Om te beginnen moet u altijd dampremmende folie aanbrengen aan de binnenkant (oftewel de 'warme zijde') van de constructie. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld damp-open folie, dat altijd aan de buitenkant (de 'koude zijde') moet worden aangebracht.
Een dampremmende folie
In tegenstelling tot een damp-open folie, wordt een damp-remmende folie aan de warme kant (binnenzijde) van de constructie geplaatst. De warme kant bevindt zich bij dakconstructies altijd onder het isolatiemateriaal. Bij gevels is dit aan de binnenkant.
De dampremmende folie oftewel dampscherm wordt toegepast aan de binnenzijde van de bouwschil, bijvoorbeeld onder een dakconstructie of in een gevel. Het doel van deze folie of dampscherm is te verhinderen dat er condensvorming in de isolatiematerialen optreedt.
Een dampremmende folie dient altijd te worden aangebracht aan de warme zijde (binnenkant) van de constructie, onder het isolatiemateriaal. Om verzekerd te zijn van een optimale werking van de dampremmer, moeten alle aansluitingen, doorvoeren en naden op de juiste manier worden afgedicht.
Dampremmende folie en PIR
Afhankelijk van de plek waar u de PIR isolatieplaten gaat gebruiken is er soms een dampremmende folie nodig om het isolatiemateriaal droog te houden. Condens vanuit uw woning mag het isolatiemateriaal niet constant belasten omdat anders het vocht in de muren of het plafond kan gaan zitten.
Het plaatsen van dampfolie
Bij plaatsing van dampfolie aan de buitenkant wordt het materiaal geplaatst aan de kant van de isolatie die naar buiten is gericht. De buitenkant wordt, je raad het al, ook wel de koude kant genoemd.
Een dampscherm is nodig bij bepaalde isolatiematerialen – zoals minerale wol, cellulose, … - om te vermijden dat er vocht in de isolatie kan dringen. Dat is belangrijk om de isolerende capaciteiten van het materiaal te vrijwaren. Het scherm wordt ook wel eens gebruikt om gebouwstructuren te beschermen tegen vocht.
Anderzijds wordt dampdoorlatende folie aan de buitenzijde van de constructie aangebracht. Het voordeel van deze combinatie is dat vocht dat eventueel in de constructie doordringt, naar buiten kan worden afgevoerd. De dampwerende folie is waterdicht. Dit betekent dat vocht door lekkage van buiten wordt tegengehouden.
Het verschil tussen dampremmend en dampdicht is dat bij dampremmend nog wel ademen plaatsvindt en dampdicht volledig dicht is (dus niet ademend). Beiden worden aan de binnenzijde toegepast. Damp-open wordt daarentegen altijd aan de buitenzijde verwerkt.
Voor het isoleren van een gipsplaat wand kunnen glaswol- of steenwolplaten gebruikt worden. Voor een gipsplaten voorzetwand kan gekozen worden tussen twee verschillende isolatiematerialen: glaswolplaten of steenwolplaten (rollen).
Als u de folie aan de binnenzijde van een constructie in vochtige ruimtes plaatst, zoals badkamers, is het belangrijk om dampdichte folie te gebruiken. Als u twijfelt of dampremmende folie genoeg vocht tegenhoudt adviseren wij om dampdichte folie te gebruiken.
Dampremmende folie is van belang bij dakisolatie van een schuin dak. De dampremmende laag wordt aangebracht aan de binnenzijde van het isolatiemateriaal bij dakisolatie. Deze dampdichte folie komt zo aan de binnenkant van het dak. Belangrijk: dampremmende folie voorkomt dat er vocht in de dakconstructie trekt.
De isolatie door de plakpennen drukken en een afhouder plaatsen aan beide zijde van de pen ivm luchtspouw isolatie. De naden van de isolatie overlappen ca 7 a 10 cm en afplakken en aan de onderzijde omvouwen en ook afplakken. De buitenmuur opmetselen. Span de isolatie onder de balkenlaag en niet het vast.
Bij een warm plat dak wordt het isolatiemateriaal bovenop een dampremmende laag aangebracht. Deze laag moet ervoor zorgen dat er geen (condensatie)vocht in het isolatiemateriaal kan komen want dat is erg nadelig voor zowel de levensduur als de thermische eigenschappen van de isolatie.
In geval van dakvernieuwing na waterschade werken we altijd met dampopen folie onder de pannen. Dit folie heeft als functie dat het dak waterdicht blijft. Water kan niet naar binnen, maar de damp kan wel naar buiten. Oftewel; het kan niet inregenen, maar wel uitdampen.
Laminaat is niet goed bestand tegen vocht. Het is daarom belangrijk je vloer hiervoor te beschermen. Je plaatst een dampscherm (of vochtscherm) wanneer je laminaat legt op een minerale ondergrond zoals cement of beton. Bij minerale ondergronden kan er namelijk sprake zijn van opstijgend vocht.
Dakisolatie aan de binnenzijde is mogelijk als je huis een schuin (of hellend) dak heeft. van het dakbeschot wordt isolatiemateriaal geplaatst. Dat kunnen isolatieplaten zijn, of isolatiedekens die afgewerkt worden met gipsplaten. Maar ook kan polyurethaan (PUR) als dakisolatie tegen het dakbeschot worden gespoten.
Isoleren van een plat dak
Wordt gewerkt met isolatiemateriaal dat niet voorzien is van een gecoate aluminiumlaag dan moet gebruik gemaakt worden van een waterdampdichte plastic folie, zoals PE folie of beter Miofol 125 AV (rechtstreeks op het dakbeschot).
Dampremmende folie voorkomt dat waterdamp in de isolatielaag condenseert. Door het vocht buiten de isolatielaag te houden, blijft deze droog en behoudt het zijn isolerende werking.
De locatie van het dampscherm bij een plat dak is afhankelijk van het type dak. Er zijn twee soorten platte daken: warm dak en een koud dak. Bij een warm dak worden de isolatie en het dampscherm aan de buitenkant geplaatst, bij een koud dak is dat aan de binnenkant van het gebouw.
Volgens het bouwbesluit moet een Pe folie die als dampremmende laag wordt gebruikt minimaal 0,2 mm dik te zijn.
Baanvormige (bitumen) dakbedekking of kunststof dakbedekking (PVC, EPDM) is zeer dampdicht. Om bij deze opbouw overmatige inwendige condensatie te voorkomen, dient de dampremmende laag aan de onderzijde volledig gesloten te zijn. Dit moet door de verwerker worden gegarandeerd.
Wanneer je geen dampscherm zou toepassen bij bijvoorbeeld het isoleren van het dak, dan gaat condensvocht zich in de loop der tijd ophopen tussen het isolatiemateriaal en het dak. Dat is zeer ongewenst want hierdoor kunnen niet alleen allerlei schimmels ontstaan maar wordt ook de dakconstructie aangetast.
Met een vochtregulerend dampscherm vermijd je luchtlekken in de gebouwschil. En dat is belangrijk voor een goede isolatie én ventilatie. Door luchtdicht te bouwen, verkrijg je bovendien een energiezuinige woning die voldoet aan de EPB-eisen.
Om deze dampremmende folie op de juiste manier te verwerken is het gebruik van een goede luchtdichte tape een must. Deze tape zorgt er namelijk voor dat de dampremmende folie / dampscherm één geheel vormt, waardoor het doordringen van de warme lucht (welke water bevat) tot een minimum wordt beperkt.