Spits = in het midden van de aanval. Rechtsbuiten = rechts in de aanval.
De lagere nummers zijn bijvoorbeeld bedoeld voor verdedigers, terwijl de nummer 10 vaak de spelverdeler is en het rugnummer 9 gedragen wordt door de spits. In het moderne voetbal wijken spelers wel eens af van de traditionele nummers 1 tot en met 11.
De afkortingen am en pm komen uit het Latijn: AM = ante meridiem: voor de middag.
De “nummer 6” is het verbindingsstuk tussen de verdediging en de aanvallend ingestelde spelers. Zo moet hij er aan de ene kant voor zorgen dat de aanvallend ingestelde spelers op de juiste momenten, op de juiste manier bediend worden.
In de jacht op talent komen de Nederlandse clubs uit bij steeds jongere kinderen. Al voor hun zesde jaar worden ze gescout op de amateurvelden en verleid om naar de opleiding van een profclub te gaan.
Natuurlijke aanleg en trainingsarbeid kunnen beide betrekking hebben op specifieke componenten als spierkracht, uithoudingsvermogen, handelingssnelheid, technische vaardigheden, tactisch inzicht, etc. Dit soort factoren zijn evident van groot belang voor succes in de sport.
Iedere week bezoeken zo'n honderd KNVB-scouts in Nederland de standaardteams van de verenigingen uit de buurt. Zij kijken naar verschillende aspecten binnen het aanvallen, verdedigen en omschakelen. Heeft een speler(ster) genoeg kwaliteit, dan krijgt deze een uitnodiging voor Jeugdplan Nederland (JPN).
Rugnummers in het voetbal zijn vaak gekoppeld aan de positie waarop een speler speelt. Een spits speelt bijvoorbeeld met nummer 9 en een linksbuiten met nummer 11.
Positie voetbalveld nummer 10
De ongeschreven regel is dat de nummer 10 staat voor een vrije rol op het middenveld en hij of zij is vaak meer aan het aanvallen dan het verdedigen. Dit is veelal de meest gewilde positie van een voetballer.
Omdat er geen buitenspelers zijn, is het nummer 7 (rechtsbuiten) voor een middenvelder. Het nummer 11 is voor de tweede spits.
Spits is een sportterm voor de gehele voorhoede van een team, het aanvalsfront van een ploeg spelers, zoals de Grote Van Dale het zegt. Degenen die van die voorhoede deel uitmaken worden dan centrumspits genoemd, welk woord op zijn beurt ook weer kan worden ingekort tot spits.
Voordat we de naar de speelwijze kijken, is het goed om eerst de definitie van een valse nummer 9 vast te stellen: “Een valse nummer 9 is een centrumspits, die binnen een 1-4-3-3 opstelling, zich regelmatig vanuit de spits laat uitzakken met als doel zichzelf in te schakelen in de opbouw van achteruit.
Clubs die de aanval willen kiezen, spelen tegenwoordig vaak in een 3-4-3, 4-3-3 of 4-2-3-1-opstelling. Als een ploeg geen tegendoelpunt wil krijgen, wordt er al snel gekozen voor 5-3-2, 4-5-1 of 4-4-2, maar dan met een verdedigend ingesteld middenveld.
In Nederland worden spelers soms al onder de elf jaar gescout, al zeggen scouts zelf dat dat eigenlijk nog te vroeg is. De KNVB scout tussen de leeftijden 11 en 17 jaar. Volgens scouts kun je de potentie van spelers pas écht zien na 14 jaar als de eerste jaren van de puberteit zijn werk hebben gedaan.
Qua natuurlijke aanleg hoort iemand slechts bij de beste 10% van zijn leeftijdsgroep, maar door heel veel oefenen, motivatie en doorzettingsvermogen kan zo iemand toch bij de beste 1% van alle talenten komen.
De spelers van FUNdament worden gescout door de profclubs. De scouts letten op een aantal kenmerken, zoals motivatie, spelinzicht, snelheid en coördinatie. Daarnaast kijken zij hoe snel uw kind leert, of hij over doorzettingsvermogen beschikt en of hij een teamspeler is.
Sommige voetballers spelen al vanaf jonge leeftijd bij een profclub en debuteren uiteindelijk via de meest voor de hand liggende route in het eerste elftal. Maar er zijn ook genoeg voetballers die pas op latere leeftijd vanuit een amateurclub de overstap maken naar het profvoetbal.
Het beroep profvoetballer mag voor velen een statussymbool zijn, het percentage jongens en meisjes dat het daadwerkelijk tot de top schopt, is erg klein. Van de meer dan 100.000 spelers in het jeugdvoetbal gaan er jaarlijks zo'n 5000 naar een profclub.
Het 4-3-3-systeem bevat 4 verdedigers, 3 middenvelders en 3 aanvallers. De opstelling wordt aangeduid als een aanvallend systeem, maar zoals bij elke opstelling zorgt de taakinvulling van de spelers voor een aanvallende of defensieve speelwijze.
Veel teams, ook die in een andere formatie dan de 4-4-2 aanvallen, komen terug in deze formatie om te (her)groeperen. De 4-4-2 is namelijk uitermate geschikt om vroege druk op de bal en alle verdedigers te krijgen. Zonder dat de organisatie achter de bal direct in de problemen hoeft te komen.
In de tweede maand van 2021 wordt rugnummer 2 uitgelicht aan de hand van een speler en zijn verhaal. Marcos Evangelista de Moraes is een Braziliaanse legende. Hij behoort tot een van de beste verdedigers aller tijden. We hebben het over niemand minder dan de recordinternational van de Goddelijke Kanaries, Cafú.