Zelfs als u rustige vogels samen houdt heeft u een kooi nodig die tenminste 120cm breed is. In een ruimte met deze beperkte afmetingen kunt u kanaries houden samen met binsenastrilds, japanse meeuwen, gouldamadines, bichenows astrilds, ceresamadines, kastanjenons en erythrurus vinken.
Kies vogels met dezelfde voedings- en huisvestigingseisen. Parkieten en papegaaien moet je in paartjes plaatsen, uitgezonderd de valk-, bourke-, en elegantparkiet. Parkieten houden minder van kanaries, zebravinken, Australische en Afrikaanse prachtvinken, vrucht- en insectenetende vogels en Europese Vogels.
Alleen als je een grote volière hebt, kan je kanaries samen zetten met andere vogelsoorten. Vermijd dan wel grotere vogels of kromsnavels, zoals papegaaien en parkieten.
Welke vogels kan ik houden in een volière? Er zijn verschillende soorten vogels geschikt om buiten te houden, waaronder allerlei soorten parkieten, vinken, kwartels en kanaries. Je kunt dan denken aan valkparkieten, zonparkieten, grasparkieten of agapornissen. Zilver- en loodbekjes, de Cubavink of de zebravink.
Als je jouw grasparkieten samen met andere vogels wilt houden, moet je er rekening mee houden dat ze niet te houden zijn in combinatie met kleinere en zwakkere vogels. Kanaries en zebravinken, die op foto's vaak samen te zien zijn met grasparkieten, zijn niet geschikt.
Re: het herkennen van hun baasje
Parkieten zullen je zeker herkennen, maar in zulke situaties raken ze in paniek en komen ze echt niet naar jou toe voor veiligheid.
In huis mag de kooi niet in de buurt van het fornuis, de verwarming, of voor het raam staan. Het wordt er al snel te warm waardoor de kans op oververhitting bestaat. Ook kunnen ze niet tegen tocht en kookdampen. Kanaries hebben baat bij een natuurlijk dag- en nachtritme.
Kanaries zijn ook geschikt om zowel binnen als buiten in een volière te houden. In de winter dienen ze alleen wel over een tocht- en vorstvrij nachthok te beschikken en dient voorkomen te worden dat ze op ijzeren stangen kunnen gaan zitten. Hier kunnen de voetjes en tenen door bevriezen.
De kooi moet groot genoeg zijn, zodat de vogels gemakkelijk naar alle richtingen de vleugels kunnen strekken en kunnen vliegen. Concreet moet je voor twee kanaries een kooi hebben die minimum 80 x 40 x 50 cm (lengte x breedte x hoogte) groot is.
Kanaries en valkparkieten gingen bij ons absoluut niet samen. De valkparkieten wouden de kanaries in de pootjes pakken. Het ging vaak goed hoor maar af en toe als de kanarie niet zat op te letten greep de valkparkiet de kans. De valkparkieten en de kanaries zaten wel beide in een aparte kooi.
Net als de vleugels van je parkiet een indicatie kunnen zijn van geluk, kunnen zijn staartveren dat ook zijn. Wanneer een vogel met zijn staart wiebelt (zoals een hond met zijn staart kwispelt), dan betekent dat gewoonlijk dat je vogel blij is om je te zien - hoewel het ook kan aangeven dat je vogel zal gaan poepen.
Volgens Lückerath kan een parkiet die aan de buitenlucht gewend is, gemakkelijk wat koude verdragen. ,,Natuurlijk kan ook een parkiet een verkoudheid oplopen maar als hij droog en uit de trek van gure winden zit, loopt hij meestal geen risico's.
Een (buiten)volière met meer dan twee kanaries is geschikt buiten het broedseizoen en geeft de dieren voldoende bewegingsruimte. Tijdens het broedseizoen is het echter beter om hen per paartje te houden omdat de mannetjes onderling kunnen gaan vechten en ook de vrouwtjes ruzie kunnen maken om de nestplaatsen.
Het antwoord is simpel. Om zonder risico met parkieten te kweken geldt de klassieke wijsheid nog steeds: 1 soort per volière. Een enkele soort zoals bijv. de grasparkiet kan in een kolonie worden gehouden, maar zelfs een kolonie van gelijksoortige Agapornissen is niet zonder risico.
Niet alleen in de winter en zomer maar ook het verschil tussen dag en nacht. Heb je een kanarie binnen in een kooi dan is het zeker aan te raden om deze af en toe buiten te zetten. Zonlicht is namelijk hartstikke goed voor de vogel. Hij krijgt er een goed humeur van en maakt belangrijke vitaminen aan.
Een kanarie alleen houden is niet aan te raden, na enige tijd ontstaan er toch gedragsproblemen. De vogel voelt zich eenzaam en zal hierdoor agressiever worden. Die agressiviteit richt zich voornamelijk op speelgoed en het bekende spiegeltje in de kooi.
Geef uw kanarie gerust eens een stukje fruit of wat groenvoer, bv. Andijvie, witlof, komkommer, wortel, appel of sinaasappel. Zorg dat de kanarie niet te vaak hiervan krijgt ivm met diarree. Daarnaast is vers drinkwater natuurlijk onmisbaar.
Het dagelijkse bad is nu extra belangrijk, omdat het de rui stimuleert. Vul gerust twee keer per dag zijn badhuisje met lauwwarm water om het badderen nog aantrekkelijker te maken. Let erop dat je gevederde vriend niet in de tocht zit als hij kletsnat op zijn stok zit. Anders wordt hij heel snel verkouden.
Ook zijn er verschillende soorten fruit die je aan je vogel kunt geven. Deze bevatten veel vitamines en worden vaak ook nog eens erg lekker gevonden door je vogel! Enkele fruitsoorten die je prima aan je vogel kunt geven zijn: appel, banaan, kiwi, mandarijn, sinaasappel, wortel, tomaat, peer, druif en ananas.
Het kan zijn dat je parkietje nog erg bang is en dat hij daarom trilt. Het beste is ook om hem eerst een tijdje met rust te laten, zodat hij kan wennen aan zijn omgeving. Als een parkietje ziek is, gaan ze meestal bol zitten.
Zet de kooi op een plaats waar de vogels gewend kunnen raken aan de aanwezigheid van mensen, maar niet in het midden van een drukke, lawaaiige ruimte. Dit zorgt voor stress bij uw parkieten. Zorg ervoor dat de kooi met een zijde aan een muur staat.
Geluiden. Fluiten of praten betekent dat je vogel blij is in jouw huis. Wanneer je vogel erg vocaal is wanneer je de kamer in komt lopen, betekent dit dat jouw vogel blij is dat je thuis bent. Wanneer je vogel met zijn snavel klappert en spint, betekent dit dat je vogel met je wil spelen.