Jeugdhulp is hulp bij psychische hulpvragen, een verstandelijke beperking en/of opvoedproblemen. Jeugdhulp is bedoeld voor kinderen en jongeren tot 18 jaar, soms tot 23 jaar. Uw gemeente is verantwoordelijk voor deze hulp. Dit is geregeld in de Jeugdwet.
Daarnaast zijn huisartsen, jeugdartsen, Veilig Thuis en de gecertificeerde instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering belangrijke verwijzers naar jeugdhulp. Waar specialistische jeugdhulp nodig is, wordt deze bij voorkeur ambulant ingezet, al dan niet in combinatie met andere vormen van hulp.
Wanneer mogen ze je kind afpakken? Een kind wordt pas weggehaald door Jeugdzorg, als de kinderrechter daartoe beslist heeft. Er bestaat een Richtlijn Uithuisplaatsing die gaat over kinderen of jongeren die gedwongen of vrijwillig uit huis worden geplaatst.
ernstige ziekte bij de ouders waardoor zij hun kind niet kunnen verzorgen. veel ruzie is tussen ouder(s). Of tussen ouders en het kind. te zware zorg vanwege een handicap of ernstige gedragsproblematiek bij het kind.
Een kind uit huis plaatsen, mag dat zomaar? Soms ontstaat er plotseling een crisissituatie waarbij jullie kind niet veilig is. De rechter geeft dan een crisismachtiging af. Met deze machtiging hoeft jeugdzorg officieel geen toestemming te vragen aan de ouders om een kind uit huis te plaatsen.
Zowel jij als je kind hebben het recht om te weigeren. Vindt de hulpverlener dat hulp toch noodzakelijk is? Dan kan hij de stap zetten naar een gemandateerde voorziening (ondersteuningscentra jeugdzorg en vertrouwenscentra kindermishandeling).
Wat is een spoeduithuisplaatsing? Als uw kind direct en plotseling gevaar loopt dan kan de rechter bepalen dat uw kind met spoed uit huis wordt geplaatst. U krijgt dan te maken met een voorlopige ondertoezichtstelling (VOTS) voor 3 maanden en een spoed uithuisplaatsing van uw kind.
Als de ouders of rechter besluiten het kind uit huis te plaatsen, zal het kind tijdelijk ergens anders gaan wonen. Dit is altijd voor maximaal 1 jaar en na ieder jaar kan het met nog een jaar worden verlengd tot het kind 18 jaar oud is. De eerste optie bij uithuisplaatsing is netwerkpleegzorg.
Interventies inzetten
Bijvoorbeeld met het huishouden, financiën en de opvoeding. Als intensieve thuishulp goed wordt uitgevoerd, kan dat een positief effect hebben op bijvoorbeeld iemands emotionele problemen en gedrag bij stressvolle gebeurtenissen. en Families First kunnen helpen een uithuisplaatsing te voorkomen.
Het uit huis plaatsen duurt maximaal 1 jaar. Daarna kan de organisatie van de gezinsvoogd aan de rechter vragen om het uit huis plaatsen te verlengen. De verlenging is steeds voor maximaal 1 jaar. De uithuisplaatsing stopt als uw kind 18 jaar wordt.
Het kan zijn dat de omgeving zich ernstige zorgen maakt over een kind. Bijvoorbeeld de huisarts, een leraar van school of de buren. Zij kunnen Jeugdzorg inschakelen. Jeugdzorg kan dan een verzoek tot gedwongen hulp indienen bij de Voogdijraad.
Als het niet lekker loopt binnen een gezin, opgroeien of opvoeden niet vanzelf gaat, of er andere problemen spelen, kunnen kinderen en ouders gebruik maken van jeugd- en opvoedhulp. Voor jeugdhulp zijn een aantal organisaties in het leven geroepen zoals het Centrum voor Jeugd en Gezin.
U mag ervoor kiezen helemaal niets te doen. Alleen beslist de kinderrechter dan over een OTS zonder te weten wat u vindt. U krijgt de beslissing van de kinderrechter na een aantal weken per post.
Landelijk Meldpunt Zorg (Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd)
Het Landelijk Meldpunt Zorg is onderdeel van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd. U kunt hier klachten en misstanden in de jeugdzorg melden. Het meldpunt geeft informatie en advies. Meer informatie: Landelijk Meldpunt Zorg - klacht over jeugdhulp.
Heeft u een klacht over jeugdzorg of over een jeugdhulpaanbieder? Bijvoorbeeld omdat u het niet eens bent met beslissingen over u? Stuur dan uw klacht naar de klachtencommissie van de jeugdhulpinstelling.
In Nederland is de jeugdzorg geregeld in de jeugdwet. Die wet bepaalt dat de gemeenten bestuurlijk en financieel verantwoordelijk zijn voor alle vormen van jeugdzorg en jeugdhulp. Deze hulp en zorg hebben tot doel: Het verminderen en behandelen van psychische problemen en de gevolgen daarvan.
Het doel bij uithuisplaatsing is altijd dat het gezin hulp krijgt. En dat alle betrokkenen samen werken aan een oplossing zodat het kind weer veilig thuis kan wonen. De kinderrechter beslist over een uithuisplaatsing.
Heeft u geen huis of dreigt u dakloos te worden? Dan kunt u terecht bij de maatschappelijke opvang voor een tijdelijke verblijfplek. Deze opvang biedt ook zorg, begeleiding en praktische hulp.
Neem contact op met het wijkteam, je huisarts of de jeugdgezondheidszorg in jouw buurt als je je zorgen maakt. Samen kunnen jullie bekijken wat er wel en niet goed gaat in het gedrag van je kind. Ook kunnen jullie er met elkaar achter komen waar het lastige gedrag vandaan komt en waardoor het blijft bestaan.
Bij een gedwongen uithuisplaatsing besluit de kinderrechter dat een kind tijdelijk ergens anders gaat wonen. Dat besluit geldt maximaal één jaar. Soms is er meer tijd nodig om de situatie thuis te verbeteren.
Tijdens de uithuisplaatsing behoudt u het ouderlijk gezag over uw kind. Uw toestemming is dus nog steeds nodig voor zaken als inschrijving op een school of doktersbezoek. Wel “deelt” u uw gezag met de instelling waar uw gezinsvoogd werkt, omdat er bij een uithuisplaatsing ook een ondertoezichtstelling is.
Ouder-kindhuis
Daar woon je samen met je kind en heb je dus je eigen voordeur. Ook vaders kunnen daar eventueel bij wonen. Je maakt afspraken met de begeleiding over hoeveel begeleiding je nog nodig hebt bij de opvoeding en verzorging van je kindje.
Dat wachttijden zo lang zijn, komt onder andere door een toename in het aantal jongeren met complexe problemen. Ook door budgetplafonds bij gemeenten en zorgaanbieders die veel tijd kwijt zijn aan administratieve taken.
Indien kinderen uit huis zijn geplaatst dient de verzorgende ouder aan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) een ouderbijdrage te betalen.
Uithuisplaatsing tijdens ots
De gezinsvoogd vraagt dan de kinderrechter om toestemming om het kind uit huis te plaatsen. Loopt uw kind onmiddellijk gevaar binnen uw gezin, dan moet uw kind snel uit huis worden geplaatst. De kinderrechter kan dan op verzoek van de raad een voorlopige ots uitspreken.