Om alvast één misverstand uit de wereld te verhelpen, kwallen bijten niet maar steken met hun tentakels. Dat wordt dan wel een kwallenbeet genoemd. De tentakels van kwallen bevatten netelcellen met gif. Tijdens een kwallenbeet wordt dit gif in de huid van de mens gespoten.
Kwallen steken met brandharen, die vaak als tentakels onder de kwal langen of op zijn oppervlak zitten. Deze geven een reactie bij aanraking. Op de plaats waar deze brandharen de huid hebben geraakt, treedt een reactie op met roodheid, zwelling en soms blaarvorming. Er is vaak (veel) pijn, een branderig gevoel of jeuk.
De tentakels van kwallen hebben giftige netelcellen. Wanneer je gestoken wordt, spuit de kwal gif in je bloedbaan. Hierdoor kan je jeuk en pijn voelen. Wanneer je uit het water stapt, drogen de netelcellen uit.
Komt de kwal in contact met een vijand, dan schieten de netelcellen als een soort harpoen uit de tentakel. Het gif uit die cellen komt in je huid terecht, met jeuk en pijn tot gevolg. In Nederland is de kans dat je een (zeer) giftige kwal tegenkomt gelukkig niet heel groot.
Een mild ernstige reactie: misselijkheid, kortademigheid, maagklachten, verwarring. Dit komt voor bij kleine kinderen of als de kwal veel gif heeft afgegeven. Een ernstige reactie: flauwvallen, spierkrampen, hoesten, braken en ademhalingsmoeilijkheden.
De irukandji is een kleine, glasheldere kwal. Hij wordt maar een paar centimeter lang en leeft in de tropische wateren rond de noordkust van Australië. Dit kwalletje wordt in het algemeen gezien als het giftigste dier ter wereld en in tegenstelling tot andere kwallen heeft de irukandji ook netelcellen op het lichaam.
Na een kwallenbeet kan een plaatselijke reactie op de huid ontstaan, die je kan vergelijken met een reactie op een brandnetel prik. De reactie kenmerkt zich door een geprikkelde huid, roodheid en zwelling. Gelukkig komen aan de Nederlandse kust geen (levens)gevaarlijke kwallen voor.
Druppel na de kwallenbeet dus wat azijn op de plek en wrijf het in. Na een beet van een kwal kan de pijn even aanhouden. Ook kan de huid flink jeuken. Azijn op de plek van de beet wrijven helpt hiertegen, maar ook een pijnstiller kan helpen.
Kwallen hebben niet veel mogelijkheden om zich te verplaatsen. Veelal laten ze zich meevoeren door de stroming van het water - daarom horen ze officieel bij het 'plankton'. Door hun klokvormige hoed ritmisch samen te trekken, kunnen ze een klein beetje van koers wijzigen.
Kwallen hebben eigenlijk geen hersenen, dus ze zijn zich er niet van bewust. Voor hun is het hetzelfde als in de zee.
Kwallensoorten in de Wadden- en Noordzee
De meest voorkomende kwal is de oorkwal. De steek van deze soort doet niet veel pijn en de gevolgen zijn minimaal. Na een steek kan de huid hoogstens wat rood, opgezwollen en een beetje jeukerig zijn, maar deze klachten verdwijnen na een aantal uur.
De onderzoeker laat de imposante kwal op het strand liggen zodat andere mensen hem ook kunnen bewonderen. Wie dat wil, kan het dier gewoon oppakken. Deze kwal is ongevaarlijk, volgens Ecomare, het centrum voor wadden en Noordzee. De netelcellen zijn te zwak om door de menselijke huid te dringen.
Om alvast één misverstand uit de wereld te verhelpen, kwallen bijten niet maar steken met hun tentakels. Dat wordt dan wel een kwallenbeet genoemd. De tentakels van kwallen bevatten netelcellen met gif. Tijdens een kwallenbeet wordt dit gif in de huid van de mens gespoten.
Kwallen bijten niet maar ze steken met hun tentakels. Vervolgens komt er gif vrij uit de netelcellen op de tentakels. Het gevolg is een rode huid rond de beet, pijn, brandende jeuk, zwelling en eventueel blaren. Na een tijd, verschillend van enkele uren tot meerdere dagen, geneest de beet spontaan.
In de Noordzee leven verschillende soorten kwallen. De oorkwal komt het meeste voor. Dit is een doorzichtige kwal met vier roze of witte ringen. Hij kan je niet steken, omdat hij niet door de huid heen komt.
Plassen over een kwallenbeet: het zou het prikken tegen gaan, maar maakt het juist erger! Harpoenachtige cellen van de kwallententakels die op je huid liggen komen door de urine alsnog in je vel. Azijn helpt wel, omdat het het gif in de cellen neutraliseert.
Kleine visjes kunnen schuilen tussen de tentakels van een kwal en zo overleven. Verder is de kwal een delicatesse voor schildpadden en sommige vissen en eet-ie zelf weer kreeftjes, waardoor de populatie goed blijft. Wist je trouwens dat een kwal nog kan steken als-ie dood is?
De gevaarlijkste kwallen zijn tropische soorten, waarvan de giftigste de Australische zeewesp (Chironex fleckerii) is, die dodelijk kan zijn voor de mens. Langsheen onze kustlijn komen geen soorten voor die dodelijk zijn voor de mens.
Er zijn echter kwallen die kunnen steken. Doorzichtige, kleurloze kwallen zonder lange losse tentakels zijn ongevaarlijk. Uitzondering hierop is de kruiskwal, deze is kleurloos met een kruis in het midden en veel tentakels aan de rand. Stekende kwallen zijn duidelijk gekleurd en hebben lange tentakels.
Als het oostenwind (aflandige wind) is, wind van land naar de zee, ontstaat er een onderstroom. De bovenste laag van het water wordt dan door de wind van het land af geduwd, terwijl de onderstroom naar het land toe gaat. In die onderstroom bevinden zich de kwallen, met als gevolg dat ze aanspoelen op het strand.
Kwallen bijten niet
We noemen het dan wel een kwallenbeet, maar kwallen kunnen helemaal niet bijten. Ze steken. Officieel heet het dus een kwallensteek. De tentakels van een kwal bevatten netelcellen met gif.
Handig om te weten: niet elke kwal steekt. Kompaskwallen, blauwe haarkwallen en de kruiskwallen kunnen voor flink wat overlast zorgen. Die laatste - gelukkig zeldzaam voorkomende soort in Nederland - kan zelfs tot een ziekenhuisbezoek leiden. Maar de meeste kwallen steken niet, die kriebelen hooguit.
De meeste kwallensoorten die je in Nederland tegenkomt, kunnen geen kwaad. Eigenlijk is alleen de kompaskwal gevaarlijk. Deze kwal heeft bruine V-vormige strepen.