord ingesteld. Het wachtwoord is het serienummer van de printer. Het serienummer van de printer staat op de sticker op de printer. Het bestaat uit 9 alfanumerieke tekens (vier letters gevolgd door vijf cijfers).
De hostnaam is een willekeurige naam die aan een computer gegeven wordt. Een server van een bedrijfsnetwerk die verantwoordelijk is voor de centrale verwerking van e-mails kun je bijvoorbeeld 'mail' of 'mail123' noemen.
Klik op 'Start', vervolgens 'Instellingen', “Netwerk en internet', 'Wifi'. Selecteer het netwerk waarmee je bent verbonden. Klik op 'Eigenschappen'. Scrol helemaal omlaag in het venster, je IP-adres wordt weergegeven naast 'IPv4-adres'.