Daarnaast is iemand die zich in een vergevorderd stadium van dementie bevindt, veel kwetsbaarder om te overlijden aan een beroerte, hart- en vaatziekten of kanker. Dementie is een ziekte die niet te genezen is en toeneemt in ernst.
Dementie is een progressieve ziekte. Dat wil zeggen dat iemand steeds verder achteruit gaat en uiteindelijk aan of met deze ziekte zal overlijden. Na de diagnose dementie gaat een persoon meteen de palliatieve fase in. Deze fase duurt echter gemiddeld tussen de 6 en 8 jaar.
Indeling fases van dementie
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.
Mensen met dementie leven gemiddeld 6,5 jaar met de ziekte. Gedurende het ziekteproces neemt zowel het aantal als de ernst van de klachten toe. Er is geen genezing mogelijk voor dementie. Uiteindelijk overlijdt een patiënt aan de gevolgen van dementie.
Nachtrust mensen met dementie verbeteren
Ze functioneren minder goed en het kan zorgen voor eiwitopstapeling en daardoor verdere achteruitgang. Mensen met dementie worden overdag vaak minder actief en vallen dan soms zelfs in slaap. Door die 'middagdutjes' zijn ze 's avonds niet moe genoeg om goed te kunnen slapen.
Vasculaire dementie
De ziekte wordt veroorzaakt door een storing van de doorbloeding van de hersenen. In de bloedvaten in de hersenen treedt aderverkalking op, waardoor er bloedingen of infarcten ontstaan. Het achterliggende hersenweefsel krijgt hierdoor geen bloed meer en sterft af.
Veel mensen met VaD hebben hart- en vaatziekten (gehad), bijvoorbeeld langdu- rig een hoge bloeddruk, hartritmestoornissen, suikerziekte en TIA's (kortdurende afsluiting van een bloedvat in de hersenen). Ook is het mogelijk dat iemand een of meerdere beroertes heeft gehad voordat de dementie begon.
Veranderingen in gedrag en karakter
Dementie kan het gedrag en het karakter aantasten. Daardoor krijg je te maken met onverwachte stemmingswisselingen, verward, achterdochtig, depressief of angstig gedrag. Je naaste kan ineens boos of verdrietig zijn, of ongeremd dingen doen die ze anders nooit deed.
Dementie is in de meeste gevallen niet erfelijk. De ziekte komt wel vaak voor. Maar liefst een op de vijf mensen krijgt dementie. Hoe ouder iemand wordt, hoe groter de kans is dat hij dementie krijgt.
De beleving door de persoon met matige dementie
Over de gedachten en gevoelens achter de symptomen kunnen de personen met dementie zelf niet meer communiceren. Althans niet met woorden. Toch valt er veel te leren uit hun non-verbale communicatie (lichaamstaal).
Wat kun je beter niet doen? Probeer jouw naaste niet te veel te corrigeren of tegen te spreken. Dat confronteert de persoon met dementie met wat hij niet meer weet of kan. Hard praten, snel praten of juist fluisteren.
Ongeveer 74% van de mensen met dementie woont thuis en wordt verzorgd door een naaste. In totaal zijn er 350 duizend mantelzorgers die zorgen voor iemand met dementie.
Mensen die sterven, hebben vaak weinig of geen behoefte meer aan voedsel en vocht. Ze kunnen snel in gewicht afnemen. Het lichaam verandert: de wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen.
Het lichaam laat methaanthiol vrij gedurende het ontbindingsproces. Methaanthiol ruikt naar zweetvoeten en rotte witte kool. Dimethyldisulfide is een stinkend gas dat voortkomt via vele bronnen, zoals bacteriën, schimmels, planten, en dieren.
Ook het kleurenspectrum verkleint bij mensen met dementie. Koude kleuren zoals blauw, groen en paars zijn moeilijker te onderscheiden dan warme kleuren zoals rood, geel en oranje. Een kleurcodering waarin blauw naast paars gezet wordt doe je beter niet.
Zo herken je visuele problemen bij dementie: De hersenen krijgen moeite om te verwerken wat je ziet. Je kan bijvoorbeeld minder goed afstanden inschatten en diepte zien. Het kost moeite om verschillende tinten van een kleur te onderscheiden of bepaalde afbeeldingen of kleuren te herkennen.
Stress en dementie
Stress verhoogt de productie van stresshormonen, beschadigt de hippocampus, beïnvloedt leer- en geheugenprocessen en verlaagt de afweer. Al deze factoren zijn al eens in verband gebracht met dementie. Stresshormonen kunnen nog jaren na traumatische ervaringen in het bloed worden gevonden.
B-vitamines en Alzheimer
Uit onderzoek van de Universiteit van Oxford blijkt dat B-vitamines de kans op Alzheimer verkleinen. De deelnemers aan de studie kregen een supplement met vitamine B6, vitamine B11 en vitamine B12. Op hersenscans was te zien dat de afbraak van hersencellen kan worden vertraagd.
Dementie is (nog) niet te genezen. De achteruitgang en symptomen zijn bij sommige mensen te remmen of te behandelen met medicijnen. Behandeling van dementie zonder medicatie is vaak ook effectief. Denk bijvoorbeeld aan beweging of logopedie.
Een deel van de studies vindt dat mensen die een mediterraan dieet volgen, minder vaak dementie ontwikkelen. Ook lijkt het dat het dieet betere mentale vermogens (cognitie) geeft. Het mediterraan dieet bevat veel groentes, fruit, volkoren producten, peulvruchten en onverzadigde vetten (noten of olijfolie).
Noten: ze zijn een bron van vitamine E, een antioxidant. Antioxidanten zijn stoffen die de beschadiging van (hersen)cellen tegengaan. Fruit: blauwe bessen, rode bessen, frambozen, … Deze gezonde snoepjes zijn niet alleen lekker, zomers fruit bevat ook antioxidanten.
1000 flessen wijn per dag tegen geheugenverlies
Daardoor treedt er vaak versnelde dementie op. Rode wijn zou dit ziektebeeld kunnen remmen. Dit zou wederom te danken zijn aan het stofje resveratrol. Bij proefdieren is aangetoond dat een dieet laag in calorieën leeftijd gerelateerde ziektes, zoals Alzheimer, remt.