Er is één uitzondering op deze regel: als je als Havo CM-Leerling aan de exameneisen kan voldoen zonder wiskunde, kan je wiskunde buiten beschouwing laten. Je hebt dan een extra keuzevak nodig. Op het VMBO is wiskunde geen kernvak.
Je slaagt voor het eindexamen havo wanneer je gemiddeld een voldoende haalt voor alle vakken van het centraal examen. Ook mag je maximaal één 5 als eindcijfer halen voor een van de kernvakken. Daarnaast mag je voor maximaal 2 vakken een onvoldoende als eindcijfer hebben.
Conclusie. De kernregel eist dat je voor Nederlands, Engels en Wiskunde ten minste een: 4,5 – 5,5 – 5,5 haalt op je diploma. Deze drie cijfers worden immers naar boven afgerond en daarmee komen je gemiddelde eindcijfers dan uit op een: 5 – 6 – 6.
Als je wiskunde eindcijfer een onvoldoende is, moet je compensatiepunten hebben. (1 voor 5, 2 voor 4). Als je eindcijfer voor wiskunde lager dan een 4 is, ben je zonder meer gezakt. Je wiskunde CE-cijfer mag dus niet lager zijn dan een 1,4!
gemiddeld cijfer van minimaal 6,8 voor Nederlands, Engels en Wiskunde; intakegesprek en motivatiebrief; aanvullende toets voor een extra vak dat in havo-4 onderdeel uitmaakt van het onderwijsprogramma, maar dat de leerling op het vmbo niet heeft gevolgd.
De cijfers die de leerlingen halen voor toetsen dalen gemiddeld met 0,5 – 1 cijferpunt, en dat is aanzienlijk. Veel HAVO-leerlingen blijken moeilijk in staat deze teruggang in cijfers om te buigen, en blijven daardoor zitten, of stromen af naar de MAVO.
„Vooral de vierde klas havo staat al jaren als probleemklas bekend. Daar blijven de meeste leerlingen zitten. Onderzoeken hiernaar hebben nooit keiharde oorzaken aangewezen, maar in de onderwijswereld worden wel steeds dezelfde verklaringen genoemd.”
Op de havo wordt sinds 2015, zonder uitzondering, het laagste slagingspercentage behaald (gemiddeld 88,4%). Op de havo is het hoogste gemiddelde centraal examencijfer havo behaald voor Engels (6,9). Op de havo is het laagste gemiddelde centraal examencijfer behaald voor Duits (6,0).
Zakken voor de havo of het vwo
De meest gangbare optie is om het examenjaar opnieuw te doen. Het jaar daarop zal je dan weer het volledige centraal examen doen. Je kan er ook voor kiezen om alleen de vakken waar je voor bent gezakt opnieuw te halen via het staatsexamen.
Slagen op de HAVO
Als je op de HAVO zit, dan slaag je wanneer je aan de volgende voorwaarden voldoet: Het gemiddelde van al je cijfers op het centraal examen is een 5,5 of hoger (voldoende).
Eindexamenleerlingen mogen het eindcijfer van 1 vak wegstrepen. Dat mag geen kernvak zijn, zoals Nederlands, Engels of wiskunde. Het eindcijfer van het weggestreepte vak telt dus niet mee bij het bepalen van de uitslag, maar blijft wel zichtbaar op de cijferlijst.
De kernvakkenregel houdt in dat je voor de kernvakken Engels, Nederlands en Wiskunde maximaal één 5 mag halen. Voor de andere kernvakken moet je minimaal een 6 halen. Wanneer je voor twee kernvakken een onvoldoende haalt, ben je niet geslaagd. Compensatiepunten tellen dus niet mee voor de kernvakken.
Sinds 2014 is Engels, samen met Nederlands en wiskunde, officieel een kernvak in de onderbouw. Deze drie vakken krijgen om die reden meer aandacht. In de bovenbouw van het vmbo is Engels geen kernvak. Dit is in de tweede fase van havo en vwo wel het geval.
Onder vwo-leerlingen ligt het aantal spijtoptanten het hoogst onder leerlingen met economie 1. Van hen zegt 15% spijt te hebben van de keuze van dat vak. Net als op de havo heeft 15% van de vwo-leerlingen spijt van de keuze van scheikunde.
De afkorting havo staat voor Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs en duurt 5 jaar. Qua niveau kun je deze middelbare opleiding zien als op één na hoogste. Daarmee bevindt de havo zich net onder het vwo. Feitelijk gezien kun je dus stellen dat havo makkelijker is dan vwo.
Een leerling is bevorderd wanneer: alle cijfers 6 of hoger zijn of als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan: er zijn maximaal 3 onvoldoende cijfers. er zijn maximaal 4 tekortpunten toegestaan.
Dat betekent dat je kind alle vakken uit het schooljaar opnieuw doet. Dus ook de vakken die je kind wel gehaald had. Sommige scholen hebben in hun beleid opgenomen dat je niet mag blijven zitten in het examenjaar. Dan moet je kind naar een andere middelbare school, of één van de onderstaande paden volgen.
Wettelijk gezien is het diploma van vmbo-tl of vmbo-gl gelijk gesteld aan het overgangsbewijs van havo 3 naar havo 4. Leerlingen met een diploma van vmbo-tl of vmbo- gl zijn daarmee toelaatbaar tot het havo. Dat geldt sinds kort ook voor leerlingen van vmbo-tl uit leerjaar 3. Zij kunnen 'opstromen' naar havo 4.
Geen regels studieduur vmbo, havo, vwo
Er zijn geen wettelijke regels die zeggen hoe lang iemand over vmbo, havo of vwo mag doen. Zonder vertraging duurt het vmbo duurt 4 jaar, havo 5 jaar en vwo 6 jaar. Een leerling mag in de regel niet meer dan 1 jaar blijven zitten in dezelfde klas.
Bijna helft scholieren vindt vak wiskunde moeilijkst en meest stressvol - 10 juni '14. Uit onderzoek onder 10.114 scholieren blijkt dat bijna 50 procent van de scholieren het hardste leert voor zijn proefwerk wiskunde. 38 procent van de leerlingen ervaart daarnaast de meeste stress voor het vak wiskunde.
Leerlingen halen cijfers op schoolexamens (SE) die meetellen voor het eindexamen. De meeste schoolexamens worden afgenomen in de SE weken die vier keer per jaar in de voorexamenklassen en drie keer per jaar in de examenklassen worden gehouden. Wanneer deze weken plaatsvinden, is na te lezen op de jaarplanning.
Als een examen relatief makkelijk is, wordt de N-term laag (minimaal 0,0). Je moet dan meer scorepunten halen voor een voldoende, dan wanneer een examen relatief moeilijk is. Is een examen relatief moeilijk, dan wordt de N-term hoger (maximaal 2,0, in principe).
Is havo veel moeilijker dan vmbo? In principe kan een goede, gemotiveerde vmbo-t-leerling de havo halen. In de praktijk betekent dit dat je met een hoog gemiddeld cijfer voor het eindexamen vmbo (hoger dan 7) zonder vertraging het havodiploma moet kunnen halen. Motivatie en inzet zijn heel belangrijk.
Was het gemiddelde voorheen nog een 6,9. Nu is dat een 6,8. De havo-jongens scoren hierin het laagst, namelijk een 6,52. De vwo-meiden scoren daarentegen het hoogst met een 7,13.