In 1910 werd het spel voor het eerst volleybal genoemd. Het woordje volley betekend het terugspelen van een bal voordat hij de grond heeft geraakt. De jaartallen nog even op een rijtje: • 1895 – William Morgen bedenkt het spel mintonette. 1896 – Het eerste wedstrijdje mintonette wordt gespeeld.
In 1910 stelde ene mijnheer Halstead, professor aan de universiteit van Springfield (Massachusettes), een andere naam voor de sport voor. "Mintonette" vond hij wat kinderachtig, zodat hij het herdoopte tot volley-bal, naar het Engelse volley ("vlucht").
Dit heet nu volley maar in 1895 heette het Mintonette, een spelletje voor zakenlui die een minder fysiek spelletje wilde spelen dan basketbal. Een netservice mocht één keer overgedaan worden en je mocht in het spel dribbelen tot één meter voor het net. Dribbelen hield in, de bal voor jezelf omhoog spelen.
(sport), balsport voor twee ploegen van zes spelers, waarbij de bal met de handen over een net wordt gespeeld.
Volleybal, oorspronkelijk mintonette genoemd, vindt zijn oorsprong in 1895 in Massachusetts, VS. Het werd bedacht door de Amerikaan William G. Morgan. Voor een sport die al meer dan een eeuw bestaat, vindt de oorsprong van volleybal zijn oorsprong in een vrij bescheiden begin.
Maar officieel geldt de Amerikaan William G.Morgan als de bedenker van het volleybal. William G. Morgan was sportleider bij de Young Men Christian Association (YMCA) in Massachusetts.
De libero is een specialistische verdediger die enkel in het achterveld mag spelen en vaak de eerste pass van de tegenstander ontvangt om zo een aanval op te zetten. De libero heeft daarnaast een belangrijke rol in de verdediging van het team.
Op iedere speelhelft is op 3 meter van de middenlijn een aanvalslijn te zien. De aanvalslijn wordt ook wel 3-meterlijn genoemd. Het gedeelte tussen de aanvalslijn en de middenlijn heet de voorzone. Het gedeelte tussen de aanvalslijn en de achterlijn heet de achterzone.
De diagonaalspeler, of opposite, speelt aan de netpaal aan de rechterkant van het veld.Dit betekent dat ze tegenover de buitenaanvaller van de tegenstander staan. "Diagonaalspelers moeten goede blokkers zijn, want ze blokkeren de buitenaanvaller van de tegenpartij.
Volleybal kan een zware sport zijn, vooral als je intensief speelt op een hoog niveau. Het vereist snelheid, kracht en behendigheid.
De Libero mag niet serveren, blokkeren of een blokpoging ondernemen. Wanneer een Libero de bal bovenhands speelt in de voorzone of in het verlengde daarvan, mag de aanval niet voltooid worden, indien de bal volledig hoger dan de netrand is.
Elk team mag tot drie balcontacten gebruiken om de bal terug over het net te spelen.
Atletiek is samen met de zwemsport de oudste sport ter wereld. De Kretenzers (bewoners van Kreta) deden als eersten aan atletiek rond 1500 v. Chr. De moderne atletiek ontstond in Engeland aan het einde van de 17e eeuw.
De libero is de speler in het 'andere shirt' in een volleybalteam. De functie van een libero is uitsluitend passen en verdedigen. De liberospeler mag ook alleen in de achterste 3 posities van het volleybalveld staan. Je zult een libero dus nooit zien aanvallen of serveren.
Niets voor niets duurde de langste volleybalwedstrijd ooit maar liefst 101 uur en hij vond ook nog in Nederland plaats!
De setter is het technisch moeilijkste, de middenaanvaller is het meest fysiek.
De passer/loper, ook wel buitenaanvaller of hoekspeler genoemd heeft als voornaamste taak om te passen en te aanvallen.
Waar komt de term 4 - 2 vandaan? In het veld staan 4 aanvallers en 2 spelverdelers.Hier wordt het systeem besproken waarbij de voorste spelverdeler de set- ups geeft. Andere systemen zijn 6 - 2, met de achterste spelverdeler als setter, of het 5-1 systeem (1 spelverdeler, 5 aanvallers).
Cool Moves Volley (CMV) is speciaal gericht op kinderen in de leeftijd van 6 t/m 12 jaar. Door middel van verschillende niveaus wordt er stapsgewijs volleyballen geleerd. Binnen de CMV volleybalmethode zijn er 6 niveaus, om het CMV volleybal zo plezierig mogelijk te laten verlopen.
Aan beide kanten van het net wordt het volleybalveld in twee zones verdeeld door een horizontale lijn dwars over het veld. Dit wordt de aanvalslijn of driemeterlijn genoemd. Bij elk team moeten drie spelers vóór deze lijn beginnen en drie spelers achter de lijn.
Een beachvolleybal dient opgepompt te worden tot 0,17 – 0,22 bar, terwijl een indoor volleybal harder opgepompt moet worden tot 0,29 – 0,32 bar.
Deze lange sokken worden compressiekousen genoemd. Tijdens het volleyballen worden afvalstoffen door het bloed vervangen door voedingstoffen en bloed dat rijk is aan zuurstof. Door het dragen van lange sokken (zogeheten compressiekousen) wordt dit proces versneld. De afvalstoffen worden op een betere manier afgevoerd.
Een libero mag niet aanvallen en serveren. De libero kun je herkennen aan het afwijkende shirt. Voor de scheidsrechters moet duidelijk zijn wie de libero is, daarom is deze speler verplicht om een afwijkend kleur shirt te dragen.
Het 5-1 systeem is gestructureerd rond één spelverdeler en vijf aanvallers. De '1' staat voor de enkele spelverdeler, terwijl de '5' verwijst naar de vijf aanvallers. Het verschil tussen dit systeem en andere, zoals 4-2 en 6-0, ligt in de combinatie van spelverdeling en aanvallend vermogen op het veld.