De bruine (of zwarte) fasedraad sluit je aan op ingang 'L1'. De blauwe nuldraad plaats je in de opening waar 'L2' bij staat. Er zijn nu nog twee opening over in het midden van de schakelaar. Deze zijn bedoeld voor de draden die naar de lamp of het elektrische apparaat lopen.
De bruine en blauwe draad kunt u zowel links als rechts aansluiten. Het is alleen wel van belang dat zowel de ingaande als uitgaande kabels van dezelfde kleur maar aan één kant zitten.
Reacties. Blauw aan blauw en bruin of zwart aan bruin of zwart. Bruin of zwart maakt niet uit. Ze mogen aan elkaar.
Geel/groen: Aardedraad dat zorgt voor ontlading en afvoer van spanning. Bruin: Fasedraad (aanvoerdraad van de stroom) Blauw: Nuldraad (afvoerdraad van de stroom) Zwart: Schakeldraad om schakelaars mee te bedienen.
Een lichtbron gaat gewoon branden als je de draden verkeerd om aansluit. Het enige wat kan gebeuren, in geval van een fitting, is dat de nuldraad nu op spanning staat. Het kan dus voorkomen dat je onder spanning komt te staan als je de lichtbron uit de fitting draait.
Een bruin stroomdraad noemt men over het algemeen fasedraad. Dit type stroomdraad is verantwoordelijk voor de toevoer van stroom. Houd er daarom rekening mee dat er op deze kabel altijd spanning staat, wanneer deze is aangesloten op de meterkast. In de basis levert een bruin stroomdraad een spanning van 230 Volt.
Fasedraad (bruin)
Fasedraad is te herkennen aan de bruine kleur en heeft als functie de stroomtoevoer. Dit betekent dat er op bruine stroomdraden altijd 230V spanning staan. Fasedraad wordt ook wel plusdraad genoemd. Naast de bruine kleur heeft dit stroomdraad als symbool de L.
Fasedraad wordt met de letter 'L' aangeduid dat staat voor het Engelse woord 'live'. Er worden ook wel drie fasedraden gebruikt. Dan is de aanduiding L1, L2, L3 voor de verschillende schakeldraden. De afkorting 'N' staat voor het Engelse woord 'neutral'.
De bruine fasedraad of zwarte schakeldraad koppel je aan het schroefje waar 'L1' boven staat. Vervolgens zijn er nog twee zwarte draden over die naar de tweede schakelaar gaan. Deze sluit je aan op de schroeven 1 en 1'.
Een schakeldraad mag namelijk zwart of grijs zijn. En dus niet bruin.
Stroom bestaat uit + en -. In je huis is de plusdraad bruin gekleurd en de - draad blauw.
bruin = fase draad – de aanvoerdraad van de stroom. blauw = nul draad – de afvoerdraad van de stroom. geel/groen = aarde draad, voor de aarding -beveiliging – zorgt voor ontlading en afvoer van spanning. zwart = schakeldraad – draad waar de stroom doorgaat bij aan- en uit signaal bij schakelaars.
De nuldraad wordt ook wel nulleider genoemd. Het is een elektriciteitsdraad met een blauw omhulsel die zorgt voor de afvoer van stroom van elektrische apparaten. Vaak is de nuldraad elektrisch gekoppeld met de aarde en voert de nuldraad nauwelijks spanning ten opzichte van de aarde.
Er wordt vaak expliciet vermeld dat de rode kabel op de plus polen moet en de zwarte op de min polen. Maar waarom is dat zo? Beide kabels zien er (los van het kleurverschil) hetzelfde uit en het draad is in beide gevallen even dik.
Het aansluiten gaat als volgt: Maak de draden los die zijn aangesloten op het stopcontact. Knip vervolgens drie stukjes draad af, blauw, bruin en groen/geel van 2,5mm² en ontmantel de uiteinden zodat je het koper kan zien. Verbindt de twee stopcontacten nu met behulp van de draden met elkaar.
De nuldraad of de nulleider is de draad die meestal elektrisch gekoppeld is met de aarde, hij wordt daarom ook wel de neutrale geleider genoemd. Omdat de nuldraad elektriciteit terugleidt staat deze onder spanning, het is daarom belangrijk dat je de draad niet aanraakt, tenzij de stroom eraf is gehaald natuurlijk.
De fasedraad is een elektriciteitsdraad met een bruin omhulsel die zorgt voor de toevoer van stroom naar elektrische apparaten. De spanning die een fasedraad voert, bedraagt 230 volt. Samen zorgen de fasedraad en de nuldraad voor het transport van stroom naar elektrische apparaten en vanaf elektrische apparaten.
De nuldraad (blauw) gaat alleen naar de lamp omdat deze bij de schakelaar niet nodig is. De lamp verbruikt namelijk elektriciteit en niet de schakelaar. In een domoticasysteem is elk onderdeel actief en gebruikt dus elektriciteit. Dus dan heb je een bruine + blauwe draad nodig.
Als je een kroonluchter of andere soort plafondlamp ophangt, moet je eerst de drie draden vinden die uit het gat in het plafond komen waar de lamp geplaatst gaat worden. Herken dat de zwarte draad de positieve draad is. De witte draad is de negatieve draad en de groene draad is de aardingsdraad.
Blauw = Nuldraad Bruin = Fasedraad Zwart = Schakeldraad Geel/groen = Aarde draad. Zoals u kunt zien op het plaatje gaat de bruine draad naar de schakelaar en naar het stopcontact. De blauwe gaat naar de lamp en naar het stopcontact. De zwarte is de schakeldraad tussen de schakelaar en de lamp.
Het is de bedoeling dat je de aardedraad aansluit wanneer je armatuur een geel-groene draad heeft en wanneer er geel-groene bedrading in de centraal doos zit. Deze is meestal aangesloten in het midden van de kroonsteen. De kroonsteen is een blokje waarin elektriciteitsdraden met elkaar in verbinding worden gebracht.
Fasedraad = deze was vroeger groen en is tegenwoordig bruin. Nuldraad = deze was vroeger rood en is tegenwoordig blauw. Aardedraad = deze was vroeger grijs en is tegenwoordig geel/groen. De zwarte schakeldraad en de blanke draad zijn gelijk gebleven.
Met een 2-polige lasklem kunt u twee draden verbinden. Met een 3-polige lasklem kunt u 3 stroomdraden verbinden of een bestaande draad splitsen. Om te testen of alles goed zit zijn er twee manieren, namelijk de groep weer inschakelen of een spanningsmeter gebruiken in het gaatje van de lasklem.