Nu vraag je je wellicht af of de vruchten van de citrus die in Nederlandse tuinen groeien eetbaar zijn? Ja, deze kan je zeker consumeren, tenminste als je van zuur en bitter houdt. Door de geringe zonkracht in Nederland is de vrucht niet voldoende gerijpt zodat de smaak altijd bitter zal blijven.
Voel aan de vruchten: zijn ze veerkrachtig, dan zijn ze rijp, of wanneer de eerste beginnen af te vallen. Gebruik ze zo snel mogelijk, ze houden wel nog lang, maar krimpen, waardoor je na een paar weken alleen nog een minicitroentje overhoudt.
Citroenen rijpen geleidelijk aan en bereiken hun zoetzuurheid in ongeveer 9 – 15 maanden. Als de Citroenen eenmaal volwassen zijn, kunnen ze een paar weken aan de boom blijven hangen, maar ze rijpen niet verder.
Wanneer je zelf zaait, kan het namelijk wel zo'n 5 jaar duren voor er daadwerkelijk vruchten aan de boom komen.
De plant kan slecht tegen vorst, daarom raden we aan de citroenplant in de winter binnen te plaatsen. Zorg er wel voor dat de temperatuurwisseling, van buiten naar binnen, niet te groot is. Dit vindt de plant namelijk ook niet fijn.
In de zomer kan de Citrus Limonia buiten staan en uw terras opvrolijken! De citroenboom vraagt in de groeiperiode (april-september) veel water: 2 à 3 keer per week een scheut water is dan ook niet overbodig. Maar let op: de kluit moet eerst droog aanvoelen, vóórdat de volgende scheut water wordt gegeven.
Jonge takken kan je zo afbreken, takken die er al wat langer zitten kan je met een snoeischaar zo dicht mogelijk bij de stam afknippen. Citrusbomen kunnen ook 'water scheuten' krijgen. Dit zijn nieuwe, vaak snelgroeiende, stengels die vanuit het begin of midden van een tak recht omhoog groeien.
In de jaren '70 was deze plant enorm populair: de Citroenplant, die half Nederland voor het slaapkamerraam had staan om de muggen tegen te houden. De plant heeft 8 cm grote bladeren die naar Citroen ruiken.
Met een Citroenboom in je tuin creër je direct een echt zomers sfeertje. De Citroenboom moet je in het Nederlandse klimaat wel in een pot of plantenbak plaatsen. Citroenbomen zijn namelijk erg gevoelig voor vorst en overwinteren graag in een beschutte en warmere omgeving.
Om de groei te stimuleren geef je de citrusboom het hele jaar door elke 14 dagen ongeveer 10 gram pure stikstof. FOSFOR - Een citroenboom of limoenboom van twee jaar oud heeft 10 gram pure fosfor per jaar nodig.
Als volgroeide plant: de plant kan tot 350 cm hoog worden. Stamomvang: 18-20 cm.
Bewater je citroenboom elke 10 tot 14 dagen.
Als het klimaat bijzonder droog is, houd dan de aarde en de bladeren van de boom in de gaten. Als de grond droog aanvoelt of als de bladeren slap hangen, geef de boom dan water. In de warmste maanden moet je de boom mogelijk één of twee keer per week water geven.
Citroenen hebben ongeveer twee jaar nodig om door te groeien en dan veranderen ze vanzelf van groen naar geel.
In de winter kan de plant geen temperaturen onder de 0°C verdragen, dus zet de plant binnen op een koele/onverwarmde plek óf zorg voor bescherming in de vorm van tempex of noppenfolie in de pot en vliesdoek en warmtekabel/lichtslang om de plant zelf. Zorg in de winter voor een lichtrijke plek tussen de 0 en 15 graden.
Waarschijnlijk zijn de wortels aangetast door een teveel aan water in de grond of door een ziekteverwekker. Hierdoor kan de citrusboom minder water en stikstof uit de grond opnemen, waardoor de bladeren geel worden, slap gaan hangen, verdorren en uiteindelijk van de citrusboom af vallen.
De Citroenboom bloeit het hele jaar, de hoofdbloei vindt plaats in het voorjaar. Dan groeien er gelijktijdig bloemen en vruchten in diverse stadia aan dezelfde plant. De bloesem van de Citroenboom is wit en geeft een intens zoete geur af.
Zodra de nachtvorst verdwenen is, kan een citroenboompje buiten staan, liefst op een zonnig plekje zonder tocht en wind en met zijn voetjes in een voedselrijke en vochtige grond.
Een citroenplant is een bikkel, maar niet winterhard! Je kan deze buiten houden, maar let op: zodra de temperatuur begint te dalen en er vorst op de grond begint te verschijnen, breng je je plant naar binnen. Kies het liefst een serre, een terras of een kas.
Veel citrusplanten, waaronder citroenen natuurlijk, hebben stekels. Strikt genomen zijn het doornen, omdat deze uitgroeisels uit de opperhuid van de plant groeien - in tegenstelling tot stekels, die alleen op de buitenste schil zitten en daarom gemakkelijk af te breken zijn.
Geef de planten, als ze eenmaal buiten staan, organische mest met relatief hoog stikstofgehalte bijvoorbeeld NPK 10-4-6. Een enkele keer tussendoor eventueel Peters mest NPK 20-20-20.
Wanneer de bodem veel zout of klei bevat, dan wordt de groei van de wortels van een citrusboom aanzienlijk geremd. Fijn zand, zoals zilverzand, is een goede keuze voor je eigen gemaakte citruspotgrond. Dit zand is grof genoeg om water door te laten, maar fijn genoeg om de wortels van voldoende stevigheid te voorzien.
Citroenen komen van oorsprong uit de moessongebieden in Zuidoost-Azië, waar ze al meer dan 4000 jaar worden gekweekt. Ook het gebied rond de Middellandse Zee heeft een perfect klimaat voor citrusvruchten.