Een snelweg kan beginnen als je op een weg rijdt die bijvoorbeeld uit een stad komt. Met borden is dan aangegeven dat de snelweg begint. De autosnelweg met nummer 16 (de A16 ) begint op een punt waar meerdere snelwegen bij elkaar komen, namelijk knooppunt Terbregseplein.
De rijkswegen kregen een wegnummer en de autosnelweg werd geïntroduceerd. Op 15 april 1937 openden we het eerste stuk Nederlandse snelweg: de rijksweg 12 (de huidige snelweg A12) tussen Voorburg en Zoetermeer.
De A staat voor autosnelweg. De N voor nationale weg. De nummers zijn door de overheid bedacht en voor een groot gedeelte een keer gepland. Als wegen zoals de A3 dan niet gebouwd worden, dan is dat nummer overgeslagen.
De A1 was als eerste gepland maar niet als eerste aangelegd. Dit stukje snelweg, de A12 tussen Voorburg en Zoetermeer was in 1936 al geopend. Waarom ze daar zijn begonnen weten we niet. De nummers zijn dus toegekend op basis van planning en niet in volgorde van aanleggen.
De A1 loopt van Amsterdam via 't Gooi, Amersfoort, Apeldoorn en Deventer naar Oldenzaal, bij de Nederlands-Duitse grens.
De snelweg A2 loopt van de Nieuwe Utrechtsebrug bij Amsterdam via Utrecht, 's-Hertogenbosch en Eindhoven naar Maastricht.
Maximumsnelheid snelwegen (A-en E-wegen) 's nachts
In de avond en nacht, tussen 19.00 en 06.00 uur, geldt een maximumsnelheid van 100, 120 of 130 km/h. Hoe hard er gereden mag worden, wordt aangegeven met borden langs de weg. Sinds maart 2020 geldt de nieuwe maximumsnelheid van 100 km/h.
De aandachtspunten liggen bij woningbouw en herstel van de vernietigde infrastructuur. In deze periode koppelde men Rijksweg 13 aan Rijksweg 4, zo ontstond er een directe verbinding tussen Amsterdam en Rotterdam. Dit kwam de plannen voor Rijksweg 3 niet ten goede, hierdoor was de noodzaak voor deze snelweg verdwenen.
Rijstroken worden in Nederland op autosnelwegen geteld vanuit de middenberm. De eerste rijstrook is dus de binnenste rijstrook. Dit is vastgelegd in de BPS-codering (Beschrijvende PlaatsaanduidingsSystematiek). Op de wegen niet in beheer bij Rijkswaterstaat wordt op dezelfde manier geteld als op de rijks-autosnelwegen.
In de spreektaal wordt met een rijksweg vaak een autosnelweg bedoeld, maar zowel A- als N-wegen kunnen rijkswegen zijn terwijl er snelwegen zijn die niet in beheer zijn van Rijkswaterstaat.
Op autowegen geldt standaard een maximumsnelheid van 100 km/h, doch zijn vele autowegen uitgevoerd met snelheden van 80 en 70 km/h. Daar ontstaat vaak de vergissing bij weggebruikers die de verkeersregels niet voldoende kennen, door standaard 80 km/h te rijden op een autoweg.
De A11 had er ook moeten komen, maar nu heet hij N11 (tussen Leiden en Bodegraven). De weg is nooit uitgebouwd tot een officiële snelweg, vandaar dat hij nooit een snelwegnummer heeft gekregen. En zo zijn er meer wegen die ooit waren bedoeld als snelweg maar het nooit zo ver hebben geschopt.
In Nederland gebruiken wij bijvoorbeeld altijd de A benamingen in de file meldingen. De E nummers zijn later ingevoerd. Die geven de Europese doorgaande wegen aan. de E25 gaat in ons land over 3 rijkswegen en 1 N-weg. Het is dus niet echt praktisch die te vermelden voor landelijke informatie.
Autowegen in de Nederlandse wegcategorisering
Tot 1990 kende men in Nederland de benamingen 'autoweg' en 'autoweg met gescheiden rijbanen en ongelijkvloerse kruisingen'. De laatste heet sindsdien 'autosnelweg' en is dus geen autoweg meer.
Autosnelwegen zijn snelle wegen. Traag rijden is er zeker geen synoniem voor veiligheid. Ook op de autosnelweg bent u verplicht om rechts te rijden, dit wil zeggen op de rechterrijstrook. Wijzig enkel van rijstrook als dit echt nodig is, bijvoorbeeld om in te halen of om een bepaalde richting te kiezen.
Wegen die beheerd worden door het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) worden aangeduid door een wegnummer met een letter die het soort weg aangeeft: A voor autosnelweg, R voor ringweg en N voor gewestweg. Ook zijn er Europese nummers (E).
Invoegen is een bijzondere verrichting. Dat betekent dat je voorrang moet verlenen aan bestuurders op de doorgaande rijbaan. Toch vinden we het heel normaal dat auto's even inhouden of een strook opschuiven om ruimte te maken voor de invoeger. Dit is een gunst, geen plicht!
Wat moet je doen als je niet kunt invoegen? Op het einde van de invoegstrook stoppen, en wachten totdat je ertussen kan. NIET over de vluchtstrook doorrijden.
Invoegstroken voor werkverkeer
- De beginsnelheid bij het invoegen is gesteld op 0 tot 10 km/h vanwege de beperking bij het uitrijden van het werkvak. - Op rechts gelegen invoegstroken is de snelheid waarmee het verkeer invoegt is 0,75 van de (tijdelijke) maximum snelheid, met een maximum van 60 km/h (0,75 x 80 km/h).
De snelweg A38 loopt van knooppunt Ridderkerk (A16/ A15) naar Ridderkerk. Met een lengte van 1,5 km is het de kortste snelweg van Nederland.
De A7, van Amsterdam naar de Duitse grens, is met 241 kilometer de langste snelweg van Nederland. Wie over de kortste snelweg van Nederland rijdt, heeft het waarschijnlijk niet eens door.
De snelwegennetten zijn het omvangrijkst in Spanje, Frankrijk en Duitsland. Er zijn ook landen zonder snelwegen, veelal ministaatjes. Zelfs de minst ontwikkelde landen in Europa hebben minimaal één snelweg.
Reacties. In principe geldt op de autobahn (autosnelweg) in Duitsland geen maximumsnelheid geldt. Wel geldt een adviessnelheid van 130 km/u. Als je deze overschrijdt, is het niet zo dat je een boete krijgt, maar als je een ongeval veroorzaakt geldt wel vaak een hogere aansprakelijkheid.
In de avond en nacht (van 19.00 tot 06.00 uur), mag u op sommige snelwegen 120 kilometer per uur of 130 kilometer per uur rijden. De maximumsnelheid in de avond en nacht is dus op veel snelwegen hoger dan overdag.
Voertuigen mogen alleen op autowegen als zij 50 kilometer per uur kunnen en mogen rijden. Voor autosnelwegen is dit 60 kilometer per uur. Deze snelheid heet ook wel de minimumconstructiesnelheid.