Rozen staan graag in de volle zon. Hoe meer zon een roos krijgt, hoe rijker de roos zal bloeien. Daarnaast houden rozen van wind en vruchtbare grond. Door bij de aanplant nieuwe humusrijke grond te gebruiken, heeft de roos een gezonde start.
Rozen houden van zon en ruimte.
Plant ze op een plek waar minimaal 5 tot 6 uur zon staat (of kies een soort die het ook in de halfschaduw doet) en waar niet eerder rozen hebben gestaan (rozenaaltjes!). Zet ze nooit dicht tegen een muur aan, daar is het te droog.
Rozen hebben de eigenschap dat ze prima bestand zijn tegen warmte en droge grond, maar dan wel bij gemiddelde temperaturen met enige afwisseling met bewolking, koele wind en een bui regen. Voor veel planten is het nu afzien en afhankelijk van het soort zijn deze al verschrompeld of schijndood.
Rozen staan het liefste in de zon. Zelfs soorten zoals in het lijstje hieronder willen het liefste minimaal 2 tot 3 uur zon per dag. Ze verdragen wel minder zon, maar zullen dan minder hard groeien. Zorg in elk geval voor bemeste grond als de roos op een (half)schaduw plek komt te staan.
Rozen kunnen in principe overal geplant worden , echter alle rozen hebben ten minste 4 tot 5 uur zon nodig per dag.
Rozen in kweekpotten kun je het hele jaar door planten, zelfs hartje zomer. Rozen met kale wortels kunnen van oktober tot en met april de grond in. Als een roos op de juiste plek staat, kan deze tientallen jaren oud worden.
Rozenstruiken hebben niet veel water nodig, maar de grond moet altijd vochtig zijn. Gebrek aan water maakt de rozen kwetsbaar voor ziekten zoals meeldauw. Een teveel aan water verstikt de wortels, dit kunt u herkennen doordat de blaadjes geel worden.
Door aantasting met roest kunnen jonge scheuten afsterven en kan de roos alle bladeren verliezen, waarna hij doodgaat. Roest op rozen bestrijden: Geef rozen een voeding met veel kalium en verwijder aangetaste bladeren. Snoei de roos en verwijder alle aangetaste scheuten.
Pas aangeplante rozen kunnen uitdrogen tijdens een droge, winderige herfst of winter. Je mag aannemen dat rozen bij extreem warm weer elke dag water nodig zullen hebben. In een warme periode zal je elke twee tot drie dagen moeten bewateren. En bij warm en droog weer zal je gemiddeld eenmaal per week water moeten geven.
Vroeg water geven geeft minder kans op schimmelziektes omdat de roos zo goed kan opdrogen. Op échte warme dagen geeft u tweemaal per dag een watergift. Rozen die u in een pot zet, hebben extra aandacht nodig. Rozen vormen lange wortels, zorg dus voor een voldoende diepe pot.
Rozen verkiezen een standplaats in de zon en in de wind. Het zijn echte zonnekloppers! Je mag geen rozen planten op een plek waar al rozenstruiken hebben gestaan. De grond is dan verarmd en heeft wat tijd nodig om bij te komen.
De meest bekende trosroos is Rosa 'The Fairy'. Deze roos is in 1932 gekweekt en heeft heel veel kleine lichtroze bloemen die licht geuren. Dit geeft hem een prachtig sprookjesachtig uiterlijk. Het is een sterke roos die lekker lang doorbloeit.
De sterkste rassen zijn de mooie stamroos Sneeuwwitje, die lichtroze bloemknoppen laat veranderen in prachtige witte rozen. Wil je meer kleur? Een andere sterke roos is de Red Leonardo davinci. Deze rode roos bloeit tot oktober, krijgt veel bloemen en ruikt ook nog eens heel lekker.
Rozen snoeien in maart heeft als doel om de plant te verjongen en te laten groeien vanuit de basis. Na de bloei, in de zomer, verwijder je de uitgebloeide bloemen. Zo kan de plant nieuwe bloemen vormen. Rozen snoeien voor de winter is nodig om je plant “winterklaar” te maken.
Rozen in water zetten
Snij de stengels van de rozen schuin af. Dan gaan ze namelijk minder snel hangen. Vervolgens moet je de rozen snel in de vaas met warm water zetten. Het water kun je vervolgens het beste één keer in de twee dagen verversen.
Rozen voeden
Rozen willen bij voorkeur een voeding die naast een hoog kaligehalte, ijzer en magnesium bevat. IJzer zorgt voor een mooie volle kleur van de bloemen, magnesium met name voor een mooie kleur van het blad. Je kunt je rozen tweemaal voeden tussen maart en augustus.
Er zijn veel redenen waarom uw rozen mogelijk niet bloeien. Zoals onbalans in voedingsstoffen, ziekten, plagen, omgevingsstress, blinde scheuten en verkeerde verzorging.
Rozen staan graag op een plek met wat wind, veel zon en goede voedingsrijke grond. Het liefst staat een roos niet in hele natte grond, maar de roos mag zeker ook niet te droog staan. Als de grond te droog is zal ze kleiner blijven. Gelukkig zijn het sterke planten die de meeste omstandigheden wel overleven.
Rozen kun je alleen verplanten als het blad eraf is (niet als het vriest!), in februari of maart. Die laatste twee maanden zijn heel gunstig, omdat de winterkou dan voorbij is. Met andere woorden: de snoeitijd is ook het tijdstip voor het verplanten. Daarom snoei je allereerst ook de rozen die je wilt verplaatsen.
Normaal gezien bloeien rozen tijdens 2 periodes in de zomer: op de ontstane scheuten van de wintersnoei (juni-juli) en op de zogezegde augustusscheuten (bloei augustus) die onderaan diep in de struik ontstaan.
Rozen groeien niet in natte veengronden of droge zandgronden. Rozen wortelen diep, het is daarom belangrijk dat de grond goed gedraineerd is. Heeft u een hoge grondwaterstand dan kunt u het beste niet aan rozen beginnen. De wortels zullen door de hoge grondwaterstand gaan rotten, dit is vooral in de winter het geval.
Rozen die weinig blad hebben maar wel bloemen staan te droog of de rozen hebben te weinig energie. Veel planten laten als bescherming het blad vallen om de verdamping te voorkomen als het in de zomer een lange tijd droog is. Bomen kunnen soms wel de helft van hun blad verliezen omdat ze gebrek aan water hebben.
Het basisprincipe is bij de meeste rozen hetzelfde. Haal eerst de aarde tussen de takken weg en maak de grond weer glad. Dood hout en takken die naar binnen wijzen moeten helemaal worden weggesnoeid. Houd een aantal stevige takken over die goed verdeeld zijn en snoei ze tot op drie à vijf ogen vanaf de grond.
Na de bloei van de rozen kun je alle uitgebloeide bloemen verwijderen en de plant eventueel wat korter snoeien als de plant bijvoorbeeld te groot wordt. Doe dit bij voorkeur voor de winter, nooit snoeien als het vriest.
De meeste struikrozen worden 75-150 cm hoog, er zijn ook bodembedekkende rozen die laag blijven en botanische rozen die wel twee meter hoog kunnen worden. Rozenstruiken zijn mooi voor een perk, een plantvak, een border en zelfs voor een haag. Rozen zijn erg mooi te combineren met vaste planten en andere struiken.