Hoogbegaafde kinderen lopen vaak voor op hun leeftijdsgenoten in sociale en/of emotionele ontwikkeling. Ze spelen vaker alleen of niet op de manier zoals je dat gewend bent van andere kinderen. Bovendien gaan ze pas spelen als hun leerhonger voldoende gestild wordt.
Nadelen van hoogbegaafdheid
Je denkt en leert vaak anders dan de meeste mensen en jouw uitspraken zijn soms ingewikkeld. Hierdoor heb je misschien problemen op je werk of op sociaal gebied; mensen begrijpen jou niet (altijd).
Hoogbegaafdheid theorie
Belangrijkste criteria: hoge intelligentie, motivatie èn creativiteit.
Verwrongen zelfbeeld
Want het grootste probleem van hoogbegaafden is de mismatch met de omgeving. Ze stuiten op veel onbegrip en kunnen zich niet spiegelen, waardoor ze zich een buitenstaander kunnen voelen. ' Niet iedereen heeft de juiste mensen en middelen om zich heen om hieruit te komen.
Hoogbegaafde kinderen hebben weleens verborgen leerstoornissen. Dit kunnen stoornissen zijn zoals moeilijkheden met visuele perceptie, schrijfstoornissen, ruimtelijke stoornissen, dyslexie en aandacht stoornissen. Hoogbegaafde kinderen kunnen een slecht zelfbeeld ontwikkelen als ze een leerstoornis hebben.
Voor het begaafde kind is argumenteren vaak een oprechte poging om te achterhalen hoe de wereld werkt . Mensen met een hoger IQ zien de wereld vaak in een ander licht. Vaak produceert dat licht een perspectief dat anders is dan wat de gemiddelde persoon ziet.
Gedrags- en emotionele problemen die typisch worden beschreven bij intellectueel begaafde kinderen zijn angst [7], sociale terugtrekking [8, 9], een laag zelfbeeld [10] en buitensporig perfectionisme [7], die allemaal behoren tot de categorie van ‘internaliserende’ problemen [11].
Omgaan met signalen en symptomenVeel zeer begaafde studenten krijgen waarschijnlijk een verkeerde diagnose van autisme, terwijl veel autistische kinderen waarschijnlijk niet als begaafd worden gediagnosticeerd . Gezien de ongelooflijk complexe en vergelijkbare aard van zowel begaafdheid als autisme, is de diagnose zelf nogal onbelangrijk.
Belangrijke deelkenmerken van hoogbegaafdheid die je bij hoogbegaafde kinderen kunt herkennen zijn in ieder geval de volgende: nieuwsgierigheid, voorsprong in ontwikkeling, goed geheugen, leergierigheid, creativiteit, asynchrone ontwikkeling, complex denken, hooggevoeligheid en een sterk rechtvaardigheidsgevoel.
Ze kunnen bijvoorbeeld al zien hoe ze iets willen, al weten hoe iets moet, maar nog niet de verfijnde motoriek hebben om het te maken. Zijn soms, niet altijd, cognitief ook al verder dan de sociale en emotionele ontwikkeling. Daardoor kan een hoogbegaafd kind heel volwassen en wijs overkomen.
Sommige kinderen met hoogbegaafdheid vertonen gedrag dat lijkt op odd. Ze zijn voortdurend opstandig en dwars.Ze gaan contant in discussie en gedragen zich dominant in de groep. Hierdoor hebben ze vaak ruzie met klasgenoten en conflic- ten met de leerkracht.
Hoogbegaafde kinderen hebben een verhoogde gevoeligheid voor sommige prikkels uit hun omgeving. Dit kan leiden tot zowel over- als onderprikkeling. Overprikkeling kan zich uiten in agressief gedrag of prikkelbaarheid. Onderprikkeling daarentegen zorgt voor verveling, dagdromen en onoplettendheid.
De ene hoogbegaafde kan een aanleg hebben voor wiskunde maar ondertussen slecht presteren in taalvakken.
Het zijnsluik hoogbegaafdheid geeft aan dat de volgende (karakter)eigenschappen bij veel hoogbegaafden aanwezig zijn: een hoog rechtvaardigheidsgevoel, perfectionisme, een kritische instelling en een vorm van hooggevoeligheid. Hoogbegaafden hebben vaak een hoog rechtvaardigheidsgevoel.
Hoogbegaafdheid is geen stoornis en komt daarom niet voor in de DSM. Er is dus ook geen sprake van een diagnose. Je kunt hoogbegaafdheid wel laten vaststellen aan de hand van een begaafdheidsonderzoek en/of IQ test.
Hoogbegaafde kinderen vinden het vaak leuk om woordspelletjes te doen en tegenstrijdigheden te signaleren. Redenen en achtergronden willen begrijpen: De creatieve gedachten van hoogbegaafde kinderen zorgen ervoor dat ze over allerlei zaken nadenken. Hierdoor kunnen ze regels en tradities in twijfel trekken.
Om hoogbegaafdheid officieel te kunnen vaststellen, is op de eerste plaats een intelligentietest, of een IQ-test nodig. Onderdeel van hoogbegaafdheid is namelijk een bovengemiddelde intelligentie, wat zich vertaalt naar een IQ score die zich bevindt in het betrouwbaarheidsinterval waarin 130 zit.
Veel hoogbegaafde kinderen hebben een hoge intelligentie maar een onderontwikkelde manier van toepassen van die intelligentie. Ze zijn in hun gedrag chaotisch, missen discipline en vinden routinematig werken maar lastig. Ze hanteren geen vaste strategieën om hun problemen op te lossen.
Veel mensen zien het als een manier om hun hoogbegaafdheid te kunnen bewijzen. Misschien voelt het alsof je dan pas mag vinden en zeggen dat je hoogbegaafd bent. Maar hoogbegaafdheid komt niet altijd naar voren in een IQ-test. Sommige hoogbegaafden scoren zelfs laag op een IQ-test, ook al hebben ze een hoog IQ.
Begaafde kinderen zijn vaak erg wilskrachtig en vastberaden . Ze kunnen erg gefrustreerd raken als ze worden tegengehouden om iets te doen wat ze willen doen. Deze vastberadenheid betekent dat uw kind minder snel anderen zal volgen en eerder een leider zal zijn.
Hoogbegaafdheid is geen psychiatrische stoornis en lijkt in de basis geen grotere kans te geven op psychiatrische problematiek in zijn algemeenheid. Mogelijk bestaat er bij hoogbegaafdheid een groter risico op: – existentiële depressie; – obsessievecompulsieve stoornis; – eetstoornissen.
Zeer intelligente kinderen kunnen ongewoon wilskrachtig zijn, onderhandelen als advocaten of sarcasme gebruiken om een punt te maken. Soms verstoren begaafde kinderen de les in de klas omdat ze niet willen doen wat ze als bezigheid beschouwen. (Dit kan natuurlijk voor elk kind gelden, maar het geldt alleen meer voor sommige begaafde kinderen.)
Nieuwsgierigheid: Zeer intelligente mensen hebben een diep en aanhoudend verlangen om de wereld om hen heen te leren, verkennen en begrijpen . Ze stellen vaak kritische vragen, zoeken naar nieuwe informatie en houden zich bezig met intellectuele bezigheden.
Gedragsproblemen. De gedragsproblemen die zwakbegaafde kinderen over het algemeen meer laten zien dan gemiddeld begaafde kinderen hebben vaak te maken met overbeweeglijkheid, concentratie, impulsiviteit, koppigheid en agressie. Het kan zo zijn dat door de lagere intelligentie het normbesef van het kind zwak is.