Fietsers en motorvoertuigen zijn dus nu voor de wet gelijk. Dit betekent dat nu de hoofdregel bij voorrang geldt. De hoofdregel bij voorrang is dat verkeer dat van rechts komt voorrang heeft op verkeer dat van links komt. Nu heeft een fietser van rechts voorrang op fietsers, auto's scooters en alle andere bestuurders.
Aan een fietsoversteekplaats hebben fietsers geen voorrang
Autobestuurders moeten een oversteekplaats voor fietsers altijd met de nodige voorzichtigheid naderen, maar een fietser heeft er geen voorrang, ook niet als hij aanstalten maakt om over te steken.
De algemene regel is: op kruispunten verlenen bestuurders voorrang aan bestuurders die van rechts komen.Dit geldt ook voor fietsers.
Een auto is dus altijd schuldig bij een aanrijding met een fietser. De wettelijke basis voor deze regeling vinden wij in artikel 185 van de Wegenverkeerswet (wvw). Hierin staat dat een auto, maar ook een scooter of ander motorvoertuig, gehouden is tot het vergoeden van letselschade.
Op of naast de fietsstrook mag je niet stilstaan of parkeren, dat mag dus alleen in daarvoor aangelegde parkeerhavens. De foto is van de fietsstrook op de Opwettenseweg. Fietsers rijden op de fietsstrook, alle andere bestuurders rijden op de middelste strook.
binnen bebouwde kom: minstens 1m zijdelingse afstand te bewaren bij het inhalen; buiten bebouwde kom: minstens 1,5m zijdelingse afstand te bewaren bij het inhalen; in een fietsstraat: achter de fietser blijven. Je mag deze dus niet inhalen.
Ondanks de conclusie dat fietsers uit de voorrang veiliger zijn op rotondes met vrijliggende fietspaden, dan in de voorrang, beveelt CROW aan om fietsers binnen de bebouwde kom op vrijliggende fietspaden op rotondes wel in de voorrang te laten en buiten de bebouwde kom niet [36].
Op kruispunten waar een doorlopend fietspad is, moet je als bestuurder (ook als fietser!) voorrang verlenen aan de fietsers en andere weggebruikers (zoals bv. skaters of rolstoelgebruikers) die op het fietspad rijden , ook al kom je als bestuurder zelf van rechts ten opzichte van wie zich op het fietspad bevindt.
De automobilist is 100% aansprakelijk voor de schade aan fiets en fietser. Wanneer de veroorzaker van het ongeval niet bekend is of onverzekerd is, kan de fietser zijn schade vergoed krijgen. De fietser kan dan een beroep doen op het Waarborgfonds Motorverkeer.
Wettelijke regels uitsteken hand
De vrouw basseert haar vordering op artikel 17 en 18 RVV. Artikel 17 RVV bepaalt dat een afslaande richting aangeeft met een arm. Artikel 18 RVV bepaalt dat de fietser die afslaat, inhalende fietsers voorrang geeft.
Neen.Als fietser heb je geen voorrang op een zebrapad. Wil je toch genieten van deze voorrang, stap af en steek de straat te voet over. Wil je over het zebrapad fietsen, wacht totdat je op een veilige manier kan oversteken zonder hierdoor andere weggebruikers te hinderen.
Artikel 49 van het RVV zegt dat bestuurders blinden die zijn voorzien van een witte stok met één of meer rode ringen voor moeten laten gaan. Dit geldt overigens voor alle personen die zich moeilijk voortbewegen. Bij mensen die zich moeilijk voortbewegen kun je denken aan voetgangers met een stok, looprek of rollator.
Als er geen tekens zijn fiets je op een gelijkwaardige kruising.Dan heb je voorrang als je van rechts komt. Maar… voorrang moet je wel krijgen.
Het gedeelte dat voorbehouden is voor de fietsers, is een echt fietspad. Het fietsverkeer is alleen toegelaten in beide richtingen als het verkeersbord in beide rijrichtingen wordt geplaatst. Dit fietspad is meestal van de rijbaan gescheiden door een berm, een boordsteen of een goot.
Ongelijkheid: bescherming van de zwakke verkeersdeelnemer
De basis voor de aansprakelijkheid bij een aanrijding tussen een auto en een fietser ligt in artikel 185 van de Wegenverkeerswet. Een fietser en een automobilist zijn niet gelijk.
Inmiddels is de wet al weer jaren terug veranderd. Fietsers worden nu, net als auto's en scooters door de wet aangezien als 'bestuurders'. Zij zijn wat betreft de voorrangregels gelijk gesteld met motorvoertuigen. Een auto van links moet een fietser van rechts voorrang verlenen.
Bij een ongeval tussen en fietser en een auto is de aansprakelijkheid goed geregeld, de auto is altijd aansprakelijk, zelfs bij eigen schuld van de fietser.
De voorrangsregels voor fietsers zijn in grote lijnen dezelfde als voor automobilisten: Op een kruispunt geldt de voorrang van rechts, tenzij je op een doorlopend fietspad rijdt. Dan heb jij als fietser voorrang op het verkeer dat van rechts komt.
Een suggestiestrook is een door onderbroken strepen gemarkeerd gedeelte van de rijbaan zonder fietssymbool. Soms ontbreekt zelfs de onderbroken streep en is alleen aan de bestrating te zien, dat het om een suggestiestrook gaat. Ze suggereren een fietsstrook, maar zijn dat niet.
Een fietser mag een andere fietser wel inhalen.Het inhaalverbod geldt enkel voor de bestuurders van motorvoertuigen. De snelheid in een fietsstraat is beperkt tot 30 km per uur. Dat geldt ook voor de fietsers zelf.
Rechtdoor verkeer op dezelfde weg gaat voor. Op rotondes buiten de bebouwde kom hebben fietsers geen voorrang. Een fietser die op rotonde blijft dient hier voorrang te verlenen aan afslaande auto's en andere motorvoertuigen.
Als fietser moet u in het donker en bij slecht zicht een voorlicht en achterlicht aan hebben. U mag hiervoor ook losse lampjes gebruiken. Daarnaast moet de fiets reflectoren hebben op de achterkant, trappers en wielen of banden.
Een tweede rondje over de rotonde is niet strafbaar
Bijna iedereen heeft wel eens een tweede of derde rondje over de rotonde gereden. Is dat eigenlijk strafbaar? Menno Hartenberg, woordvoerder van de politie: “Het is niet strafbaar om een extra rondje over de rotonde te rijden. Wat niet verboden is, mag gewoon.