Zonnepanelen op het dak leveren hun stroom niet rechtstreeks aan het elektriciteitsnet, maar aan een omvormer in de meterkast. De omvormer maakt de stroom geschikt voor het elektriciteitsnet. Zonnepanelen met stekker hebben hun eigen omvormer.Daarom kun je ze direct aansluiten zonder de meterkast aan te passen.
Wat moet je echt weten: hoeveel panelen kun je plaatsen? Een standaard systeem van zonnepanelen met een stekker bestaat uit 2 panelen met een maximaal vermogen van 600 Wp. Dat komt doordat je niet meer dan dit vermogen op een stopcontact mag aansluiten als er ook andere apparaten op die stroomgroep zijn aangesloten.
Allereerst is het verplicht om PV-panelen altijd op een aparte groep in de groepenkast aan te sluiten. Dit geldt ook voor de kleinere panelen die rechtstreeks met een steker in het stopcontact kunnen worden aangesloten. Een PV-omvormer kan niet zondermeer op een extra eindgroep worden aangesloten.
Zonnepanelen welke volledig onafhankelijk werken, ook wel 'off grid' genaamd, blijven probleemloos verder werken bij stroomuitval, alsook alle elektrische toestellen. Dit type zonnepanelen installatie komt voor bij afgelegen buurten waar geen elektriciteitsnet bestaat.
Bij een hoofdzekering van 40A is de maximale zekering van de groepenkast 40/1,6A = 25A. Je mag op die groep dus een zonnepaneleninstallatie plaatsen van 25A*230V = 5750 Watt.
De omvormer maakt de stroom geschikt voor het elektriciteitsnet. Zonnepanelen met stekker hebben hun eigen omvormer. Daarom kun je ze direct aansluiten zonder de meterkast aan te passen. Een voordeel van deze micro-omvormers of micro-inverters is dat de panelen onafhankelijk van elkaar werken.
Werken zonnepanelen ook bij stroomuitval? In principe niet. De zon kan wel schijnen en de zonnepanelen doen hun werk maar de omvormer zet de energie niet op het net.
Ter vergelijk: een gemiddeld gezin in Nederland draait 208 wassen per jaar. Met een zuinige wasmachine kost dit totaal ongeveer 168 kWh. Met andere woorden: één zonnepaneel is dus al genoeg om de energiekosten van deze wasmachine af te dekken.
Stroom van zonnepanelen
Een stroomstoring kan ook ontstaan door zonnepanelen. Met behulp van zonnepanelen wordt stroom teruggeleverd aan het net, maar dit gaat niet altijd goed. Dit probleem is niet zelf op te lossen.
Een andere veel voorkomende reden voor het vervangen van de meterkast is doordat de capaciteit niet meer aansluit bij de energiebehoefte. In het geval van zonnepanelen is het goed om van tevoren te bepalen of de hoeveelheid opgewekte stroom bij de huidige capaciteit van de meterkast past.
Volgens de nieuwe NEN1010 is het verplicht voor installateurs om een werkschakelaar te plaatsen in de buurt van de omvormer, zodat u veilig werken aan de omvormer indien noodzakelijk. Voornamelijk belangrijk als met meerdere mensen aan de set wordt gewerkt, of als de omvormer ver van de groepenkast hangt.
Houd altijd als vuistregel aan dat er maximaal 3500 Watt aan stroom door een groep mag lopen. Als je 3500 Watt als standaard aanhoudt zit je altijd goed. Wanneer je de officiële berekening erop los laat zijn verschillende uitkomsten mogelijk. De uitkomst is afhankelijk of 220 Volt of 230 Volt wordt aangehouden.
Dat is onmogelijk. Je zonnepanelen wekken namelijk gelijkstroom op die omgezet moet worden naar wisselstroom. Deze wisselstroom kun je thuis gebruiken.
Het lijkt zo gemakkelijk. Je legt een paar zonnepanelen op je dak of op je balkon, steekt de stekker in het stopcontact en het besparen op de energierekening begint. Zeker met de huidige energieprijzen zijn deze plug and play setjes een uitkomst voor mensen met een variabel energiecontract.
Een deel van de stroom gebruik je namelijk zelf in de woning ook al ben je zelf niet thuis. Denk dan bijvoorbeeld aan sluipverbruik en apparaten als de koelkast en het ventilatiesysteem. De slimme meter kan alleen de stroom registreren die je levert aan het net of afneemt van het net.
Maak daarom overdag zoveel mogelijk gebruik van de stroom uit zonnepanelen. Zet bijvoorbeeld energieslurpers als de wasmachine of de afwasmachine aan terwijl de zon op je panelen schijnt. Op deze manier verbruik je je zelf opgewekte elektriciteit in plaats van de elektriciteit van de energieleverancier.
Het is misschien wel het grootste misverstand in zonnepanelenland: het idee dat zonnepanelen in de winter helemaal niets opleveren. Een zonnesysteem draait op de zon, maar niet op de warmte ervan. Juist het licht van de zon wordt omgezet in energie. Ook op minder zonnige dagen doen zonnepanelen dus gewoon hun werk.
De omvormer kan het beste worden opgehangen op een plek die niet al te stoffig is en waar de omvormer zijn warmte goed kwijt kan. Een krappe slecht geventileerde meterkast of een hooischuur is daarom geen goede plek. Een koele garage, daarentegen, is de perfecte plek.
Over het algemeen is een kleinere thuisbatterij iets duurder per kWh capaciteit dan een groter exemplaar. Een thuisbatterij van 3 kWh heeft een richtprijs van ongeveer 4.000 euro. Een batterij van 8 kWh een richtprijs van 5.000 tot 8.000 euro en een batterij van 14 kWh is de richtprijs zo'n 10.000 euro.
In de meeste gevallen is geen (omgevings-)vergunning nodig voor plaatsing van zonnepanelen of zonnecollectoren. Soms is een vergunning wel nodig. Bijvoorbeeld als het niet past in het plaatselijke bestemmingsplan.
Rekenvoorbeeld gemiddelde dagopbrengst zonnepanelen
Het vermogen van 10 zonnepanelen is 3650 Wp. De factor 0,85 is een goed gemiddelde voor daken in Nederland. De gemiddelde dagopbrengst van je zonnepanelen is dan: (3650 x 0,85) / 365 = 8,5 kWh.
De kabel van de omvormer naar de meterkast
Voor omvormers (fase 1) wordt een 3-aderige kabel gebruikt (3 x 2,5 tot 6 mm2) en voor omvormers (fase 3) 5 x 2,5 mm2. Deze kabeldikte kan berekend worden met behulp van het vermogen van de omvormer en de lengte van de kabel.