Vogelgriep is een besmettelijke ziekte die voorkomt bij pluimvee (zoals kippen of kalkoenen) en andere wilde vogelsoorten (zoals eenden, duiven en zwanen). Vogelgriep kan door veel verschillende griepvirussen(virustypen) worden veroorzaakt. In zeldzame gevallen kunnen sommige virustypen overgaan van dier naar mens.
Vogelgriep, ook wel vogelpest of aviaire influenza genoemd, is een besmettelijke virusziekte die zo nu en dan bij pluimvee (kippen, kalkoenen, eenden en ganzen) en andere vogelsoorten zoals duiven en zwanen wordt aangetoond.
Vogels die vatbaar zijn voor vogelgriep zijn: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, pauwen, duiven met uitzondering van postduiven, kwartels, fazanten, patrijzen en roofvogels. Wilde watervogels kunnen besmet zijn, maar worden meestal niet ziek.
Vogelgriep, veroorzaakt door aviaire influenza virussen, komt van nature voor bij wilde watervogels en is zeer besmettelijk voor pluimvee. Bij uitzondering kunnen ook andere dieren vogelgriep oplopen, zoals honden of katten.
Kippen, kalkoenen en parelhoenders zijn erg gevoelig voor de ziekte. Voor watervogels zoals eenden, ganzen en zwanen geldt dat wat minder, maar ze zijn in de natuur dikwijls wel dragers van het virus. Bij mezen, mussen, merels, en andere kleine vogels is het virus nooit gevonden.
Dodelijke vogelgriep overleeft in wilde vogels en verspreidt zich daardoor makkelijker. Al bijna een half miljoen vogels op Nederlandse boerderijen werden dit najaar geruimd vanwege de vogelgriep. De ziekte overleeft in wilde vogelpopulaties, en kan overspringen op de mens.
Uw duiven zijn geen risicovogels. Zij kunnen echter wel besmet raken met het vogelgriepvirus, maar ze worden meestal niet ziek. Ook verspreiden zij het virus meestal niet. Daarom gelden er buiten de beperkingszones geen maatregelen.
Ook al zijn kip en eieren met vogelgriep veilig om te eten, om het risico op verdere verspreiding van de griep zo klein mogelijk te maken wordt er voor gekozen om kippen met vogelgriep te ruimen. Voor het slachten wordt de gezondheid van alle dieren gekeurd.
Het jaar van de merel
De vogelsoort heeft een aantal jaar last gehad van het Usutuvirus, een typische vogelgriep. Het virus is nu grotendeels verdwenen, maar het aantal merels neemt nog steeds af.
U herkent vogelgriep aan luchtwegaandoeningen en een verlaagde eiproductie. Dan heeft u waarschijnlijk te maken met de laagpathogene variant. Gaan veel van uw dieren dood? Dan kan er sprake van zijn van de hoogpathogene variant.
Vogelgriep komt vooral voor watervogels maar ook kraaien, buizerds, lijsterachtige en weidevogels kunnen het krijgen. Als een vogel één of meerdere van de volgende verschijnselen vertoond neem dan contact met uw lokale dierenambulance op.
Ook al zijn kip en eieren met vogelgriep veilig om te eten, om het risico op verdere verspreiding van de griep zo klein mogelijk te maken wordt er voor gekozen om kippen met vogelgriep te ruimen. Voor het slachten wordt de gezondheid van alle dieren gekeurd.
Ook honden en katten kunnen gevoelig zijn voor vogelgriep, waarschijnlijk vooral via het eten van dode vogels.
Bel het Landelijk meldpunt voor dierziekten +31 45 54 63 188. De NVWA neemt dan contact met u op.
Vogelgriep (aviaire influenza, AI) is een verzamelnaam voor verschillende griepvirussen die gevaarlijk kunnen zijn voor pluimvee. Vooral kippen, kalkoenen, watervogels, waad-, strand- en loopvogels en spreeuwen kunnen erg ziek worden van aviaire influenza en kunnen er dood aan gaan.
Veel vogels kunnen in een periode van 2-3 weken herstellen. Er kan ook sprake zijn van grote sterfte waarbij de vogels binnen 1-2 dagen doodgaan veelal met inwendige bloedingen. Het Influenza A virus is bij papegaaiachtigen gevonden zonder dat er ziekteverschijnselen aanwezig waren.
Wat doet de overheid tegen verspreiding van vogelgriep? Wanneer het risico op introductie van HPAI virus bij pluimvee hoog is, dan kan de overheid maatregelen instellen om verspreiding te voorkomen. Dat kan bijvoorbeeld gaan om een bezoekverbod, ophok- en afschermplicht en extra regels voor vervoer.
Vossen, honden en katten kunnen na het eten van met vogelgriep besmette kadavers vogelgriep oplopen. Ze kunnen dan koorts krijgen en laten vooral zenuwverschijnselen zien. Hijgen, benauwdheid, speekselen, sloom worden en trillen en wankel lopen kunnen dan optreden. Soms wordt oog- en neusuitvloeiing gezien.
Zoogdieren, waaronder honden, katten en konijnen, kunnen gevoelig zijn voor vogelgriep. Ze kunnen besmet raken door het vangen en eten van besmette vogels.
Laat uw dieren vaccineren tegen vogelgriep
Vanaf 16 maart 2006 kunt u hobbypluimvee (kippen, eenden, ganzen en kalkoenen) preventief laten vaccineren tegen vogelgriep. Vaccinatie is een alternatief voor afschermen, als u afziet van vaccinatie moet u de dieren afgeschermd houden.
De vogel kan het virus ook via gastheren verspreiden." Bredenbeek wijst daarbij als voorbeeld op het koolmeesje dat hij stevig in zijn hand geklemd heeft. "Het vogelvirus kan via de uitwerpselen van watervogels overgebracht worden op de andere vogels die er zelf niet aan dood gaan, maar het wel verder verspreiden."
Het vogelgriepvirus kan Nederland onder meer binnenkomen door trekvogels en import van pluimveevlees. Besmette dieren worden ziek en gaan vaak dood. Het risico dat mensen worden besmet met het vogelgriepvirus is zeer klein.
Vogelgriep bij de mens
In de afgelopen twintig jaar zijn volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) wereldwijd 863 mensen besmet geraakt met de vogelgriepvariant A(H5N1). 455 mensen stierven. Sinds 2014 zijn 64 mensen in Azië besmet geraakt met de variant A(H5N6), 34 van hen in het afgelopen jaar.
Vogels, inclusief pluimvee, kunnen op diverse manieren vogelgriep oplopen: Via direct of indirect contact met besmette vogels; besmette vogels verspreiden het virus via luchtwegen, oogvocht en uitwerpselen.